Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

Laatste Filippenzen studie van 2017.
De Heer Jezus kwam in de gelijkenis
van de mens en in de gedaante als
mens werd Hij bevonden te zijn. Hij
zondigde niet. Dat en meer is na te
luisteren: deel A en deel B 

19 december 2017
‘Vanavond Filippenzen.’

Ook dat is een brief, waarin Gods ge-
nade rijk uitgestald wordt. Zo vinden
we in Filippenzen 1:29,30 :

want aan jullie is de genade geschon-
ken voor Christus, niet alleen in Hem
te geloven, maar ook voor Hem te lij-
den, dezelfde worsteling hebbend, die
jullie in mij zien en nu ⁱover mij horen

‘Geloof is ook genade.’

God geeft geloof aan al degenen, die
Hij roept. En die zijn tevoren gekend
en tevoren bestemd (Romeinen 8:29).
En dat zou de gelovigen dan passief
maken als je ze dat vertelt? Waarom
zou dat dan in Romeinen 8 staan, an-
ders dan dat het tot eer en heerlijk-
heid van God is?

‘Dat is het. Ook het lijden.’

Wanneer wij door God ingezet zijn 
in Zijn dienst, zal het lijden komen.

Paulus stelt vast, dat dat lijden óók ge-
nade van God is. Waarom? Omdat we
in Zijn dienst tot Zijn eer zijn en in het
lijden eren we Hem, Christus Jezus,
voor Wie wij lijden en dat is tegelijker-
tijd tot eer van de Vader.

18 december 2017
‘Liefde van God geeft genade.’

Dat is de bron van Gods genade: Zijn
onmetelijke liefde. Genade is daarvan
de hoogste uiting. Omdat Zijn genade
menselijke werken uitsluit, is het een
kroonjuweel van het paulinische evan-
gelie. Zoals we gisteren hebben gezien
staat genade tegenover religie.

‘Je kunt genade niet verspelen?’

Dat is kern en wezen van Gods gena-
de. Zoals een belofte nooit ongedaan
kan worden gemaakt. Waarom? Om-
dat een belofte van God zonder voor-
waarde is. God zei tegen Abram dat
Hij hem zou zegenen en tot zegen zou
stellen en dat alle geslachten van de
aardbodem door hem (en zijn Zaad)
gezegend zullen worden. Dat zal als-
nog werkelijkheid zijn.

‘Ik ben er blij mee.’

Ook aan ons zijn talloze beloften ge-
geven. Deze zijn per definitie gratis,
om niet, genade. Eén belofte is dan
de wegrukking van de gemeente zo-
als in 1 Thessalonicenzen 4:15-18
vermeld. Dat is genade, passend in
het beheer van genade (Efeziërs 3:2).
Binnen dit beheer wordt eenieder ge-
roepen in genade, net als Paulus.

17 december 2017
‘Vaak moeilijk, die Paulus.’

Je bedoelt, dat velen hem moeilijk
vinden? Dat is ook zo, als je leest in
zijn brieven. We lezen onder meer:

want ik maak jullie bekend, broeders,
dat het evangelie dat door mij ver-
kondigd is, niet ^iomnaar de mens is…
                                     Galaten 1:11

De boodschap die hij verkondigde is
niet naar de mens. Dat is dus moeilijk
voor velen.

‘Dat maakt hem uniek.’

Hij had het niet van anderen gehoord,
integendeel. Hij hoorde van zijn Heer:

want ik nam het noch van een mens
aan, noch werd ik erin onderwezen,
maar door onthulling van Jezus Chris-
tus.                                Galaten 1:12

Het was een onthulling die Paulus zo
rechtstreeks van de Heer ontving. Dus
niet van de apostelen van de besnijde-
nis, zelfs niet van Petrus.

‘Zijn evangelie wijkt af.’

Het is ontkenning van religie. In elke
religie moet de mens een prestatie
richting God/hogere macht (blijven)
leveren. Dan blijft de zegen komen.
Paulus verkondigt zuivere genade van
God. Die geldt van a tot z voor de gelo-
vige. A = tot geloof komen. Z = bazuin
van God, einde oefening op aarde.
Tussen A en Z leeft de gelovige in, van,
door, uit en voor genade.

16 december 2017
‘Het lijden is niet onbeperkt.’

Ja, er zijn verschillende vormen van
lijden. Lichamelijk lijden (ziekte, pijn,
ongemakken), én het lijden in de ziel
(slechte behandeling door anderen).
Het geestelijk lijden zal de gelovige
kunnen overkomen. Paulus werd ook
vervolgd door de judaïsten, waar hij
zelf ook lange tijd bij betrokken was.

‘Hij vervolgde de gemeente.’

De apostel zegt van zichzelf dat hij
een lasteraar, een geweldenaar en
een vervolger was. Vervolger van
de gemeente van God. Het moest
niet erger worden. Toch wist hij wel
-achteraf- dat hij vanaf de schoot
van zijn moeder afgezonderd was.
Door wie? God!
Hij leerde onderschikking aan God.

‘Dat is het.’

Als Saulus bezorgde hij de gelovigen
het lijden. Daarna kwam hij zelf tot
onderschikking en leerde het lijden.
Zoals het klonk, niet lang nadat hij
geroepen werd door de Heer:

want Ik zal hem laten zien, hoeveel
hij moet lijden voor Mijn naam
                           Handelingen 9:16

Paulus leerde ook het perspectief:

lotdeelgenieters gezamenlijk met
Christus echter; wanneer wij geza-
menlijk met Hem lijden, opdat wij
ook gezamenlijk met Hem
verheerlijkt worden
                           Romeinen 8:17