Woord vandaag
Wees ook jíj op je hoede voor
hem, want hij heeft onze
woorden zeer weerstaan
2 Timotheüs 4:15
Het ‘op je hoede zijn’ wijst in
de grondtekst op ‘waken’ in
de zin van: ‘bewaken’.
Paulus attendeert Timotheüs
dringend op het gevaar van
Alexander. Naast ‘veel kwaad’
ten opzichte van de apostel,
noemt Paulus hier:
hij heeft onze woorden zeer
weerstaan.
Hij werkte niet alleen tegen
het evangelie van Paulus in.
Het ‘weerstaan’ is letterlijk:
‘in-plaats-van-staan’.
Mogelijk had deze Alexander
een ‘eigen’ boodschap, en
ging ermee in de plaats van
wat Paulus bracht, staan.
Dit is duidelijk genoeg; laten
wij Vader danken voor wat we
in dat heerlijke evangelie van
de rijkdom van Gods genade
ontvangen hebben!
Woord vandaag
Alexander, de koperslager,
heeft mij veel kwaad betoond.
De Heer zal hem naar zijn
werken teruggeven.
2 Timotheüs 4:14
Het is niet duidelijk of dit ook
de Alexander uit 1Tim.1:20 is.
Z’n geloof was op de klippen
gelopen. En hij lasterde; dat is
een vorm van (groot) kwaad.
Lasteren = schade-verklaren;
dat is: verklaringen afleggen,
iets zeggen dat iets, meestal
iemand beschadigt. Er staat
zelfs van deze Alexander, dat
hij de apostel van de natiën
veel kwaad betoond had. Nu
nam Paulus zelf geen wraak
op hem; hij liet het over aan
de Heer.
Als het gaat om het evangelie
van genade, kan verdediging
(Galaten!) nodig zijn. Kennelijk
ging het hier om tegenwerking
in de mens-tot-mens sfeer.
Lasteren op de mens gericht,
is vaak liegend kwaadspreken;
dat liet Paulus gaan. Wat de
lasteraar op zich laadt, zal de
Heer te Zijner tijd teruggeven.
In alles mogen we opzien naar
Hem, Die ons onuitsprekelijk
liefheeft!
Woord vandaag
Breng de reismantel, die ik in
Troas bij Karpus achterliet
mee, wanneer je komt, en de
boekrollen, allermeest de
perkamenten.
2 Timotheüs 4:13
Paulus wilde de boekrollen,
mogelijk delen van Tenach?
En hij wilde de perkamenten,
kostbaar, men schreef erop,
het waren vellen dierenhuid
die bewerkt waren. Ze waren
zeer goed houdbaar, zo is o.a.
de beroemde codex Sinaïticus
een tekst in 4 kolommen per
beschreven vel perkament.
Met het woord perkamenten
kan een (subtiele) verwijzing
gegeven zijn naar al Paulus’
brieven. En wat hebben we
meer nodig, dan wat daarin
staat? Hoe wezenlijk is elke
aanhef: genade en vrede voor
jullie, van God, onze Vader,
en van de Heer Jezus Christus.
Als die geestelijke kwaliteiten
ons leven regeren, genade en
vrede, geeft dat vrucht, om
Vader en Zoon te verheerlijken!
Woord vandaag
Breng de reismantel, die ik in
Troas bij Karpus achterliet
mee, wanneer je komt, en de
boekrollen, allermeest de
perkamenten.
2 Timotheüs 4:13
Paulus werd te Troas geroepen
om de oversteek te maken.
Een Macedonisch man riep in
de nacht in een gezicht: kom
naar Macedonië! (Ha.16:8-11)
Daar moest de apostel verder
het goede nieuws van Gods
genade verkondigen. Toen hij
dit schreef aan Timotheüs, zal
hij zich dit herinnerd hebben.
Karpus betekent vrucht en dat
is een indicatie, dat het goede
nieuws dat Paulus bracht, veel
vrucht droeg.
Het belangrijkste is het Woord.
Paulus vraagt om de reismantel;
mogelijk kan daarmee ook de
omhulling bedoeld zijn waarin
de boekrollen, perkamenten
goed beschermd mee konden
reizen met Timotheüs.