Want ingeval ik wil roemen, 
zal ik niet onbezonnen zijn, 
want waarheid zal ik 
uitspreken. Ik spaar  jullie
echter, zodat niet wie dan 
ook met mij rekent boven
wat hij ziet van mij, of wat 
hij van mij hoort.
    2 Korinthiërs 12:6
De Korinthiërs werden nu niet
direct aangesproken op hun in
eigen wijsheid roemen in de 
mens. ‘Ik spaar jullie’; hoe was
de apostel in de liefde van de
Vader bezig! Hij was erop uit,
in alles, om zijn God en Vader 
en zijn Hoofd Christus Jezus te
eren en te dienen. 
Geleid door de Heer, grondig 
overwogen, spreekt hij over de 
ervaringen in de genade van 
God in het vele dienstwerk van
de Heer. God geve, dat ook wij
de apostel niet hoger rekenen
dan wat hij in waarheid schrijft.
Laten ook wij niet onbezonnen
zijn, maar steeds nuchter en in
waarheid dat zeggen wat tot 
opbouw van de ander is. 
Opdat wie roemt, alleen in de
Heer roemt!
