maar, zoals wij getoetst zijn
door God, om het evangelie
toevertrouwd te krijgen, zo
spreken wij, niet om mensen
te behagen maar God, die
onze harten toetst.
1 Thessalonicenzen 2:4
Het motief komt hier duidelijk
naar voren: Paulus en zijn
medewerkers, zij willen alleen
God behagen. Hij gaf opdracht
om Zijn evangelie te spreken.
Hij vertrouwde dat aan Paulus
en zijn medearbeiders toe.
En zij waakten ervoor dat te
verkwanselen. Er waren in die
dagen (en zijn er ook nu!) de
‘bedrieglijke werkers’ ofwel
‘valse apostelen’. God test en
toetst de harten inzake motief.
En , ja zij moesten spreken dat
wat God zegt. En zo gebeurde
dat in Thessaloniki, ook nadat
Paulus weer verder was gegaan
naar andere plaatsen. Zij, die
zijn evangelie gehoord hebben,
zouden ermee doorgaan. Zulke
rijkdom is niet alleen voor jezelf.