Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

Want ík wenste zelf in de ban 
te zijn, weg van de Christus, 
voor mijn broeders, mijn 
verwanten naar het vlees
       Romeinen 9:3

Het in de ban zijn betreft het
bekende woord anathema.
Dat betekent: gewijd aan de
destructie; zie Galaten 1:8,9.
Als je afwijkt van dat genade-
evangelie van Paulus ben je
-geestelijk gezien- gewijd aan
destructie. Je lijdt groot
geestelijk verlies.
We zien in het christendom,
omdat men Paulus verliet, de
desastreuze gevolgen. Mix 2
evangeliën en je houdt over:
geen evangelie. Lege handen.
Paulus wilde in de ban zijn, en
weg van Christus omwille van
zijn volk Israël. Dat is nogal wat:
grote liefde, vanuit vurig gebed
voor hen.

dat er grote droefheid in mij 
is en onophoudelijke pijn in 
mijn hart.
           Romeinen 9:2

Paulus was met hart en ziel
betrokken bij zijn volk. Door
de geest van God geleid had
hij ze lief – en keek geestelijk
naar hen. Daardoor kon hij –
ondanks zijn komaf, emotie-
goed de situatie beoordelen.
Naar onze broeders, zusters
toe is het ook lastig, goed
een en ander te beoordelen.
De pijn en het hartzeer kan
ook bij ons zijn als het gaat
om ongelovigen. Voorbede
is fijn om te doen, vanuit de
liefde van God.

Waarheid zeg ik in Christus, ik 
lieg niet, mijn geweten getuigt
tezamen met mij in heilige geest
      Romeinen 9:1

De woorden waarheid zeg ik in
Christus markeren de overgang
van Romeinen 8 naar 9. Deze
zinsnede is zowel op 1:1-8:39
als op 9:1-16:27 van toepassing.
Paulus verkondigt de waarheid.
Met het in Christus geeft hij aan
dat hij dat in afhankelijkheid van
Hem spreekt. Door heilige geest
gedreven: in heilige geest.
Hij moest spreken: zeg ik. Ook
al waren de omstandigheden in
zijn leven moeilijk: hij sprak.
Zijn geweten was aangescherpt
sinds hij Christus Jezus kende.
Vader, dank U voor de waarheid
in liefde, die we van U horen.

Want ik ben overtuigd dat noch 
dood, noch leven, noch 
boodschappers, noch overheden, 
noch wat tegenwoordig is, noch 
wat op het punt staat te komen, 
noch krachten noch verhevenheid, 
noch diepte, noch enig andere
schepping ons zal kunnen 
scheiden van de liefde van God, 
die is in Christus Jezus, onze Heer.        
Romeinen 8:38,39

Wat er gebeurt, wat je overkomt,
in welke situatie je terechtkomt;
het kan je niet scheiden van Gods
liefde. Wanneer je dit beleeft en
steeds dieper beseft, is ook dat de
genade van God. Hier spreekt de
begenadigde apostel over meer
dan redding van zonden alleen.
Al gaat het hoog of laag door dat
waar je niets aan kunt doen, Gods
liefde in Christus Jezus onze Heer
omringt je, is in je hart. Je bent te
allen tijde in Vaders hart. Dit is dan
ook meer dan de rechtvaardiging
om niet; dit is het hoogtepunt van
Romeinen; wederzijdse verzoening.
Tussen Vader en jou kan nooit meer
iets komen!

Want ik ben overtuigd dat noch 
dood, noch leven, noch 
boodschappers, noch overheden, 
noch wat tegenwoordig is, noch 
wat op het punt staat te komen, 
noch krachten
      Romeinen 8:38

Paulus was diep overtuigd, door
de liefde van God. In vers 35 was
al vastgelegd dat niets tussen de
gelovige en de liefde van God kan
komen. God heeft Zijn liefde in
het hart uitgegoten; die bewezen
is toen Christus stierf.
We zijn rijk met dit diepe weten
in het hart. Ons hart gaat immers
naar Vader uit. Zelfs de dood of
het leven; die kunnen de liefde
van God niet stoppen. Dat zal in
ieder geval door de opstanding
blijken. Vader, dank U wel.