Woord vandaag

‘Paulus laat er al in Romeinen 3 geen twijfel over bestaan. De redding,
de rechtvaardiging van de zondaar is alleen door het geloof, het werk
van Christus, volkomen los van werken van de Thora.’

Dat is wel duidelijk. In Romeinen 5:13  zegt nog iets over de Thora:
 
want reeds vóór de Thora was er zonde in de wereld. Maar zonde wordt
niet toegerekend, als er geen Thora is.

Enkele verzen verder komt opnieuw de Thora naar voren:

20 Maar de Thora is er bijgekomen, zodat de overtreding toenam; waar
evenwel de zonde toenam, is de genade meer dan overvloedig geworden,
21 opdat, gelijk de zonde (als koning) heerste in de dood, zo ook de genade
zou heersen door rechtvaardigheid tot eonisch leven door Jezus
Christus, onze Heer

 Hier zien we het tijdelijke karakter van de heerschappij van de Thora.
Het had volgens Paulus de speciale bedoeling de overtreding te doen toenemen.
Dus wat oorspronkelijk de bedoeling was, namelijk dat het vlees beteugeld en
in toom gehouden zou worden, kwam niets terecht.
Het resultaat was het tegenovergestelde: de overtredingen en zonden namen toe!
Dat lag niet aan de Thora, maar aan het vlees waarop die gelegd werd.

‘Dat is wat er staat. En na de periode van de Thora kwam de tijd van genade?’

In 5:21 wordt gezegd, dat genade regeert. Dat wordt door de apostel ook
gezegd in 6:14,15, als het gaat om vaststellen van de situatie van de gelovigen:

Immers, de zonde zal over jullie geen heerschappij voeren, want jullie zijn niet
onder Thora, maar onder genade.

Hier maakt Paulus duidelijk, dat de gelovige in Christus Jezus niet onder Thora,
maar onder genade is. Daarmee is de stelling naar voren gebracht. De gelovige
van vandaag is niet onder Thora, maar geniet van genade onder de genade
van God.

‘Dat hebben we al meerdere keren geconstateerd, het blijft nodig dat te
onderstrepen.’

De diepere reden voor de gelovige in Christus Jezus is, is dat die met Hem
medegekruisigd werd (de oude mensheid), met Hem is gestorven, met Hem
is begraven en met Hem opgewekt om in een nieuw leven te wandelen.

‘We zijn een nieuwe schepping in Christus, zegt Paulus in 2 Corinthiërs 5, toch?’

Ja, exact. Wij zijn geestelijk gezien al overgezet in de nieuwe schepping, verlost
van de oude. En in die oude had je grondregels van de wereld, waaronder de
Thora; Paulus zegt dus, dat wij niet onder Thora,  maar onder Gods genade zijn!’



Woord vandaag

‘Het is wel duidelijk, dat er geen werken van ons mensen tot redding
in rekening gebracht kunnen worden, als je Paulus leest.’

Ook Romeinen 3:26 en 27 zeggen dat klip en klaar:

27 Waar blijft het roemen dan? Het is uitgesloten. Door welke wet?
van de werken? Nee, maar door de wet van geloof.
28 Want wij zijn van oordeel, dat de mens door geloof gerechtvaardigd wordt,
zonder werken van de Thora.
29 Of is God alleen de God van de Joden? Niet ook van de heidenen?
Zeker, ook van de heidenen.

Lijkt me toch dat hier het wel erg duidelijk staat. Het is door geloof (van Jezus
Christus), want dat is het principe van genade. In vers 28 zegt hij: ‘zonder
werken van de Thora’.

‘Bijzonder helder. Er is geen twijfel mogelijk. Het is buiten de Thora om (vers 21)
en hier dus in vers 28 nog eens: ‘zonder werken van de Thora’. Paulus is consequent!’

Maar het gaat nog verder, want in vers 30 schrijft de apostel van Gods liefde:

Indien er namelijk één God is, die de besnedenen rechtvaardigen zal uit het
geloof en de onbesnedenen door het geloof.

Het draait allemaal om geloof. Geen inspanningen van de mens! Genade!

‘Dit is echt evangelie. Zijn werk, niet het mijne, Vader, dank U wel!’

Woord vandaag

‘Vandaag weer meer over de Thora?’

In Romeinen 3 blijkt, dat alle mensen (dus ook de Joden) zondaren zijn.
Dat er niemand rechtvaardig is, ook niet één. Dat citeert Pualus uit de
Psalmen, dus het stond al in de Tenach, en dat honderden jaren! Dat was
dus geen ‘uitvinding’ van de apostel!

‘Soms wordt dat wel gesuggereerd, dat Paulus als enige predikte dat alle
mensen gelijke zondaren zijn. Kenden de Joden in hun onderwijzingen
ook zo’n lering?’

