Woord vandaag

18 mei 2018
‘Nu wel God en naaste liefhebben.’

In dit beheer van de genade van God
is het wel mogelijk. Uniek in deze tijd
is, dat in de leden van het lichaam van
Christus heilige geest woont. We zijn
ermee verzegeld tot in de dag van de
vrijkoping. Door die inwonende geest
zijn we tot dit in staat:

wandelt in de geest en jullie volbreng-
en in geen geval de begeerte van het
vlees
                              Galaten 5:16

indien jullie echter door de geest ge-
leid worden, zijn jullie niet meer onder
de wet
                           Galaten 5:18

‘Niet onder het beheer van de wet.’

De wet was op het vlees gelegd, dat
ging hem niet worden. Nu God in de
gelovige permanent door Zijn geest
woning maakt, kan die gelovige wél
God liefhebben boven alles en die
naaste als zichzelf. De liefde van God
wordt door die geest uitgewerkt. Het
vlees speelt dan geen rol meer.

want heel de wet is in één woord ver-
vuld, in: liefhebben zul je je naaste
als jezelf
                       Galaten 5:14

‘Dat is het principe.’

De leden van het lichaam van Chris-
tus zouden dat doen wat tot opbouw
van de gemeente en ondersteunend
voor het woord 
is. Zoals die Thessalo-

nicenzen veel mensen bereikten. De
apostel spreekt van het werk van het
geloof, van inspanning van de liefde
en de volharding van de verwachting
van de Heer Jezus Christus.

Woord vandaag

17 mei 2018
‘Diverse periodes in Gods plan.’

Waarin God steeds anders handelt. In
de tijd van de wet was het: doe dat en
je zult leven
. Het was onmogelijk, en

Jakobus (2:9) zegt dan ook:

…maar als jullie partijdig doen, werken
jullie zonde uit en jullie worden door de
wet aangetoond als overtreders

En dan komt Jakobus (2:10) met:

want indien iemand heel de wet houdt,
echter in één (ding) struikelt, is die straf-
baar geworden aan alles

Het kleinste onderdeel van de wet is al-
tijd van toepassing. Voldoe je daar niet
aan, dat rust het gevolg van (de overtre-
ding van) heel de wet op je.

‘Tsjonge, dat is nogal wat.’

Zo werkte de wet -strikt genomen- en
niemand kon daaraan voldoen. Er volgt
bij Jakobus nog een helder voorbeeld:

want Hij Die zegt: je zult geen overspel
plegen, zei ook: je zult niet moorden;
wanneer je nu geen overspel begaat 
en
wel moordt ben je overtreder van de
wet geworden
                Jakobus 2:11

Duidelijke taal, en het geldt natuurlijk
ook voor de veel minder grove overtre-
dingen. Als je een ‘klein’ gebodje over-
treedt, ben je overtreder van de wet.

‘Het vlees kan dat niet.’

Nee, samenvattend zei de wet, dat je
God zou liefhebben boven alles en de
naaste als jezelf. Beiden kan een mens
vanuit zichzelf niet opbrengen. Onder
het beheer van de wet zeker niet, toen
werd het alleen maar erger. Onder het
beheer van de genade wel, want daar-
in geeft God om niet, in Zijn genade, o-
vervloed aan geest, die Hij in ons hart
giet (Romeinen 5:5).

Woord vandaag

16 mei 2018
‘God handelt verschillend?’

Hij heeft Zich voorgenomen, alles in al-
len
te worden. Dat is nu nog niet zo. Op

weg naar dat grote doel richt Hij diverse
periodes in zoals het Hem past. Wij heb-
ben daar vanzelfsprekend geen invloed
op. Die inrichting noemt Paulus een be-
heer
. Dat is het Griekse woord oikono-
mia
, dat is letterlijk: huis-wet. Zoals wij

mensen een huishouding hebben met
allerlei regels.

‘Nu is het tijd van genade.’

