omdat zij, God kennend, Hem
niet als God verheerlijken of
danken
Romeinen 1:21a
De mens is onverdedigbaar voor
de grote witte troon, zagen we
gisteren. Hier lees je een verdere
reden: men kent God zeker wel,
maar wil God niet danken en de
eer geven. Men stelt zichzelf als
mens in het middelpunt. We zijn
en leven in de dag van de mens
(1 Corinthiërs 4:4,5).
Die eindigt compleet mislukt,
vanuit menselijk oogpunt gezien.
En dat heeft alles met onze tekst
te maken. De mens verheerlijkt
en dankt God niet. Terwijl men
Hem in het algemeen wel kent/
kende. Hoe? Door woorden van
God; velen hoorden of lazen dat
God Schepper is, Zijn schepping
vasthoudt. Zo kent men God: uit
schepping en/of uit woorden. Zo
was/is de mens onverdedigbaar
als het er echt op aan komt.