Ik zal echter met veel genot 
verspillen en opgebruikt 
worden voor jullie zielen
    2 Korinthiërs 12:15a
Dit was Paulus’ genot: voor 
en door de Heer opgebruikt 
worden. Om evangelie van 
genade te verspreiden, en 
voor de heiligen en gelovigen
– waar nodig – klaar te staan.
Dit was bij Paulus geen ogen-
slavernij; hij deed het niet om
schouderklopjes te krijgen.
Het was de genade van God:
het dienstwerk dat hij mocht 
verrichten. De goede werken, 
die God tevoren gereedmaakt, 
opdat hij en wij erin wandelen. 
Straks als complement van de 
Christus te midden van de 
hemelsen; nu al wat Vader op 
de weg plaatst: ‘Niet mijn wil’.   
