Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

nu, wie Hij tevoren bestemt, 
deze roept Hij ook, en wie Hij 
roept, deze rechtvaardigt Hij 
ook; wie Hij nu rechtvaardigt, 
deze verheerlijkt Hij ook
           Romeinen 8:30

Het richting gevende tevoren 
bestemt krijgt voor elk lid een
vervolg in: roept. God, in Zijn 
liefde, roept mensen uit. Dat
doet Hij op Zijn tijd en manier.
Daarvoor gebruikt Hij andere
leden, zoals wij, nadat Hij ooit
begon met Saulus. Deze was
het onder-voorbeeld van allen
die later geroepen werden, in
genade, 1 Timotheüs 1:16. 
Deze roepstem gaat nog uit, 
de tijd is nog maar kort. Laten
we luisteren en doorgeven. 

Zijn Zoon, opdat Hij 
Eerstgeborene is onder 
veel broeders
   Romeinen 8:29^b

We overwogen het wonder, dat
God ons omvormt tot het beeld
van Zijn geliefde Zoon. Vroeger
beelddragers van Adam. Dat is 
zo geweest. Wij waren zondaars
en nu verlost en gered in Zijn 
kostbaar bloed. 
Gerechtvaardigd om niet. Vanaf 
het moment dat we de geest van
zoonschap ontvingen, ging Vader
ons vormen, kneden, naar het 
beeld van Zijn Zoon. Het gaat om
Hem, want dit proces is, opdat 
HIJ Eerstgeborene is, te midden 
van veel broeders en zusters. 

wie Hij tevoren kent, 
Hij ook tevoren bestemt 
gelijkvormig te zijn aan het 
beeld van Zijn Zoon, opdat 
Hij Eerstgeborene is onder 
veel broeders
     Romeinen 8:29

Na tevoren kent klinkt ook het:
tevoren bestemt. Daarin zit de
richting, in de grondtaal zie je
horizon. Met doen zien erachter.
God, de Vader, had u jou en mij
en al de leden voorzien.
Bedoeling; de geest van het
zoonschap verandert ons.
We worden omgevormd tot het
beeld van Zijn Zoon. Wij, eerst
beelddragers van Adam, zijn nu
bevoorrecht, dat God ons als
eersten beelddragers van Zijn
Zoon maakt.

die in overeenstemming met 
het voornemen geroepen zijn,  
dat wie Hij tevoren kent, Hij 
ook tevoren bestemt 
gelijkvormig te zijn aan het 
beeld van Zijn Zoon, opdat 
Hij Eerstgeborene is onder 
veel broeders
     Romeinen 8:28^b, 29

Wonderlijk is, dat God je, lang
voor je geboren werd, kende.
Hij had je op het oog. David, in
Psalm 139:16 spreekt van wat
wij maar nauwelijks begrijpen:

Uw ogen zagen mijn embryo

Dat verwijst allereerst naar de
Heer Jezus Christus toen Hij 
nog geboren moest worden als
Mens. Maar bij uitbreiding gold
dat voor David. Ook voor ons, 
je leest het in: tevoren kent. In
hogere zin geldt dat geestelijk;
God kende al de leden van het 
lichaam van Christus vóór het 
plan van eonen begon, zelfs.

voor hen die God liefhebben, 
die in overeenstemming met 
het voornemen geroepen zijn,  
dat wie Hij tevoren kent, Hij 
ook tevoren bestemt 
gelijkvormig te zijn aan het 
beeld van Zijn Zoon, opdat 
Hij Eerstgeborene is onder 
veel broeders
     Romeinen 8:28^b,29

Dit betreft u jij en ik en: vele, 
vele anderen. Het voornemen
was van God. Daarin besloten
was, dat Hij je tevoren kent, 
en tevoren bestemt. Roeping,
lezen we, is in harmonie met
het voornemen (van God). Híj́
roept al degenen die tevoren 
gekend en bestemd waren. In
ons was niets dat die reactie 
van God moest oproepen. 
Nee, Hij bepaalt alles; óók de 
weg die Hij met jou gaat als 
zoon/dochter; het komt uit 
Zijn liefde voort.