![](https://da-ath.nl/wp-content/uploads/2024/03/De-doop-voorkant-1-722x1024.jpg)
![](https://da-ath.nl/wp-content/uploads/2024/03/De-doop-achterkant.jpg)
Gods woord is leven
Want ons roemen is dit, het
getuigenis van ons geweten,
dat wij ons in heiligheid en
oprechtheid van God, niet
in vleselijke wijsheid, maar
in de genade van God
gedragen hebben in de
wereld, overvloeiender
echter naar jullie toe.
2 Korinthiërs 1:12
Paulus laat veel zien van de
innerlijke overwegingen en
afwegingen in het dienstwerk.
Het roemen bij de Korinthiërs
was regelmatig vleselijk.
Zij zagen tegen mensen op.
Het geweten is belangrijk,
omdat het door inwerking
van het woord en de geest
van God aangescherpt wordt.
Toch is de stem ervan voor
ons niet doorslaggevend.
Dat blijft te allen tijde Gods
woord, in het bijzonder het
evangelie van de verlaten
apostel. Dat zou ons leiden,
richting geven. En dat voert
ons, het voorbeeld van Paulus
volgend, voortdurend in een
God-gerichte wandel, tot Zijn
eer.
opdat Hij uit vele monden
voor de in ons gegeven
genadegave door velen
gedankt wordt voor ons
2 Korinthiërs 1:11b
Dankbaarheid is ons mensen
niet aangeboren. Als kleine
kinderen leren we ‘dank u
wel’ te zeggen wanneer we
iets krijgen.
In de Schrift zien we de dank
vooral bij gebed en smeking
genoemd in de brieven en
bij de Heer op aarde.
Nu wij zo’n grote rijkdom aan
genade ontvangen hebben,
kunnen wij niet anders dan
Hem dagelijks danken. Niet
alleen voor wat in Zijn Zoon
geschonken is. Maar ook de
dagelijkse leiding die Vader
geeft, in diepe wijsheid, dat
stemt ons dankbaar.
opdat Hij uit vele monden
voor de in ons gegeven
genadegave door velen
gedankt wordt voor ons
2 Korinthiërs 1:11b
Paulus schrijft: voor ons.
De gelovigen in Korinthe
waren verdeeld dankbaar
voor Paulus. In feite zouden
zij God steeds danken voor
zo’n apostel en leraar.
Dit verlangt Paulus; dat de
gelovigen God, de Vader,
intens danken voor Zijn
evangelie van genade.
Het is fijn dat mensen zo’n
enorm goede boodschap,
vol liefde en heerlijkheid
kennen. Als zij Vader ervoor
danken, verheugt dat Vaders
hart. Hij zal alles uitwerken
volgens Zijn plan, Zijn hart.
terwijl ook jullie samen
medewerken voor ons met
jullie smeekbede
2 Korinthiërs 1:11a
Een aspect waar wij niet zo
vaak aan denken misschien:
gebed, voorbede is ook een
vorm van samenwerking.
Paulus vroeg regelmatig om
te bidden voor het werk en
de medewerkers. Dat het
woord van de Heer snelle
voortgang mag hebben.
Dat hij vrijmoedig zou zijn,
zodat het woord van de
verzoening kon klinken.
Ook noemt hij gebed voor
een geopende deur voor
het woord om te spreken
van het geheimenis van
Christus. Wanneer wij dat
doen, werken u, jij en ik
samen!
In Hem verwachten wij, dat
Hij ons ook nog zal bergen
2 Korinthiërs 1:10b
Paulus verwachtte alles van
God, de Vader. Die staat in
dit stukje centraal. In heel
de Schrift is de Vader de
God Die de doden opwekt.
Dat is grote troost; het is
zo, dat het met de dood
niet afgelopen is. De doden
weten van niets, totdat ze
de ogen openen omdat ze
gewekt worden.
Onze geliefde ontslapenen
zullen wij weerzien! Op dat
moment, tijdstip dat door
de Vader vastgelegd is.
Paulus verwachtte dat die
Vader hem zou bergen, uit
diverse (gevaarlijke) situaties.
We zien op neer Hem, Die
ons onuitsprekelijk liefheeft.