Daarom was Ik boos op deze
generatie en zei: Steeds dwalen
zij in hun hart; Zij kennen echter
Mijn wegen niet.
Hebreeën 3:10
Het ging om het hart. Het
hart van Jahweh werd steeds
gekrenkt door het volk Israël,
dat op weg was naar het
beloofde land. Hun harten
dwaalden van Hem af.
De eredienst werd wel gedaan,
de priesters en de levieten, zij
namen in de tabernakel elke
dag hun dienst waar. Maar het
hart van het volk was vaak ver
bij Jahweh vandaan. Hoewel
Hij ze dagelijks in manna, water
en voldoende om te leven in de
wildernis voorzag.
De omstandigheden waren in
de regel niet eenvoudig, maar
men verzuimde vaak wijsheid
en raad bij Jahweh te zoeken.
Dat is voor ons tot voorbeeld
opgeschreven; laten wij voor
al onze levensvragen Hem de
weg bepalen, Die ons boven
alle mate liefheeft!