Woord vandaag

Want indien zij die uit de wet zijn, 
lotdeelbezitters zijn, is het geloof 
leeg gemaakt en is de belofte 
buiten werking gesteld

     Romeinen 4:14

Paulus gaat verder in de lijn van 
het betoog, bij de rechtvaardiging
het vlees geen rol speelt. Geloof 
is zonder werken. Indien uit (de
werken van) de wet een lotdeel 
bemachtigd kan worden, dan is 
geloof zonder betekenis. Leeg.
En de (kracht van de) belofte is 
dan niet effectief meer. Dit is de
enig logische conclusie. Het is: óf 
Gods belofte + geloof, óf de wet
+ de werken (van de mens). 
De kracht van de mens stelt niets
voor; de kracht van God is alles. 

Woord vandaag

Want niet door wet is de belofte 
aan Abraham of aan zijn zaad 
gedaan, dat hij lotdeelbezitter 
van de wereld zou zijn, maar 
door gerechtigheid van geloof
         Romeinen 4:13

Het lotgenieter van de wereld
zijn heeft Abraham niet aan 
werken te danken. Nee, weer
stelt de apostel, dat geloof 
grond is voor rechtvaardiging.
Op basis hiervan wordt gezegd,
dat hij aan de hele wereld de
rijkdom van Gods gunst geeft.
Lotdeelbezitter zijn houdt in
dat je ervan kan genieten; de
Jood heeft in het land de zegen
van voldoende eten en drinken.
In geestelijk opzicht verlossing
en wegdoen van de zonde. Net
als voor ieder ander mens geldt
voor Abraham en Saraï: genade
krijg je alleen via Jezus Christus, 
Zoon van Abraham.

Woord vandaag

Want niet door wet is de belofte 
aan Abraham of aan zijn zaad 
gedaan, dat hij lotdeelbezitter 
van de wereld zou zijn, maar 
door gerechtigheid van geloof
         Romeinen 4:13

Abraham leefde niet onder de
wet. Hij leefde op de beloften 
die God hem en Saraï gaf. Dat 
was genoeg. In de beloften die
Abraham ontving, zat besloten 
dat zelfs de wereld in de zegen 
van Abraham zou delen. In jou
en in jouw zaad zullen al de 
geslachten van de aardbodem 
gezegend worden.
 Dat zaad is
duidelijk de Christus, Jezus, Die
later op aarde kwam als Mens.
Door Hem zal heel de wereld 
rijk gezegend worden.

Woord vandaag

en vader van de besnijdenis, 
niet alleen voor hen die uit de 
besnijdenis zijn, maar ook voor 
hen die de grondregels van het 
geloof volgen in de voetsporen 
van onze vader Abraham, in de 
voorhuid
             Romeinen 4:12

Abraham is de vader van allen 
die geloven. Abraham geloofde
God toen hij nog onbesneden 
was. Maar hij is óók de vader in
geloof 
van de besnedenen. Dat
is: van de gelovigen die uit de
besnijdenis zijn. Wanneer zij de 
basisprincipes volgen, is dat niet
het houden van de wet met een 
verhard hart of uit eigen kracht.
Dat is het zoeken van eigen eer.
Het betekent voor hen in geloof
opzien naar Jahweh hun God en 
uitzien naar de Messias. Die zal
komen, Hij verlost ze van al hun 
tekortkomingen. Alle eer is dan
voor God en Zijn Christus. 

Woord vandaag

En hij heeft het teken van de 
besnijdenis genomen, een zegel 
van de gerechtigheid van het 
geloof dat in de voorhuid was, 
opdat hij vader is van allen die 
geloven door voorhuid, zodat 
hen gerechtigheid toegerekend
wordt
     Romeinen 4:11

Paulus toont hier duidelijk aan 
de hand van de feitengeloof
heeft niets van doen met status.
Voor God maakt het echt niets
uit of iemand besneden is. 
Besnijdenis laat zien dat men bij
Israël hoort. Maar de geestelijke 
betekenis is dat het vlees niets in
te brengen heeft
. Naar zijn eigen 
volksgenoten spreekt de apostel
over Abraham. Het geloof dat 
tot rechtvaardigheid gerekend is,
was al aanwezig toen de oude 
aartsvader nog onbesneden, in 
de voorhuid, was. 
De handeling
(met mensenhanden) kón geen
invloed hebben op toerekenen
door God. We lezen iets verder
in Romeinen 4, dat geloof juist
overeenstemt met genade