Want indien Jozua hen in het
stoppen had gebracht zou Hij
niet over een andere dag
hebben gesproken na deze
dingen.
Hebreeën 4:8
Als men Jozua en Kaleb was
gevolgd, in geloof, dan zou er
nooit over een andere dag
zijn gesproken. Jozua wordt
slechts even genoemd; dat
laat zien hoezeer Hebreeën
bezig is met de situatie van
het volk Israël in de wildernis.
Het volk Israël was in de tijd
Handelingen op weg naar het
beloofde koninkrijk. Net zoals
het volk uit Egypte gekomen,
op weg was naar het beloofde
land. Zij zouden ingaan in het
‘stoppen’, net zoals Jahweh
op de zevende dag. Geloof is
het, dat stopt met eigen(wijze)
werken; het geeft zich over in
de machtige hand van Vader.