Woord vandaag

‘Zeg, dat verschil in tijden die in Gods woord te zien zijn, heb-
ben veel gelovigen niet zo voor ogen.’

Toch zouden wij die wel onderscheiden, omdat je daardoor meer
zicht hebt op Gods plan. Zijn voornemen is van groot belang voor
heel de schepping. Alle mensen heeft Hij op het oog. Dat besef geeft
rust aan een onrustig  hart. Je kunt je zorgen maken over je onge-
lovige familieleden, kinderen en vrienden. Als je weet dat God de
Redder van alle mensen is, geeft dat vrede in je hart.

‘Het blijft een geweldig evangelie, werkelijk goed nieuws.’

Dat God zó is, is lang ondergesneeuwd geweest. Maar nu staat dat
licht weer te schijnen, hopelijk gaan nog veel mensen dat zien voor
de bazuin van God klinkt. Voor veel mensen is de boodschap van
redding alleen door genade een brug te ver. Men wil er wat voor
moeten doen. Dat het na je tot geloof komen ook genade blijft, is
voor zeer velen ook niet te verteren. Niet jij, maar Híj doet het in
ons leven; niet jouw, maar Zíjn kracht!

‘Dat hoor je steeds weer, en dat is nodig ook. Je vergeet het soms en
je gaat onwillekeurig op je eigen  kracht bouwen.’

Paulus moest de gelovigen steeds daarop aanspreken en geeft ons veel
mee in zijn brieven. Een onuitputtelijke bron van wijze raad, genade en
heerlijkheid. Dat gaat ook door lijden en verdrukkingen heen. Paulus
leed zelf ook kwaad met het evangelie en zegt tegen Timotheüs, dat hem
ook kwaad lijden te wachten staat. Maar, na het lijden volgt heerlijkheid!

Woord vandaag

‘Zo dat was nogal wat, het geciteerde van gisteren uit Uitdaging.’

Ja, zoals altijd was de roeper weer scherp. En ook nu weer terecht.
Het laat zien, doe ver men afwijkt van het geschrevene in Gods woord.
Ook in het oude Israël waren er bij tijd en wijle heel wat profeten die
liever de oren van de mensen kietelden, spraken wat de mensen graag
wilden horen. In plaats van de woorden die Jahweh spreekt.

‘Dat men in de evangelische wereld zo met genezingen omgaat wekt
eigenlijk mijn verbazing.’

Het staat ver af van de waarheid die vandaag klinkt en zou klinken, uit
het evangelie zoals Paulus dat bracht. Hij liet een medewerker ziek achter.
Hoewel Paulus best genezingen heeft gedaan. Er was een andere tijd aange-
broken, het evangelie van het koninkrijk raakte meer en meer op de achter-
grond en de periode van ‘de verborgenheid’ kwam naar voren.

‘In deze tijd geen spectaculaire manifestaties van heilige geest?’

In deze tijd geneest God niet zoals dat in Handelingen gebeurde. We kunnen
geen stoffelijke (vleselijke) zegen claimen, we ontvangen een gigantische
rijkdom aan geestelijke zegen te midden van de hemelingen in Christus.
Daar zijn we mee overladen, en de brieven Efeziërs, Filippenzen. Kolossenzen

en 2 Timotheüs zijn een rijke schatkist vol aan kostbaarheden voor ons hart,
voor onze geest om door, in, uit en naar te leven!

Geciteerd

Roeper in Uitdaging, februari 2012

‘Reclame voor een medische faculteit, dacht ik nog. Onnozel in
deze tijd van pseudo-charismatische verdwazing. “Genezen kun je
leren”, was de kop boven een artikel in Charisma. Niet over een
artsenopleiding, maar over gebedsgenezing.
De wijze van lichamelijke heling werd tot nu toe – ook in pinkster-
kringen – exclusief het werk van de Heer Jezus geacht, maar blijk-
baar kan de gelovige het wonder een zetje geven. Op de “genezings-
scholen” van Paul Rooda. Een gelovige kan ook zonder daar heen
te gaan mensen genezen, meldt hij in een interview.
Maar wie wél zo’n school doorloopt, kan het beter.”Absoluut”;
voegt hij er aan toe.
Het is dus blijkbaar nog de vraag of zieken genezen tot de godde-
lijke gaven behoort. Gelet op die cursussen lijkt het meer een aan
te leren vaardigheid. Jan Zijlstra kan binnenkort derhalve geduch-
te concurrentie verwachten. Van al die afgestudeerden.
Gaan premies voor zorgverzekeringen misschien tóch nog omlaag.’

