Woord vandaag

Uitstekend is het geen vlees te 
eten, noch wijn te drinken, 
noch iets te doen waar jouw 
broeder zich aan stoot of door 
verstrikt wordt of zwak is
         
Romeinen 14:21

In het verleden, voordat Paulus
sprak en schreef, had Gods volk
Israël duidelijke instructies over
voedsel. Nu ligt dat anders; in
Christus is alle vrijheid om alles
te eten. Als je echter de ander
aanstoot geeft door wat je eet
(en drinkt), dan zou je dat laten
om tot opbouw te willen zijn.
De genade in Christus Jezus is
onze gids nu wij niet onder wet
zijn. Wellicht zijn anderen van
mening dat wij iets moeten als
het gaat om de manier waarop
wij samenkomen, bidden, et
cetera. Het zij zo. Velen beseffen
nog niet hoe diep Gods liefde is:
niets kan ons scheiden van de
liefde van God in Christus Jezus
Heer.
 Onze tekst gaat verder en
is breder dan eten en drinken of
houden van dagen.
Alle facetten van samen leven
als gelovigen vallen hier onder;
we zouden alles doen om geen
struikelblok voor de ander te zijn.
En dat na te jagen wat opbouw
van de ander bevordert.

Woord vandaag

Breek niet omwille van voedsel 
het werk van God af. Alles is 
inderdaad rein, maar het is 
kwaad voor de mens die onder 
aanstoot nuttigt
           
Romeinen 14:20

Wat we wel en niet mogen eten
staat in Deuteronomium 12 en
14. Veel christenen willen zich
daaraan houden. Men ziet in het
overwegen van zulke praktische
zaken, onvoldoende de gevolgen
van Zijn kruisdood.
De genade van God die Paulus
verkondigt maakt een einde aan
zulke voorschriften. Hij schrijft,
dat eten ons niet een ‘status’
bij God geeft (1 Cor.8:8a).
Niets is in zichzelf besmet of  
‘algemeen’. Want het koninkrijk
van God is niet eten en drinken,
lees Romeinen 14:14,17.
De reden dat wij soms niet iets
eten, is omdat we een zwakke
in geloof niet willen kwetsen of
een struikelblok willen zijn voor
de ander. Fijngevoeligheid en
ootmoedigheid kenmerken de
gegroeide gelovige immers.

Woord vandaag

Dan jagen wij dus na wat de 
vrede en wat de opbouw van 
elkaar bevordert
         
Romeinen 14:19

Dat wat je geloof en broeders
en zusters opbouwt, is nuttig.
Alle dingen zijn mij geoorloofd,
zegt Paulus, maar lang niet alles
is tot opbouw, is nuttig.
Zo jagen wij na wat wél tot
opbouw van elkaar is. Bevorder
je, met wat je doet, vrede? We
leven uit de genade Gods, door
verzoening, en hebben vrede.
Dat is nu al ons voorrecht. We
leven met het oog op de bèma
en wat daarna volgt. God maakt
ons gereed voor de heerlijke,
grootse toekomst. De vrede die
wij nu al mogen uitdragen, gaan
wij ook straks aan al de hemelse
machten, krachten, boodschap-
pers bekendmaken, afkondigen.
Wat een uitzicht!

Woord vandaag

Dan jagen wij dus na wat de 
vrede en wat de opbouw van 
elkaar bevordert
         
Romeinen 14:19

In ons binnenste, in ons hart, is
geen plaats voor haat als je
beseft wat Gods liefde in het
de dood van Zijn Zoon voor ons
(en voor allen) betekent. Als je
die verzoening met God beleeft,
ontvangen hebt, heb je vrede.
Romeinen 5:1,11 geeft dat aan.
Dit is zo anders dan ons eigen
idee over vrede. We verwachten
dat wellicht van anderen, maar
Paulus geeft hier aan: najagen.
De kracht van het evangelie van
de verzoening door Zijn dood is
in ons het motief om vrede met
de ander na te jagen
. Dit is niet
een streven vanuit humaan zijn
of humaniteit, maar gedreven
worden door de kracht van onze
verzoenende God en Vader in u,
jou en mij.

Woord vandaag

Dan jagen wij dus na wat de 
vrede en wat de opbouw van 
elkaar bevordert
         
Romeinen 14:19

In het evangelie is de reddende
kracht van God voor ons leven
aanwezig. Het redt ons van het
vleselijke: trots, jaloersheid,
woede en streverigheid. Dat is
van grote waarde in je dagelijks
leven. In je hart, je denken, je
houding verdwijnt het op jezelf
gericht zijn. Wanneer? Als je
echt gaat beseffen wat het is
dat je vrijgekocht bent in Hem,
Christus Jezus. Gerechtvaardigd
om niet in Gods genade. Dan is
grote vreugde, lofprijzing in je
en je weet je bevrijd van jezelf.
Alle lof en dank aan de Vader!