13 maart 2017
‘Opmerkelijk verschil in evangelie.’
We zijn gezegend met iedere geestelijke ze-
gen in Christus. Daarom is het niet nodig te
bidden of te vragen om gezegend te worden.
Meestal wordt materiële zegen bedoeld, dat
het naar het vlees goed mag gaan. Wanneer
we kijken in het leven van de gelovige Pau-
lus, dan zien we dat het hem niet uitmaakte.
‘Of het ‘goed’ ging of niet.’
Of hij overvloed, genoeg of (te) weinig had:
het maakte voor hem niet uit. In de diepste
zin vertrouwde hij zijn Vader:
mijn God nu zal iedere behoefte van jullie
vervullen in overeenstemming met Zijn rijk-
dom, in heerlijkheid, in Christus Jezus.
Filippenzen 4:19
Dat had hij zelf ervaren:
Niet dat ik spreek over gebrek; ík leerde im-
mers tevreden te zijn in de omstandigheden
waarin ik ben. Filippenzen 4:11
‘Het zit m in dat ‘tevreden zijn?’’
Dat was het ‘geheim’ van de apostel. Hij was
diep overtuigd van het feit, dat Gods hand in
alle dingen aanwezig is. Het is een zegen dat
we kunnen erkennen, dat onze omstandighe-
den uit God zijn. Hij gebruikt ze tot ons wel-
zijn. Zowel overvloed als armoede zijn mid-
delen ons tot zegen.