Woord vandaag

Of zijn jullie onwetend, broeders 
(want tot hen die de wet kennen 
spreek ik), dat de wet heer van  
de mens is zo lang hij leeft?
            Romeinen 7:1

Dit hoofdstuk kent 3 gedeelten:
1-6 Christus’ dood geldt voor al
degenen die in Hem zijn
7-13 De wet op zich is niet zonde
maar heilig, rechtvaardig, goed en
geestelijk, hoewel het zonde tot 
leven wekt
14-25 Een geestelijke wet is niet
bij machte een vleselijk mens te
corrigeren en te verbeteren. Wet
kan zeker geen gehoorzaamheid 
bewerken. Goede inspanningen 
lukken niet want de wet brengt
een mens in gevangenschap van
de wet(matigheid) van de zonde
die in zijn leden is.

Vandaag lees je het principe, 
dat wet over de mens heerst zo
lang die leeft. Want dat is wat 
wet doet: heersen. Hier bedoelt
Paulus de Mozaïsche, het gaat
om hen die deze kennen. 
Joodse medegelovigen. Maar:
het principe geldt allen, want in
andere religieuze groepen zijn 
ook wetten en regels. 
U, jij en ik zijn als gelovigen
onder de genade van God.
Dank U wel.

Woord vandaag

Want het rantsoen van de 
zonde is de dood, 
de genadegave van God nu, is 
eonisch leven in Christus Jezus 
onze Heer

             Romeinen 6:23

Zonde, zondigen, loont niet.
Het is weinig tot niets: dood.
Geen contact met God. Wat in
genade ons geschonken is, is
eonisch leven. Dat leven nu al 
uitleven brengt vrucht. God
‘beloont’ jou, die in Zijn kracht
leeft. Dat is het ware leven, in
liefde en genade met elkaar 
en de anderen die buiten zijn,
leven. Dat leven is in Christus
Jezus, onze Heer
. Niets minder
dan in Hem! Hij, verheerlijkt 
en aan de rechter(hand) van 
de Vader. Hij ziet je in liefde 
en zal altijd nabij je zijn.  

Woord vandaag

Thans echter, vrijgemaakt van 
de zonde, maar slaaf van God 
gemaakt, hebben jullie je vrucht 
tot heiliging en als voltooiing 
eonisch leven
    
       Romeinen 6:22

Nu de zonde niet langer heerst 
in je leven, hoef je je niet meer 
druk te maken om je begeerten
te vervullen. Je hebt je handen 
vrij om God te dienen. Je wordt 
je bewust dat je apart gezet bent
voor de dienst aan God. Heilig. 
Dan ervaar je het ware, eonische
leven nu al in de praktijk. Zo kon 
Paulus tegen Timotheüs zeggen:
grijp het eonische leven. Hij had
het in Christus al gekregen, en 
kon dat leven, op God gericht. 

Woord vandaag

Wat voor vrucht hadden jullie 
dan destijds? Dingen waarvoor 
jullie je nu schamen, want het 
einde daarvan is wel de dood.

            Romeinen 6:21

Vervullen van hartstochten en
begeerten is een leeg bestaan.
Het geeft geen vervulling, zonder 
God stelt het leven niet veel voor.
Achteraf, nadat je tot geloof was
gekomen, schaam je je voor wat
je voorheen hebt gedaan. Toch is
dat niet voor niets geweest; des
te scherper zie je het contrast in
je leven. Nu: vreugdevol leven, in
genade en vrede met God. Dat is
voldoende en het vervult je. Ook
al is er lijden, en dat kan hevig
zijn; daarin is Vader je troost en 
steun en kracht.

Woord vandaag

Want toen jullie slaven waren van 
de zonde, waren jullie vrij van de 
gerechtigheid.
              Romeinen 6:20

In het ‘oude leven’ onder zonde
was het in wezen ellendig. Niet 
tot eer van God, alleen doelloos 
vervullen van eigen begeerten. 
Toen het geloof ging werken in
ons veranderde alles. Nu, als 
slaven van de rechtvaardigheid, 
is het leven vol met verwachting, 
liefde, uitzicht.
De God die we mogen kennen is
een groot God, Die geen fouten 
maakt en in liefde alles leidt naar
de raad van Zijn wil. 
Hem als slaaf te kunnen dienen 
is wat nu geldt voor ons.