En weer zegt hij: “Prijst de Heer,
al de natiën, En lofprijst Hem,
al de volken.”
Romeinen 15:11
Dit is uit Psalm 117:1 en dat is de
kortste. Deze bezingt ook trouw,
die van Jahweh aan Zijn volk, en
daardoor ook aan de volkeren. In
deze tijd geldt dit in zekere zin als
mensen uit alle natiën geroepen
lid van het lichaam van Christus
zijn. Straks, in het millennium (de
1000 jaren), wordt dit letterlijk
vervuld in de natiën die dan een
ondergeschikte positie aan Israël
hebben. Als wij ootmoedig en
trouw Zijn dienstwerk doen, zijn
wij ook bezig Hem te prijzen en
zelfs te lofprijzen. Dat we dat in
en tijdens dienstwerk in ons hart
doen, is dankzij de genade van
God, die in ons hart is (Efe.5:18).