Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

Maar wanneer zij ook zeggen: 
‘vrede en zekerheid’, dan is 
onvermoed voor hen totale 
ineenstorting aanstaande, 
evenals smart de zwangere, en 
zij ontsnappen in geen geval.
1 Thessalonicenzen 5:3

De roep, met name in Israël en 
de omliggende regio, is die van
vrede en veiligheid. Exact wat 
in onze dagtekst staat. In dat 
Midden-Oosten zie je vredes-
inspanningen. Israël ontspant
relaties met oude vijanden en
vice versa. Iets dat recent niet 
mogelijk leek. Dat lijkt aanzet 
tot Openbaring 6. De ruiter op 
het witte paard. Wanneer de 
wetteloze (antichrist) in staat
is het verbond met velen (zie 
Daniël 9:27) te doen ratificeren, 
zal de 70^e week, Daniël 9:24-27,
starten. Gelovigen weten dan 
hoeveel dagen het duurt tot de 
gruwel van de verwoesting van
Mattheüs 24:15. De woorden 
van onze Heer zijn geen loze;
ook die zijn voluit profetisch. In
1 Corinthiërs 7:29-31 lees je:
…broeders, de era is beperkt..

want zelf weten jullie precies, 
dat de dag van de Heer zo 
komt: als een dief in de nacht. 
1 Thessalonicenzen 5:2

Hier gaat het om het komen van 
de dag van de Heer (‘de dag des 
Heren’). Net zo niet verwacht als 
de dief die nogal eens ’s nachts 
komt. Op een raar moment; en 
de dag van de bazuin van God 
weten wij niet. De gelovigen in 
Thessaloniki waren goed op de 
hoogte van profetische woorden. 
Paulus had ze in korte tijd daar 
het nodige van gezegd. Eerst 
moet de weerhouder weg zijn. 
En daarna zal de wetteloosheid 
heel snel toenemen. De  wette-
loze zal de macht krijgen en de 
wereld verplichte aanbidding 
opleggen.

In dit gedeelte is Paulus opnieuw
heel praktisch in zijn aanwijzingen,
door heilige geest geleid. Zo tot eer
van God en Zijn Christus kunnen
leven, dat is het. Deel A en deel B

Maar betreffende de tijden en 
de era’s, broeders, hebben jullie 
het niet nodig, dat aan jullie 
geschreven wordt
1 Thessalonicenzen 5:1

In zijn aanwezigheid had Paulus 
profeten besproken; dat blijkt 
ook uit zijn tweede brief aan hen. 
Daniël was aan de orde geweest. 
In korte tijd had hij veel gezegd 
over wat in de periode voordat 
de Heer terugkeert, gebeurt. Ze 
zullen het verschil gezien hebben 
uit wat Paulus zegt over de toe-
komst van al de gestorvenen in 
Christus. De tijden en de era’s 
verwijst ongetwijfeld naar wat
Daniël onthulde. De Heer Jezus 
wijst ook nadrukkelijk naar wat
Daniël had gezegd. Paulus stuurt
ze deze brief dan ook om hen aan
te passen en te troosten. 

Daarna zullen wíj, de levenden 
die overblijven, gelijktijdig samen 
met hen weggerukt worden in 
wolken, tot de ontmoeting van
de Heer in de lucht. En zo zullen
wij altijd samen met de Heer zijn
Daarom, vertroost elkaar met 
deze woorden.  
1 Thessalonicenzen 4:17,18

Troost, bemoediging, zekerheid.
Dat – en veel meer – zit in onze
heerlijke toekomstverwachting
besloten. Paulus sluit dit stukje
daarom af met: vertroost elkaar
met deze woorden. Dat we ook
om die reden dit gedeelte op een
graf lezen is duidelijk. Beter dan
deze verwachting kan niet.
We overlijden op Gods tijd; dat
geldt óók voor de opstanding.
Bij overlijden is het bijna alsof
in diezelfde seconde de bazuin
klinkt. Direct na overlijden komt
alles overstralende, onvoorstel-
bare heerlijkheid. Zo gezegd:
het beste komt nog!