Woord vandaag

‘Geestelijke rijkdom.’

Dat lees je in het evangelie van
de apostel Paulus. In Titus 3:7:

opdat wij, gerechtvaardigd wor-
dend in Zijn genade, lotdeelbezit-
ters worden, overeenkomstig de
verwachting van eonisch leven

Alleen in het evangelie zoals in
Romeinen staat, lees je over de
rechtvaardiging van de goddelo-
ze. Om niet, in Zijn genade, door
de vrijkoping in Christus Jezus. In
Zijn bloed gerechtvaardigd, geldt
voor alle gelovigen nu – later zal
heel de mensheid volgen.

‘Gods liefde is de bron.’

Gods genade is de basis voor al
de zegen die wij ontvangen. Gra-
tis en voor niets. De pijn en het
lijden van de Zoon en de Vader;
het was uit liefde. Voor u, jou en
mij, voor eenieder. Geen enkele
aanklacht kan tegen de gerecht-
vaardigde ingediend worden. In
Christus ben je onbeschuldigbaar
en dus helemaal vrij.

‘De verwachting is leven.’

Voor ons is het bijzonder dat we
lotdeelbezitters zijn. Eonisch le-
ven is een genadegeschenk (Ro-
meinen 6:23); dat (lot)deel daar-
in kan nooit afgenomen worden.
Die heerlijke verwachting heb je
in de hemel, terwijl de heiligen
van Israël eonisch leven op aar-
de zullen genieten. Met het ver-
dere uitzicht: allen zullen leven!   

Woord vandaag

‘We zijn rijk gezegend in Hem.’

Nou en of. Dat blijft, vergaat in
geen geval. Blijkt ook uit Titus:

..die Hij rijkelijk over ons uitgiet
door Jezus Christus onze Redder
                                   Titus 3:6
 
Ja, heilige geest over en in ons.
In wezen is het evangelie van de
apostel Paulus veruit het meest
geestelijk. Alle zegen is dat. Zo-
als hij later vaststelt in Efeziërs:

gezegend met iedere geestelijke
zegen in Christus, te midden van
de hemelsen          Efeziërs 1:3

‘Alles is in de geest.’

En heeft in de vrucht geweldige
uitwerking, want dat is liefde en
vreugde en vrede, geduld, zacht-

moedigheid, geloof, et cetera
Dus heilige geest is niet slechts
over ons uitgegoten, maar ook in
ons hart en vernieuwt inwendig.
Nieuwe kracht en vreugde, altijd 
voorhanden, uit Hem.

‘Ja ik proef dagelijks vreugde.’

Hangt niet van onze stemming af
en is permanent. Al voelen wij in
de ziel soms anders; Gods gena-
de en Zijn heerlijkheid geven ons
permanent vreugde in de geest.
Dat is het, het is onafhankelijk,
in wezen, van wat wij doen. Over-
vloedige vreugde is bij Hem. De 
Vader van de heerlijkheid laat  
niets aan toeval over. Dank Hem
voor Zijn grote geschenk! 

Woord vandaag

‘Zijn ware gezicht.’

Dat zien we in het mens worden
van Zijn Zoon, hoe men met Hem
omging. En hoe God Zelf daarop
reageerde in genade en liefde.

niet uit werken in gerechtigheid
die wij doen, maar in overeen-
stemming met Zijn barmhartig-
heid redde Hij ons door het bad
van wederwording en vernieuw-
ing van heilige geest  
                                  Titus 3:5

‘Je leest ook: wedergeboorte.’

Men trekt daaruit conclusies. Uit
wat Paulus hier schrijft kun je ze-
ker geen onderricht over weder-
geboorte halen alsof dat voor de
gelovigen van nu zou gelden. In
het ‘wij’ en ‘ons’ kun je zien, dat
Paulus hier mogelijk nog denkt
aan zijn medebroeders uit Israël.
De werken in gerechtigheid die
wij doen; streefde Israël onder
de wet daar niet naar?

‘Dat maakt het duidelijker.’

Ook: Zijn barmhartigheid is ty-
pisch de taal van Tenach. In bei-
de Timotheüsbrieven lees je dat
begrip als Paulus van zichzelf ge-
tuigt. Zie 1 Timotheüs 1:2,13,16
en 2 Timotheüs 1:2 waar hij het 
barmhartig zijn en barmhartig-
heid toevoegt. En de vernieuw-
ing van heilige geest zal Israël in
de nabije toekomst meemaken.

Woord vandaag

‘Vroeger en nu.’

Paulus schrijft aan Titus:

toen echter de mildheid en de 
menslievendheid van onze

Redder, God, verschenen was    
                                
Titus 3:4

Geweldig wat hier van God is
gezegd: Hij is Redder, mild en 
menslievend. In plaats van deze
kwaliteiten te benadrukken, zoals
je bij Paulus leest, noemt men
Hem in christendom heel anders.

‘Nogal, ja.’

Men ziet Hem vooral als Rechter,
toornig
 en mensvijandig. Dat is
het idee dat veel mensen bij God 
in het christendom hebben. On-
danks het feit dat Jezus Christus
als de Zoon van God en Zoon des
mensen zwaar leed uit liefde, om
heel die verdorven mensheid te
redden. Paulus schrijft ook, dat
niemand rechtvaardig is.

‘De mens en de genade.’

We lezen in Romeinen 3:10-17
heel erg duidelijk hoe het zit met
de mens. Maar de filantropie van
God, de Redder, en Zijn mildheid
bleken daaruit, dat Hij het al op
de Zoon deed aankomen, Die via
diep lijden, ja zelfs de dood van
het kruis onderging. Uit liefde. 
En daarmee verscheen van God,
zoals dat daarvoor niet te zien is
geweest, Zijn ware gelaat.

Woord vandaag

‘We zijn rijk als nieuwe mens.’

Zeker, het oude was zo anders:

want ook wij waren eens onna-
denkend, weerspanning, dwa-
lend, slavend voor velerlei be-
geerten en genot       
Titus 3:3

Dit is maar al te waar, en Paulus
zegt dat het bij hem zelf ook zo
was, hoewel hij onder de Moza-
ïsche wet leefde. Dat was geen
weerhouder, dus.

‘Het gericht zal komen.’

Bij de grote witte troon zal blij-
ken dat iedereen onder de zon-
de leefde en door het stervens-
proces zondigde. Voor degenen
die onder de wet van Mozes
waren, zal het nog erger zijn.
Romeinen 2:11-13 zegt dat. God
ziet de persoon niet aan, en als
je onder de wet was, zul je door
de wet geoordeeld worden.

 ‘Duidelijk.’

Ja onder de wet was Saulus net
zo onnadenkend, weerspannig,
dwalend en slaaf van begeerten 
en genot als de rest
. Bovendien
zegt hij: ook wij. Bedoelt hij dan
Titus en zichzelf? Kan niet, want 
Titus was geen Jood. Dus moge-
lijk bedoelde Paulus daarmee de
andere Joodse mensen en zijn ei-
gen persoon. Alleen Gods gena-
de kon en kan uitkomst bieden!