Woord vandaag

‘Uitzicht door de Titusbrief.’

Dat lezen we: uitziend naar de
gelukkige verwachting en ver-
schijning van de heerlijkheid van
de grote God en onze Redder
Jezus Christus, zegt Titus 2:13.

En dat we daar dichtbij zijn, het
is op te merken uit verschillende
ontwikkelingen. Allereerst dat in
1948 Israël als staat ontstond. In
de afgelopen ruim 100 jaar zie je
‘bijbelse’ landen Egypte, Syrië en
Iran (Perzië) en dergelijke terug.

‘Profetisch scenario.’

De bijbelse profetieën kunnen zo
in vervulling gaan. Als tweede is 
de herbouw van de stad Babylon
aan de orde. Na de herbouw on-
der Saddam Hoessein wordt Ba-
bylon nu door de chinezen snel
verder uitgebouwd. In profetie in
Jesaja, Jeremia, Openbaring kun 
je uitvoerig over Babylon en het
gericht over deze wereldhoofd-
stad van de eindtijd lezen.

‘Dat is opvallend ook ja.’

Als derde punt zien we in onze
dagen hoe men bij machte is, in
de hele wereld dezelfde maatre-
gelen in te zetten. Samenleving-
en vielen stil, met de enorme e-
conomische gevolgen. Het heeft
een ongekende, wereldwijde uit-
werking. In de eindtijd (Openba-
ring 13:7,8) zal de wereldleider
van die dagen volmacht krijgen
over iedere stam en volk en taal
en natie, en allen die op de aar-
de wonen zullen het aanbidden.

Woord vandaag

‘Nu laatste vers van Titus.’

Allen die met mij zijn, groeten
jou. Groet die ons toegenegen
zijn in het geloof. De genade
zij met jullie allen.   Titus 3:15

Je leest: allen die met mij zijn en
die ons toegenegen zijn in het
geloof. Daaruit kun je lezen, dat
er in die dagen tegenstanders
waren met eigen plannen. Zoiets
lees je ook in de Galatenbrief.

‘Er was veel weerstand.’

Vanuit de orthodoxie van die da-
gen zeker, en dat is vandaag de
dag nog steeds het geval. Voor-
keur gaat uit naar wet in plaats
van genade. Paulus’ evangelie
bruist van de genade van God,
daar sluit hij elke brief (ook deze)
mee af. Titus was daar blij mee,
en u en ik zijn dat ook. Je kunt
niets verdienen.

‘Alles is al volbracht.’

De Heer zei dat aan het kruis. In
die omstandigheden hebben die
woorden zo veel waarde en ge-
wicht: het is volbracht. Dan is het
daarna de genade van God die in
wezen alles beslist. Dat allen de-
len zullen in de heerlijkheid van
God, is Zijn genade. Wij kunnen
de apostel volgen, en horen bij
degenen die met hem zijn. Geen
verdiensten, Hem zij de eer. 

Woord vandaag

‘Eenheid van de geest.’

Die was op Kreta ook ver te zoe-
ken. In Titus 3:10,11 gaf Paulus
instructies hoe Titus met sekta-
rische personen zou omgaan.

Laten de onzen nu ook leren in
uitstekende werken voor te staan
in noodzakelijke behoeften, op-
dat zij niet onvruchtbaar zijn.
                                    Titus 3:14

Er werd wel gewerkt in Kreta, het
waren geen ideale werken.

‘Titus moest ze dat leren.’

Ja, en zo is binnen het christen-
dom veel werk dat gedaan wordt
met alle goede bedoelingen. We
kunnen ons afvragen of dat wel
de uitstekende werken zijn waar
Paulus van spreekt. Simpele vra-
gen kunnen dat vaststellen: Is
het tot opbouw van het lichaam
van Christus? Gaat het om het
paulinische evangelie? Ja? Dan 
zijn het de ideale werken.

‘Arme mensen helpen.’

Zeker, als dat op de weg van de
gemeente komt: doen. De wedu-
we en de wees zijn de zwakkere
leden en die zouden we helpen.
Ook de zieken en ouderen, waar
nodig. Ook die mensen die niet
geloven en op onze weg komen,
kunnen we helpen. God heeft al-
len lief en we kunnen die liefde
praktisch doorgeven.

Woord vandaag

‘God zal alles overwinnen.’

Paulus ging rond in een vorm van
triomftocht, ondanks het lijden.
De eindzege staat al vast. Allen!

Zenas de wetgeleerde en Apollos,
zend ze ijverig vooruit opdat hen
niets ontbreekt        Titus 3:13

Zenas is een afkorting, betekent:
geschenk van Zeus (de oppergod
in die dagen). In dienst van God,
de Vader van Jezus Christus. Hij
was jurist, heel nuttig, want Pau-
lus had juridische bijstand soms
hard nodig.

‘Ook Apollos wordt genoemd.’

Is vernoemd naar de Griekse god
Apollo, in de zin van: gegeven
door of horend bij Apollo. Maar
hij hoorde inmiddels bij de ene
ware God, Die alles in Zijn hand
heeft. Hij was een betrouwbaar
medewerker, een leraar. Paulus
plantte, en hij gaf ze voedsel en
water (1 Corinthiërs 3:6). Som-
migen in Korinte zeiden: ‘Ik ben
van Apollos’.

‘Dat gebeurde daar, niet fijn.’

De neiging van Korintiërs was om
achter mensen aan te lopen. Ze
zeiden wellicht: ‘Apollos zegt het
zo duidelijk’, of ‘Paulus vind ik te
moeilijk’. Paulus zei dat het vor-
men van groepjes vleselijk is. Het
lichaam van Christus is één want
allen ontvingen dezelfde geest.
In Efeziërs lees je dat we de een-
heid van de geest zouden bewa-
ren met de band van de vrede.  

Woord vandaag

‘Goede brief, deze aan Titus.’

We zijn al bijna aan het einde in
deze brief, en lezen nog:

wanneer ik Artemas naar jou toe
zal zenden, of Tychicus, beijver je
naar mij toe te komen in Nicopo-
lis want ik heb besloten daar te
overwinteren           Titus 3:12

Paulus had wel enkele medewer-
kers die de Heer hem gaf. Arte-
mas betekent: gave of geschenk
van Artemis. Eén van de afgoden
van die tijd.

‘Je had een oproer toch?’

Toen Paulus in Efeze was, ja. De-
metrius (Handelingen 19:24-40)
de zilversmid, liet rondom Paulus
flinke commotie ontstaan. Hij
maakte zilveren tempeltjes van
afgod Artemis. Mensen kwamen
tot geloof in de ene ware God via
de prediking van Paulus. Dat gaf  
minder inkomsten, de zilversmid
was boos, hij liet Paulus belagen.

‘God werkte door via Paulus.’

En dat Artemas in het evangelie
bezig was, is wel humor van God
als je de betekenis van die naam
weet. En zo betekent Tychicus
gelukskind/bevoorrecht. Ja, dat
ben je als je de gelukkige God, de
Redder van alle mensen, kent. En 
Nicopolis betekent: stad van de
overwinning. Een verwijzing naar 
God, Die alle tegenstand, vijand-
schap en dood overwint door
Zijn geliefde Zoon.