Woord vandaag

‘Het is alweer 1 februari, het gaat alweer snel, dit jaar.’

Spreuken blijft staan, als het vaste woord van God:

Jahweh is ver van goddelozen,
maar het gebed van rechtvaardigen verhoort Hij.

De goddeloze (slechte) staat ver van God af, zijn gedachten
gaan niet naar God, maar naar hemzelf uit. We leven nu in de tijd,
waarin velen niet God geloven, maar een filosofie, of zichzelf.
God geeft daarom de mens over aan een verwerpelijk denken.

‘Ja je ziet het in deze tijd, veel mensen geloven nergens meer in,
hooguit in zichzelf.’

Dat is wat de tegenstander in de kaart speelt, en tot op zekere hoogte
ook door de diabolos (door elkaar werper – duivel) bewerkt wordt.
De mens gelooft niet langer in God, ook sommige predikanten niet,
en dat is ook wat zou gebeuren in de laatste dagen.  Alles moet ergens
toe leiden.

‘Maar het tweede deel van de Spreuk is een tegenstelling.’

Ja, Jahweh hóórt het gebed van de rechtvaardigen (tsaddiqim);
Hij legt Zijn oor te luister bij hen die geloven en die op grond van
Zijn beloften bidden, zoals een Daniël dat doet in Daniël 9.
Zo hoort Hij ook het bloed dat roept van de aardbodem van de
getrouwe martelaren die in de grote verdrukking omkomen.

Hij hoort het gebed van u, jou en mij, al degenen die gerecht-
vaardigd zijn om niet door de vrijkoping die in Christus Jezus is.
Al diegenen die in geloof tot Hem roepen, bidden, smeken; Hij
laat geen bidder staan! Die verzekering hebben wij!

Woord vandaag

‘Kunnen we vers 28 inlijsten?’

Zeker. Het is er een die spreekt over wat al eerder in dit hoofdstuk aan
de orde kwam: de mond van de mens, wat daar uit komt.’

Het hart van een rechtvaardige overdenkt wat het antwoorden zal,
maar de mond van goddelozen vloeit over van kwaad.

Het hart van de rechtvaardige zal eerst nadenken over wat te antwoorden.
Veel mensen antwoorden overhaast, snel, onbezonnen en brengen daarmee
nogal eens schade aan. De liefde zal eerst nadenken: een zacht antwoord keert
de grimmigheid af. Let op dat hier opnieuw een duidelijk verband wordt gelegd
tussen het hart en wat de mond uitgaat: het antwoord.

‘Daar zei de Heer Jezus later toch ook iets over?’

Jawel: uit de overvloed van het hart spreekt de mond. Daarom konden de fari-
zeeën en schriftgeleerden van Zijn dagen geen goeds uit hun mond voortbreng-
en en Hij (let op: Hij) noemde hen : adderengebroed. Felle taal uit een bewogen
hart. Het gaat immers om het hart. Wat daar in zit, komt er uit. God geve, dat ons
hart gevuld is met Zijn genade. En moet je kijken (of horen) wat er dan uit komt!

‘Zo, ja, we staan weer op scherp vandaag!’

Gods woord is altijd op het scherpst van de snede. In het hart van het adderenge-
broed zat wetticisme. In Zijn hart: genade. Dat botste. Voortdurend. Lees Johannes
er maar op na, elk hoofdstuk twistgesprekken na het wonderteken dat gebeurd was.
De mond van de slechten (goddelozen) loopt over van kwaad. Dat komt ook uit het
hart (Mattheüs 15), en geeft de duisternis aan, die erin heerst. Filosofie van mensen
is lege misleiding, schrijft de apostel van de natiën. Dat brengt namelijk geen licht.
Maar laten wij luisteren naar het hart van dé Tsaddiq! Onze Heer Jezus Christus!

‘Laat het woord van Christus rijkelijk in jullie inwonen, in alle wijsheid julliezelf
onderwijzend en vermanend; psalmen, lofzangen en geestelijke liederen zingend,
met dankbaarheid in jullie hart tot God’