Woord vandaag

geen wijnzuiper, geen 
ruziezoeker, maar 
inschikkelijk……
    1 Timotheüs 3:3

De opziener zou ook wat de
wijn betreft, nuchter zijn.
Wijn drinken op zich is niets
op tegen, maar de opziener
zou matigheid betrachten in
dit aspect.
Een opziener kan niet iemand
zijn die ‘een kort lontje’ heeft.
Ruzie zou niet voorkomen; de
woorden ‘vrede’, ‘verzoening’
zijn hierbij treffend.
De opziener zou inschikkelijk
zijn; geen starre doordouwer
die de ander niet ziet staan. In
Filippenzen 4 wordt dit gezegd:
‘uw inschikkelijkheid zij alle
mensen bekend’.
De opziener kan ook hierin een
voorbeeld zijn. De ootmoed is
niet aangeboren; de gezindheid
van Christus Jezus zou vooral
de opziener sieren.

Woord vandaag

De opziener dan, moet zijn:
………. 
ordelijk, gastvrij, tot
onderwijzen bekwaam
       1 Timotheüs 3:2

Gods orde regeert in de
uitgeroepen gemeente.
De opziener is ook ordelijk,
systematisch in het werk van
de Heer. Wanneer nodig, is
deze ook gastvrij: anderen,
van dichtbij en ver weg, zijn
welkom. Dit is kenmerk van
de plaatselijke bijeenkomst
van gelovigen: gastvrijheid.
De opziener zou geschikt en
bereid zijn om onderwijs te
geven
. Natuurlijk volgens de
lijn van het evangelie van de
verlaten apostel, Paulus. Als
oudste (de opziener is altijd
ook oudste) moet hij andere
gelovigen goed onderricht
kunnen geven. Tot opbouw
in de genade van God.  

Woord vandaag

De opziener dan, moet zijn:
……..nuchter, verstandig, 
       1 Timotheüs 3:2

De geest van God werkt ware
nuchterheid uit. Velen laten
zich op geestelijk gebied door
allerlei meeslepen.
Spectaculaire samenkomsten
met wonderen en tekenen. Of
boeken, studies op/via internet
met opgewonden scenario’s
over de ‘eindtijd’ en dergelijke.
De opziener blijft nuchter en
houdt vast aan wat geschreven
staat. Met een juist onderscheid
tussen evangeliën, Israël en de
uitgeroepen gemeente. Hij laat
zich niet in een roes brengen.
En zal verstandig omgaan met
wat is – en wat zich aandient.
Zowel in de grote als de kleine
‘dingen’ van het leven. De echte
wijsheid van God toepassen
vanuit de Schrift is en blijft te
allen tijde nodig.  

Woord vandaag

De opziener dan, moet zijn:
onaanvechtbaar, man van één 
vrouw, nuchter, verstandig, 
ordelijk, gastvrij, tot
onderwijzen bekwaam
       1 Timotheüs 3:2

De kwalificaties zijn helder. Zo
ziet het er uit bij de opziener.
Op deze (en meer) aspecten is
de opziener onaanvechtbaar;
de tegenwerker zal proberen
aan te vallen. Lasterpraatje is
zó geboren en smaad gaat veel
sneller rond (onder gelovigen
ook, ja) dan waardering.
Gebed voor de opziener(s) zou
passend zijn; deze is immers
bezig in uitstekend werk (3:1).
Indien de opziener gehuwd is,
dan is man van één vrouw iets
waarin de opziener zijn Heer
eert, Die immers één lichaam
heeft (zie Efeziërs 5:22-33).
De opziener zou zelf leven
uit het samen met Christus
gekruisigd zijn, tot Zijn eer.

Woord vandaag

Betrouwbaar is het woord:
‘Indien iemand naar het 
opzienerschap streeft; een 
uitstekend werk begeert hij’
    1 Timotheüs 3:1

Geen vleselijk streven hier, dit
wordt door de geest van God
gewerkt. Iemand als Timotheüs
kreeg oren naar wat de apostel
verkondigt. Hij volgde exact het
onderricht, ging wandelen als
navolger van Christus Jezus.
In de ekklesia blijkt zoiets, en
gelovige broeders blijken na
verloop van tijd als opziener
te functioneren. Daar is geen
verkiezing door mensen voor
nodig; het blijkt uit geestelijke
volwassenheid en actief bezig
zijn onder de geroepenen.
Paulus laat aan Timotheüs zien,
op welke aspecten hij moest
letten, mocht het nodig zijn,
in specifieke situaties (Kreta,
Titus), eventueel aan te wijzen
wie dat zijn. Sinds het schrijven
hiervan heeft het lichaam van
Christus criteria zwart op wit.
Niemand kan 100% te allen
tijde voldoen aan deze criteria,
die evenwel zeer goed zijn om
vast te stellen wie wel, en wie
niet opziener kan zijn.