Paulus en Silvanus en Timotheüs,
aan de uitgeroepen gemeente
van de Thessalonicenzen in God,
onze Vader, en de Heer Jezus
Christus.
2 Thessalonicenzen 1:1
De gelovige wordt ook in de Heer
Jezus Christus gezien. Hij is Heer;
dat belijden wij, en dat iedereen in
de toekomst dat ook van harte zal
doen, is zeker.
De Naam Jezus betekent in wezen
Jahweh redt. Deze Naam is uiterst
kostbaar. Soms hoor je in liederen
en/spreken de Naam Jezus te pas
en te onpas. Paulus gebruikt deze
zelden; meestal schrijft hij Christus
Jezus of Heer Jezus.
Dat is ook in harmonie met feiten:
Hij is Heer, verhoogd aan Vaders
rechter(hand): Christus Jezus. Ja,
mag ons hart en denken op Hem
gericht zijn, de Gezalfde (Christus),
Die zelfs voor ons bidt en pleit bij
de Vader!