Paulus noemt dat het beheer van de ge-
nade van de God 
(Efeziërs 3:2). Je kunt

zeggen dat Gods huisregel genade is. En
dat is heel anders dan wat daarvoor lag,
toen gold voor Israël het beheer van de
Thora (wet). Die bevatte schaduwen van
wat komen zou, de vervulling is in Chris-
tus, de beloofde Messias. En in Efeziërs
3:9 zegt Paulus nog iets bijzonders:

en allen te verlichten wat betreft het be-
heer van het geheimenis, dat vanaf de
eonen weggehouden was in God, Die
alles schept

‘Bijzondere woorden.’

Zulke uitspraken vind je uitsluitend in
de brieven van Paulus. Het woord ge-
heimenis
heeft te maken met iets dat

dichtgehouden werd in de tijd. Boven-
dien staat erbij, dat het weggehouden
was in God. Het is de tijd waarin Israël
niet functioneert als licht voor de natiën.
Dat zal straks in het aardse konin
krijk
wél weer het geval zijn (zie einde
 dag-
stukje van gisteren).

Woord vandaag

15 mei 2018
‘Ja, van God afhankelijk.’

God is barmhartig, Hij doet wat nodig
is in Zijn plan. Dat is wat wij als (vorm
van) kwaad ervaren. Het is noodzake-
lijk zodat Hij het goede eruit voort kan
doen komen. God zet de donkere ach-
tergrond van kwaad en zonde in in Zijn
plan. Opdat Zijn licht veel beter het
goede laat zien. En zondaren zoals wij
Zijn redding kunnen waarderen.

‘Jezus Christus de Redder.’

Zonder Hem gaat het niet. God schiep
eerst Adam om de laatste Adam te kun-
nen brengen. Op Zijn tijd werd Hij gebo-
ren uit de maagd. Dat wordt door
som-
migen (vrijzinnigen) betwijfeld.

Dwaling over de opstanding in Korinte
werd door Paulus ernstig aangesproken
in dat geweldige 15e  hoofdstuk. Geloof
je in de opstanding? Dan geloof je ook
in de geboorte van Jezus uit de maagd
Maria. En andersom.

‘Daar zit samenhang in?’

Zeker, je kunt het ene niet los zien van
het andere. God is een God van wonde-
ren. Jezus Christus is gisteren en heden
Dezelfde, ook tot in de eonen. Maar dat
wil nog niet zeggen, dat Hij altijd hetzelf-
de handelt. En God handelde in de tijd
van Noach anders dan nu. Anders zal
het ook in het koninkrijk zijn – op deze
en de nieuwe aarde.

Woord vandaag

14 mei 2018
‘Groei is nodig.’

Zo was het ook zeker bij de Korintiërs;
zij hadden nog melk nodig. Hun geeste-
lijke status was: onmondigen, konden
nog geen vast voedsel verdragen. Hoe-
wel ze al langer geloofden, bleven ze
achter in groei. Paulus had geplant en
Apollos gaf hen water (van het woord):

maar God moest de groei geven.

‘Daarvan zijn we afhankelijk.’

Zo geeft Hij aan elk gemeentelid een
mate van geloof. Je kunt niet zeggen,
dat iedereen dezelfde groei heeft door-
gemaakt. Daarom kon de apostel aan
volwassenen in het geloof diepe wijs-
heid van God doorgeven. Daar wa
ren
de meeste Korintiërs nog niet aan
 toe.
Zij bleven steken op menselijk
aards
niveau. Zo was het ook bij het
volk Is-
raël; Johannes schreef er over
.

‘O ja, wat was dat ook alweer?’

We hebben dat enkele keren in de bij-
belstudies opgemerkt:

daarom konden zij niet geloven, omdat
Jesaja verder gezegd heeft:
Hij heeft hun ogen verblind en verhardt
hun hart, opdat zij niet met de ogen zou-
den zien en met hun hart inzien en zich
bekeren en Ik hen zou genezen
                              Johannes 12:39,40

Het niet kunnen is niet het vermogen
hebben om te geloven. Ook hier blijkt,
dat God dat moet geven. Het volk hele-
maal afhankelijk van God. Ook in ons
geval is dat helemaal van toepassing.
Iedereen heeft God nodig als het gaat
om geloof of wat het ook maar is.
Hij is de grote Pottenbakker.