in slagen, in gevangenissen,
in oproeren, in moeiten, in
waakzaamheden, in het vasten
2 Korinthiërs 6:5
In al deze omstandigheden
was Paulus’ houding, dat hij
geen struikelblok wilde zijn.
Het gaat om het woord van de
verzoening, dat moet uitgaan.
Daartoe wilde de apostel in
geen enkel opzicht hindernis
zijn. Hij werd geslagen, kwam
in de gevangenis (Filippi); er
ontstond steeds onrust als
hij ergens was en sprak.
En moeiten, inspanningen
om het woord van de Heer
te kunnen spreken; geen
eenvoudige weg.
Ook waakzaamheid was in
alle opzichten nodig; gebed
daarvoor hoort immers bij
de wapenrusting.
Op weg was er soms geen
of nauwelijks eten; vasten
is letterlijk: niet-eten. Het
is bij Paulus niet religieus
geladen; soms kon hij enige
tijd niet kon eten door de
omstandigheden. Daarin
wilde hij niemand tot last
zijn, de Heer gaf tijdig wat
nodig was.
Was het thema van deze samenkomst
waarin Romeinen 5:18 besproken werd.
Wat 1 mens of 1 Mens deed, heeft grote
en onherroepelijke consequenties voor
alle mensen. Naluisteren: HIER
maar in alles onszelf aanbevelen
als dienaren van God, in veel
volharding, in verdrukkingen,
in noden, in benauwdheden
2 Korinthiërs 6:4
In relatie geldt liefde als motor
die nooit opgeeft. God ging de
relatie met ons aan voordat
wij ons bewust waren Wie Hij
is. Nadat wij geroepen werden
stroomde Zijn liefde door Zijn
geest ons hart in. Dat werd in
ons tot de motor die nooit af
laat weten. Paulus gaf nooit op
sinds hij werd geroepen. Zijn
medewerkers volgden ook dat
Voorbeeld: Christus Jezus zelf.
Hij, en Zijn en God en Vader
zijn het, waarvoor wij leven.
Die relatie kan niet stuk lopen,
wij mogen beseffen dat niets
ons kan scheiden van Vaders
liefde in Hem. Daarom gingen
zij door; ongeacht druk van
buiten en van binnen, ondanks
noden en hachelijke situaties.
De kracht tot volharding was
en is de liefde van God, te zien
in de ene grote opoffering van
Hem: de dood en opstanding
van Zijn geliefde Zoon.
Wij geven niemand in iets een
struikelblok, opdat de dienst
geen smet krijgt.
2 Korinthiërs 6:3
Voor Paulus was de dienst
van de verzoening alles.
Daarvoor zette hij zijn leven
in. En hij -en medewerkers-
wilden in geen enkel opzicht
aanleiding geven tot smet op
en over wat dan ook. In het
vervolg somt Paulus allerlei
op om te laten zien hoe hij
(en anderen) hun dienstwerk
in verzoening deden. Steeds
had Paulus last van mensen
die voortgang ervan wilden
belemmeren, gestuurd door
de tegenstander. Zelfs al zou
het ‘onrechtvaardig’ zijn, en
nadelig voor hem zelf zijn.
Als de dienst van verzoening
en genade maar doorging.
Fijne voorbeelden die wij na
kunnen volgen.
Zie, nu is een welaangename
era! Zie, nu is een dag van
redding!
2 Korinthiërs 6:2b
In deze ‘dag’, nu al bijna 2000
jaar, klinkt heerlijk evangelie
van genade voor iedereen.
Degenen die geloven, horen
bij het lichaam van Christus.
Zij zijn verzegeld; alles is te
danken aan het geloof van
Jezus Christus. Zonder welke
voorwaarde dan ook.
De redding is:
om niet, in Zijn genade door
de vrijkoping in Christus Jezus.
Verzoend met God door de
dood van de Zoon.
Daar leven wij uit en mogen
het woord van verzoening in
liefde doorgeven aan anderen.
Copyright © All rights reserved.