Woord vandaag

Toon hen die zondigen voor
het aangezicht van allen aan,
opdat ook de overigen vrees hebben.
         
1 Timotheüs 5:20

Zo’n ingrijpend iets zouden de
andere oudsten doen. Het gaat
al de overigen (groep gelovigen
waar de oudste in functioneert)
aan. Zij bidden voor de oudste,
werden door hem opgebouwd.
Indien sprake was van zonde,
moet dat aangetoond en voor
allen bewezen zijn via getuigen.
Meestal zal betreffende oudste
daarna niet meer functioneren
als zodanig.
Gods genade
werkt nu eenmaal (Romeinen 6)
tegen de zonde.   
Dat houdt niet in, dat anderen
angstig zouden worden.
Het zou wel de vrees, eerbied,
ontzag, voor zo’n genadige Heer
doen groeien bij ons.

Woord vandaag

Neem tegen een oudste geen 
beschuldiging aan buiten dit: 
tenzij op twee of drie getuigen
     
1 Timotheüs 5:19

Niet voor niets was al in Thora 
bepaald, dat er 2 of 3 getuigen 
nodig zijn om te bevestigen.
De meer dan 500 die de Heer 
in de opstanding zagen, is dus 
zeer ruim voldoende. 
Beschuldiging van een oudste 
is iets dat op velen invloed zal
hebben als het waar blijkt.
Daarom moet het zorgvuldig 
behandeld worden. 
Het gaat tenslotte om oudsten 
die dienstwerk verrichten tot  
opbouw van gelovigen. Gelet
op wat in Paulus’ brieven over
oudsten staat, moeten beslist
de nodige getuigen gehoord 
worden, zo uitvoerig mogelijk.
Dat is de weg van de genade 
en de liefde van God, met het
belang van Christus Jezus als 
maatstaf. 

Woord vandaag

“Een dorsend rund zal jij niet 
muilbanden”, en “De werker 
is zijn loon waardig”.

        1 Timotheüs 5:18

Uit deze citaten blijkt dat de
Tenach eenvoudig aangaf:
het rund dat graan dorst, 
mag ervan eten.
In het dagelijks leven geldt 
ook het principe: loon naar 
werken. Paulus maakte geen
gebruik van de regel, dat de
evangelist van zijn boodschap
leeft (1 Korinthiërs 9:3-18).
Hij werkte nacht en dag om 
het evangelie gratis (genade)
te kunnen uitdelen. Zo kon
klemmende afhankelijkheid 
voorkomen worden. 
Zoals gisteren opgemerkt: de
Heer zorgde voor hem, hij had
altijd genoeg.

Woord vandaag

Laat oudsten die uitstekend 
voorgestaan hebben dubbele 
eer waardig zijn, allermeest zij 
die zich inspannen in woord en 
onderwijzing

     1 Timotheüs 5:17

Paulus gaat door over oudsten,
in 3:1-13; 4:14; 5:1 noemt hij 
de diverse ‘vooraanstaanden’ 
onder gelovigen. 
Je hoort soms van gemeentes, 
van degenen die het betreft, 
dat ouderen die lang intens 
dienstwerk deden, rigoreus 
aan de kant gezet worden, 
want: te oud. 
Bij Paulus is dat anders.
Oudsten, die op uitstekende
wijze hun dienstwerk doen te 
midden van gelovigen, zouden 
dubbele eer ontvangen.
Inzonderheid noemt Paulus 
hen die zich inspannen in 
woord en onderwijzing. De 
apostel wist als geen ander 
hoeveel moeite dat kost. Hij 
deed zelf echter nooit beroep
op gelovigen. De Heer zorgde
voor hem, en dat was genoeg.
Wij zouden (sowieso) bidden 
voor oudsten die in uitstekend 
dienstwerk bezig zijn.