Woord vandaag

‘Dat God ons uitkoos is wel heel apart, vind ik. Maar er staat iets bij, het was vóór de
grondlegging (NBG’51) van de wereld en ik lees in de nieuwe vertaling ‘gegrondvest
werd’ (NBV).  Er staat in het Grieks toch iets anders?’

Ja, in de grondtekst staat ‘nederwerping’ (Grieks: katabolè) van de wereld. Dat
gebeurde ná de grondlegging. Jesaja 45:18 laat zien, dat God de wereld ‘niet een baaierd’
heeft geschapen.  Het woord ‘baaierd’ is in het Hebreeuws ’tohu’ en dat betekent ‘chaos’.
Dus God schiep de wereld niet (als) een chaos, maar ter bewoning.

Die chaos van Genesis 1:2 moet ergens door gekomen zijn. Duisternis, chaos, leegte.
Dat is het gevolg van de intrede van de zonde en het kwaad in het heelal.

‘Zo, dat is nogal wat. Maar dat was voordat de mensen werden geschapen?’

Ja, de zonde kwam eerst bij de hemelingen (machten, krachten, en zo voorts) naar voren,
door de oude slang, de tegenstander. Daarop volgde het gericht van God waardoor de wereld
woest en leeg en duisternis werd. Als je later leest over Gods gericht over het volk Israël,
dan wordt er ook over woestheid en leegte in het land gesproken; het volk in ballingschap.
Maar het gaat om dezelfde woorden als in Genesis 1:2.

‘Houdt dat in, dat de nederwerping plaatsvond vóór Genesis 1:2?’

Ja, je kunt niet tot een andere gevolgtrekking komen, denk ik. Het mooie is daarna, dat God
eerst het licht aandoet in vers 3, want Hij is zelf licht! In Hem is in het geheel géén duisternis!

En let erop, dat het door het wóórd van God kwam!
Dat is wat altijd licht verspreidt, Zijn woord!

Woord vandaag

We kunnen God dagelijks danken voor die rijke zegeningen, en
als het gaat om uitkiezen, richten we ons erop, dat
wij uitgekozen zijn.

‘Wat bedoel je?’

We vergeten soms, dat Gód ons uitkiest! Wij kiezen niet, Híj kiest!
En waarom? Omdat Hij liefde is en ons wilde kiezen. Net zoals bij Zijn
geliefde volk Israël. In Deuteronomium 7 zegt Hij, dat Hij dat volk uit-
koos om Zijn liefde. Dat is de grond en basis voor de uitkiezing.

Hij wilde ons uitkiezen, en dat ín Hém.

‘God is veel groter dan wij, en toch denken wij nog vaak te klein van Hem.’

Dat wel ja. Wij hebben maar een klein hersenpannetje en Hij is zóveel groter
dan wij. En toch kiest Hij ons uit. Ongelooflijk he.

‘Wat een genadige God is dat, bijzonder dat wij Hem enigszins mogen kennen.’

Ja, dat kennen (da-ath) is ook: omgang hebben  met, gemeenschap, delen.
Wij lezen deze verzen hier in Efeze 1, het is het hoogste wat God onthult door
de apostel van de liefde, Paulus.

‘Dat Gód uitkiest he, en dat wij daar dan bij horen, ik raak er niet over uitgedacht.’

Ja, geweldig he, Paulus zal diep verheugd zijn geweest toen hij deze woorden liet
noteren. Genade = vreugde volgens het Grieks, chara, charis. We leven in de zon-
neschijn van Zijn genade, dag in dag uit.

Hoe langer je leeft, hoe groter Zijn genade voor je wordt.

Nog een keer: het staat absoluut helemaal los van wat wij deden, doen en nog
zullen doen, het blíjft
Gods genade, die ons omringt, opbeurt en bemoedigt!

Woord vandaag

‘Zo. dat was mooi zeg, gisteren, ik heb er de hele dag aan gedacht. Het is
eigenlijk zo duidelijk, je merkt dat mensen het soms heel moeilijk maken.’

En dat heilig en smetteloos, dat is zoals God ons van meet af aan zag, Hij
koos ons uit in Christus en heeft ons altijd zó gezien. Toen al zag Hij ons
zonder gebreken, volkomen in Hem.

‘Ik kan het bijna niet bevatten. Het is een kwestie van geloven dat het zo
is. En dat geloof, dat ontvangen wij toch ook van God?’

Het is hier de rijkdom van Gods genade, die Paulus uitstalt voor onze ogen.
Soms staan we daar toch nog te weinig bij stil, denk ik weleens. Je kunt wel-
eens een dag hebben dat je je somber voelt. Juist dan heb je deze woorden
zo nodig.

‘Wij zíjn dus heilig en smetteloos voor Hem? En onze dingen die wij verkeerd
doen dan?’

Ook die gebruikt God, maar als het om ons dagelijks leven gaat, hebben we die
fijne woorden uit Efeziërs 4:32 voor ogen: ‘..zoals ook God in Christus júllie
genade schenkt.’

