Laat wie eet hem die niet
eet niet kleineren en laat
wie niet eet hem die eet
niet richten, want God
heeft die tot zich genomen.
Romeinen 14:3
De toonzetting is hier niet zo
als in Kolossenzen 2:20-23 en
Galaten 4:8-11. In die situaties
ging het om leraren die wel of
niet eten een zaak van redding
(of het completeren ervan)
maakten. Het gaat nu niet om
de zuivere genade prediking.
Minachten en richten door
zwak en sterk kan niet aan de
orde zijn. Iedere gelovige is in
genade en liefde geroepen
door God. God, Die weet van
onze zwaktes en tekorten.
Paulus’ aanspreken gebeurt
niet op basis van zijn wijsheid.
Zoals altijd is zijn evangelie, in
wandel en geloof, leidend.