Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

in de ijver niet talmend 
Romeinen 12:11^a

Traag zijn of talmen vindt geen
waardering onder de mensen.
Toch kan ijver zeer hinderlijk,
zelfs vleselijk zijn. Je kunt God
voor de voeten lopen door erg
ijverig bezig te zijn in jouw idee
wat gelovigen nodig hebben.
De goede ijver is toewijding
aan Hem, Die onuitsprekelijk
liefheeft.
God echter, gaf ijver in het hart
van Titus (2 Corinthiërs 8:16)
voor de gelovigen en Christus.
Hoe ver ging dat bij onze Heer?
Hij was helemaal toegewijd aan
Zijn God en Vader.
Hij was gehoorzaam, zelfs tot
de dood van het kruis.
God geve, dat wij zó, met alles
wat in ons is, Hem dienen.

in de eer elkaar hoger achtend
in de ijver niet talmend, in de 
geest vurig, voor de Heer 
slavend
    Romeinen 12:10^b,11

Hoe kun je elkaar oprecht hoger
achten dan jezelf? Wanneer je
beseft dat Christus voor je stierf
toen je nog zondaar was, een
vijand van God zelfs. Dat maakt
ons allen gelijk. Je hebt niets om
je op te beroemen. Je kunt niets
uit jezelf. Zo ga je beseffen niet
beter te zijn dan anderen. Alles
heb je van Vader door de Zoon
van Zijn liefde ontvangen.
De liefde van God in je maakt,
dat je Hem wil dienen met al je
kracht. Maar het vlees ligt vaak
dwars. Dat is de reden voor de
liefdevolle aanwijzingen voor
onze wandel.   

in de broederlijke vriendschap 
^nb elkaar hartelijk toegedaan, 
in de eer elkaar hoger achtend
      Romeinen 12:10

Broeders en zusters zijn elkaar
niet vanzelf toegenegen.
Soms kan een lastige tijd waar
je als groep gelovigen doorheen
moest gaan een fijne, warme
band opleveren. Wanneer we
ons bedenken, dat wij allemaal
dé Redder Jezus Christus écht
nodig hebben, dan schept dat
een band. Zelfs meer, wanneer
we dieper gaan beseffen Hem
individueel, maar ook collectief
hard nodig te hebben. Want:
Één stierf voor allen en dus zijn
allen gestorven. Wij zijn, samen
met al die broeders en zusters,
opgewekt en leven voor God.
Dan ben je elkaar in principe
hartelijk toegedaan; en acht je
de ander hoger dan jezelf.

  

de liefde zij ongeveinsd: het 
boze verafschuwend, hechtend 
aan het goede
   Romeinen 12:9

Hoe helder lees je hier het werk
van Gods geest! Ongehuicheld,
die liefde. Je verafschuwt wat
van de boze komt of er enigszins
boos uitziet. Je krijgt daar door
Gods geest (inwerking van het
woord van God, Romeinen 12:2)
een ‘antenne’ voor. Ook ontdek
je door horen naar en lezen van
Gods uitspraken wat werkelijk
goed is. En je hecht eraan (het
woord is hier: kleven);  je blijft
daar -positief- aan ‘vastplakken’.
Goed is wat Paulus uitstalde als
evangelie in Romeinen. Goed is:
de ene ware God, de Vader van
onze Heer Jezus Christus. Goed
is wat tot eer van hen strekt in
je dagelijks leven. Jij kan dat zelf
niet, maar Hij werkt door jou uit
wat écht goed is.  

de liefde zij ongeveinsd: het 
boze verafschuwend, hechtend 
aan het goede
   Romeinen 12:9

Dit is geen advies van Paulus
in het luchtledige. Liefde is de
kern, het wezen van het goede
nieuws. God nu, bewijst Zijn
liefde voor ons, dat Christus voor
ons stierf toen wij nog zondaren
waren (Romeinen 5:8).
Als we ons dat goed bewust zijn,
is de overtuiging, dat niets ons
kan scheiden van de liefde van
God in Christus Jezus, onze Heer
(Romeinen 8:39), bepalend voor
onze wandel, ons gedrag.
Gods liefde door onze handel en
wandel merkbaar; iets dat uit
het hart, het binnenste komt.
Dan is het echt, ongehuicheld.