‘Betekenen die woorden dan, dat het voor God helemaal geen probleem is als
wij nog fouten maken?’

Precies! Voor óns kan het nog wel een probleem vormen, maar voor Hém niet!
Het is echt genade van God van A (het begin van je (geloofs)leven) tot Z (het einde
als je komt te sterven of veranderd wordt bij de bazuin). Wíj denken dat het soms
mis gaat, maar voor Hem is dat niet zo!

Het lijkt mij, dat wij nog te vaak onbewust wettisch denken als het om onszelf gaat.
Genade van God zou tot in onze nieren doordringen, zodat we onmiddellijk fouten
en dergelijke in het licht van Zijn genade zien. Bovendien staat het ‘genade …
schenkt’ in Efeze 4:32 in de tijdloze vorm, als een feit.

‘Weet wat ik doe? God ervoor danken! Altijd heilig en smetteloos voor Hem! Geweldig!’

Woord vandaag

‘He laatst las ik in Efeziërs 1 over die uitverkiezing, dat is binnen kerken
een beladen onderwerp. Daardoor hoor je er in evangelische gemeentes
eigenlijk weinig over spreken, denk ik.’

Dat kan heel goed. Men wil er kennelijk geen lange discussies over voeren.

‘Maar ik kan me voorstellen, dat mensen er over lezen in de bijbel en met vragen
daarover zitten. Zo van: wanneer weet je of je uitverkoren bent?
En: moet je dan
iets ervaren of iets voelen of zo?’

Nee, dat laatste zeer zeker niet. Als je kijkt wat in Efeziërs 1:4 staat, dan zijn
dat hele fijne woorden: ‘…zoals Hij ons uitkiest in Hem vóór de nederwer-
ping van de wereld, opdat wij heiligen en smettelozen voor Zijn aangezicht
zijn’.

‘Even kijken, betekent dit, dat wij omdat wij uitgekozen zijn, heilig en smet-
teloos moeten leven? Anders klopt het toch niet?’

Nee nee nee, laten we even bij het begin beginnen. Paulus schrijft, dat wij
uitgekozen zijn in Hem (Christus, zie vers 3). Wanneer? Was dat toen wij
al geboren waren en opgroeiden en heel goed ons best deden, zodat God
dat opmerkte en ons uitkoos?
Niets daarvan! Er staat: ‘vóór de nederwerping van de wereld’. Wanneer dat
was? In elk geval heel lang geleden, heel lang voordat wij geboren werden.

‘Ah, het heeft dus niets te maken met wat wij deden? Goed of slecht, zonden,
overtredingen, noem maar op?’

Juist! En bovendien staat er bij: ‘in Hem’, In Christus dus! Dus niet in onszelf!
Wat een geweldige genade he. Uitgekozen door God in Hem. Wat was de reden?
Liefde! Het is helemaal voortgekomen uit Gods liefde! Eigen werken? Nee!
Zijn werk? Ja!!

Woord vandaag

‘Wat denk jij? Zal dit jaar de wegrukking van de gemeente plaatsvinden?’

Moeilijk te zeggen. We kunnen het niet zomaar uitrekenen. Het is in het
verleden wel vaker gedaan. En het bleek niet te kloppen. Laatst had ik het
er met een oude bekende over. Die vertelde ook een verhaal over iemand
die de maand en het jaar van de wegrukking had berekend. Dat was niet
gebeurd. Mensen worden dan geschokt in hun geloof.

‘Dat kan ik me goed voorstellen. Maar als je om je heen kijkt kun je denk ik
niet meer (geestelijk) in slaap sukkelen.’

Dat zeer zeker niet. We zien de dingen zich toespitsen in het Midden-Oosten
en in de hele wereld overigens. En dan te bedenken wat er allemaal in Open-
baring staat. Daar is de vulkaanuitbarsting op IJsland nog maar kinderspel
bij, net als de vreselijke tsunami’s die al geweest zijn.

‘Wat een genade dat wij weggerukt worden. Het is geen enkele verdienste van
ons zelf. Het is alleen aan Gods genade te danken.’

Bovendien leven wij in Nederland in een enorme welvaart, luxe. We maken ons
druk over een paar vakantiedagen als we door het vliegverbod een paar dagen
later terugkeren van de zon.
Paulus schrijft in 1 Thessalonicenzen 5, dat de héle gemeente weggerukt wordt
ook degenen die geestelijk in slaap gesukkeld zijn.

‘Er staat zoiets van ‘hetzij wij waken, hetzij wij slapen’, toch?’

Het hangt daar ook niet van af of wij meegaan naar de Heer in de lucht. Gelukkig
staat ook dat helemaal los van onze eigen inspanningen. Paulus schrijft, dat dat
gebeurt
door onze Heer Jezus Christus, die voor ons stierf !
Bovendien staat er bij, dat (vers 9) God ons niet gesteld heeft tot toorn, maar tot
verkrijging van redding
.

‘Daar word ik blij van, het is pure genade, heerlijk, wat een uitzicht geeft God!’