Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

In deze studie horen we opnieuw
over de omstandigheden van de
apostel, die gevangen zat. De uit-
werking werd door hem geestelijk
bekeken en door de geest van God
geleid opgeschreven in deze brief.
Meeluisteren: deel A en deel B

2 mei 2017
‘God is anders dan je vermoedt.’

In de Zoon zien we Wie de Vader is. De lief-
de van God in Persoon. In die houding van
ootmoedigheid de Vader dienen, dat is wer-
kelijke liefde. Voor het Woord, de woorden
die Hij van Vader hoorde en doorgaf. In Hem
zien we wat Vader bedoelt en werkelijk voor-
heeft met de schepping.

‘Alles is door Hem.’

Dat blijft een lastige, want wij willen vaak
anders dan hoe het gaat. Hij stuurt ons leven
in diepste zin, en regelmatig komt op je af
wat je het liefst zou willen vermijden. Maar
dat gebeurt niet. De profeten zoals we die
kennen, moesten ook lijden. Om het woord,
dat ze brachten. Zo verging het de Heer, en
ook Paulus later.

‘Zo heeft God het gewild?’

De schepselen moeten kennelijk via de weg
van verdrukking, moeite en pijn. Hoe heeft
God lief! En draagt waar wij niet kunnen!
Hij kent de pijn, het verdriet, de tranen, die
anderen vaak niet kennen. Hij weet wat no-
dig is en we kunnen ons met alle vertrouwen
in de Vader ons aan Hem geven zoals Zijn
geliefde Zoon dat deed.

1 mei 2017
‘Alles is uit God. Blijft moeilijk.’

Is ook niet eenvoudig. De weg die wij kenne-
lijk moeten gaan, is uiteindelijk ook uit God.
En hoe God alles heeft geregisseerd en be-
paald. Anders had Hij een andere weg geko-
zen. Alles wordt in Zijn plan uitgewerkt door
de Zoon, die Hij gesteld heeft tot de

Lotgenieter van het al            Hebreeën 1:3

Dat is de hoogste positie onder God.

‘Toch heeft Hij veel geleden.’

Ook daarin zien we Gods heerlijkheid. Hij liep
die loopbaan van het geloof. Dat leidde uit-
eindelijk tot lijden, van zelfs de dood van het
kruis. Door het lijden van de Zoon heen zien
we hoe ver Gods liefde is gegaan. De Zoon
deed dat allereerst voor Zijn hemelse Vader.
Het: ‘niet mijn wil, maar de Uwe geschiede’
was de uitkomst van het geloof en de onder-
schikking van Hem.

‘Indrukwekkend.’

Juist het lijden, het ondergaan van een zo
groot kwaad, en dat in ootmoedige gezind-
heid, toont hoe de Zoon de Vader liefhad.
Hoe lief de Vader de Zoon had, het is niet te
bevatten. Dat Hij tot zonde werd gemaakt,
laat zien hoe ver Vader en Zoon gingen, om
heel die schepping te laten zien wat werke-
lijke opofferende, Goddelijke liefde is.

30 april 2017
‘We bespreken verwikkelingen.’

Het gaat om de heerlijkheid van God. We
belijden, dat alles uit God is. Dat is kortaf
gezegd, maar daar zit alle diepte in. God,
van Wie alle woord afkomstig is, is machtig
het zo kort te formuleren. Net zoals Zijn be-
doeling kort geformuleerd is: God zal alles
in allen zijn. Dan onderschikken allen, door
de liefde van God vervuld, zich aan Hem.

‘De weg daarnaartoe moet afgelegd.’

Ook dat is uit Hem. En heel die weg is ook
door Hem. Dat is misschien wel de grootste
moeilijkheid voor de mensen, ook voor de
gelovigen. Hoe kan het toch zijn, dat…..?!
Natuurlijk is de weg er zo vaak een van lij-
den. Verdrukking maken we allemaal mee.
Juist daardoor leerde Paulus, dat God de
God van alle vertroosting en de Vader van
het mededogen of medelijden is.

‘In 2 Corinthiërs 1 kom je dat tegen.’

We zien, dat de verdrukkingen én het lijden
Paulus veel duidelijk maakten over wie God
is. Vol mededogen en medelijden, vol troost
ook. Troost zit in grote verandering besloten.
Dat het niet bij deze aardse moeite, en het
vaak diepe lijden blijft. Maar er komt iets,
dat al dat moeilijke zal omzetten. Er wacht
een heerlijkheid, die zó groot is, dat het al
onze verwachtingen vér zal overtreffen.

29 april 2017
‘De wet willen houden, dat bedekt?’

Dan gaat de mens zelf proberen, en dan
wordt als vanzelf Gods doorwerken geblok-
keerd. De pogingen van de mens om het
zelf te willen doen, betekent automatisch
bedekking van de heerlijkheid van Christus
en van God. Het is juist Zijn eer en verheer-
lijking, wanneer Hij in en door de gelovige
werkt, in de gelovige die van genade leeft.

‘De genade en waarheid door Christus.’

Dat is wat Johannes in zijn eerste hoofd-
stuk opmerkt. Op het apostelconvent was
vastgesteld door Petrus, dat de gelovigen
uit de natiën door genade gered werden.
Dat moet door de invloed van Paulus en
Barnabas gekomen zijn, die vlak daarvoor
hadden verteld over de deur van geloof
die voor de natiën was geopend.

‘Dus daar brak al iets door.’

De lijn was al anders geworden, Jakobus
had een vooraanstaande positie gekregen
en gaf inzettingen voor de natiën af.
Jakobus had aan Petrus de leiding moeten
laten. Jakobus was een broer van de Heer
was daarom een leider geworden; de lijn
naar het vlees. Petrus had vooraan moeten
staan: dit had de Heer zelf bepaald, zo was
de geestelijke lijn.