Het blijkt, dat de Tenach al leerde, dat alle mensen zondaren zijn.
De Joden kunnen gedacht hebben, dat de diverse teksten uit de Psalmen
die Paulus aanhaalde, alleen over de heidenen spraken. Maar hij maakt
duidelijk, dat alle mensen zondaren zijn, of ze nu wel of niet onder de
Thora waren.
De weg tot gerechtigheid bleek niet te liggen in het houden van de Thora,
want niemand kon die volkomen houden. Daarom schrijft de apostel in
hoofdstuk 3:

21 Thans is echter buiten de Thora om gerechtigheid Gods openbaar geworden,
waarvan de Thora en de profeten getuigen,
22 en wel gerechtigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, voor allen,
die geloven; want er is geen onderscheid.
23 Want allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods,
24 en worden om niet gerechtvaardigd in zijn genade, door de vrijkoping in
Christus Jezus.

Prachtig evangelie, het is geweldig, dat het geloof van Jezus Christus centraal
staat, en Zijn werk, dat voldoende is.’

Ja, gerechtvaardigd om niet in Zijn genade, buiten de Thora om, geen eigen
werken vereist!

Opmerkelijk

‘Vandaag de dag wordt meer zorg en aandacht besteed aan de
kracht en de status van ‘de kerk’ dan aan de heerlijkheid van
de verhoogde en levende Christus. Dat alleen Hij de grote hoop
voor de mensheid is, is niet het directe belang van moderne
leraren en predikers….

Er wordt veel te veel belang gehecht aan de zogenaamde op-
voeding en wetenschap, en aan een veronderstelde gelijkheid
van de mensheid. Dat allen gelijke zondaren zijn, en dat nochtans
allen gered zijn in dezelfde, geweldige Redder, wordt niet erkend…

Met andere woorden: de kracht en het wonder van Gods genade
wordt niet gezien, is niet in beeld.’

William Mealand, Grace and Glory, UR vol. 101, blz.167

Woord vandaag

‘Paulus is glashelder, zei je gisteren. Als hij spreekt over de Thora.
Maar hoe zit het dan? Er is zoveel discussie over.’

Als we beginnen bij de Romeinenbrief, dan doet hij duidelijke uitspraken
als het om de Thora gaat. In Romeinen 2:12-15 gaat het om het gericht van
de grote witte troon:

12 Want allen, die zonder Thora gezondigd hebben, zullen ook zonder Thora
verloren gaan; en allen, die onder de Thora gezondigd hebben, zullen door
de Thora geoordeeld worden;
13 want niet de hoorders van de Thora zijn rechtvaardig bij God, maar de
daders van de Thora zullen gerechtvaardigd worden.
14 Wanneer toch heidenen, die de Thora niet hebben, van nature doen wat
de Thora gebiedt,  dan zijn dezen, ofschoon zonder Thora, zichzelf tot Thora;
15 immers, zij tonen, dat het werk van de Thora in hun harten geschreven is,
terwijl hun geweten medegetuigt en hun gedachten elkander onderling
aanklagen of ook verontschuldigen,
16 ten dage, dat God het in de mensen verborgene oordeelt volgens mijn
evangelie, door Christus Jezus.

We zien hier, dat er verschil in gericht is. Het maakt uit of je tijdens je leven
onder of niet onder de Thora geleefd hebt. Voor Paulus is dat heel duidelijk.
De Jood steunde op de Thora, zij waren bevoorrecht in relatie tot de andere
volkeren. Zij waren bedoeld om de leidsman voor blinden te zijn:

17 Indien jullie je dan Jood laat noemen, steunt op de Thora, je beroemt op
God,
18 zijn wil kent, weet te onderscheiden waarop het aankomt, daar jullie
onderricht in de Thora genieten,
19 en je overtuigd houdt, dat jullie een leidsman van blinden zijn, een licht
voor hen, die in duisternis zijn,
20 een opvoeder van onverstandigen en een leermeester van onmondigen,
daar jullie in de wet de belichaming van de kennis en van de waarheid bezitten…

Dit was het enorme voorrecht dat de Jood had boven de andere volkeren.
Niettemin moest Paulus hun hypocrisie aan de kaak stellen:

21 hoe nu, jullie, die een ander onderwijzen, onderwijzen jullie jezelf niet?
Jullie, die prediken, dat men niet stelen mag, stelen jullie?
22 Die overspel verbiedt, doen jullie overspel? Die gruwen van de afgoden,
plegen jullie tempelroof?
23 Die u op de Thora beroemt, onteren jullie God door jullie overtreden van
de Thora?
24 Want de naam van God wordt om jullie gelasterd onder de heidenen,
gelijk geschreven staat.

Het is duidelijk. Het was mooi bedoeld. In de praktijk sorteerde het een
tegengesteld effect. Dat is wat op het vlees gelegde regels altijd uitwerken:
huichelachtigheid in de praktijk. Het menselijke vlees zal altijd een manier
proberen te vinden om er onderuit te komen. Of het onttrekt zich gewoon
aan de regels en neemt ze gewoonweg niet in acht.

‘Het is wel erg duidelijk wat Paulus schrijft. Het lijkt er bijna wel op dat het
onder de Thora erger is dan een situatie zonder Thora.’

Gaat Paulus in Romeinen ook uitleggen, dat het zo werkt. Daarover morgen meer!