Woord vandaag

‘Het was heel fijn om weer Romeinen 8 te horen.’

Dat is puur het evangelie van genade. Er bestaat geen
enkele mogelijkheid van veroordeling meer voor hen
die in Christus Jezus zijn. Zij zijn volledig opgenomen
in en doordrenkt van Gods liefde. Die zal uiteindelijk
eenieder weten te bereiken. Ook de harten die nu ver
weg van Hem zijn.

‘En dus ook diegenen die nu fel vijandig tegen Hem zijn.’

Ook die zullen overwonnen worden door Zijn liefde. Zij
gaan beseffen voor de grote witte troon, dat, ondanks al
hun daden die daar aan de orde komen, zij nochtans door
God geliefd zijn. Daar kunnen zij niet tegenop. Voordat
zij in aanbidding aan de voeten van Christus zullen liggen,
gaan zij eerst de tweede dood in. Om kwijt te raken wie zij
in zichzelf zijn. Na een lange periode waarin zij van niets

weten en zich niets bewust zijn, worden zij levendgemaakt
uit de tweede dood en ontvangen zij onsterfelijkheid!

‘Jaa, wat is dat geweldig he, dat ook al die ongelovigen er
eens weer zullen zijn!’

En zij zijn dan geen ongelovigen meer. Allen zullen dan ver-
zoend met God zijn en gered in genade. Alles zal dan licht,
leven en liefde zijn. Alles doordrongen van Gods liefde. Ah
wat een eeuwigheid zal dat zijn! Nooit meer zonde, nooit
meer kwaad, nooit meer duisternis. Heerlijkheid! Alles is dan
volledig tot eer van God, de Vader. Uit Hem is dat alles voort-
gekomen en tot Hem is dan alles weer teruggekeerd.

‘Fantastisch! Dat wij zo’n God mogen kennen en belijden!’

Als je dit alles goed tot je door laat dringen, gaat het je duize-
len, want je kunt niet narekenen hoe groot Hij, God, is. In
Zijn geliefde Zoon zien wij wie de Vader is. En uiteindelijk
zal het hele heelal juichen en Hem aanbidden en in Hem de
Vader, die ons nu -vandaag- onuitsprekelijk liefheeft!

Woord vandaag

‘We kennen de boodschap al jaren, maar het lijkt wel, of het
nog geweldiger is dan toen.’

Je gaat het steeds dieper beseffen wat het werkelijk betekent.
Je besefte nog niet de diepte van dit unieke goede nieuws. En
wat we in Romeinen 8 ook lezen, na de rechtvaardiging klinkt,
dat wij verheerlijkt zullen worden. Net zo zeker als de eerste
vier aspecten, zal de verheerlijking van de zonen van God -dat
zijn wij- gaan plaatsvinden. De schepping wacht daarop.

‘Wij zijn de zonen van God, die geopenbaard zullen worden!’

Nauwelijks te bevatten. Grote heerlijkheid wacht ons en daar-
door uiteindelijk heel de schepping. God heeft dat niet voor
niets geschapen! De gemeente die het lichaam van Christus is
zal een essentiële plaats hebben in de verdere afwikkeling van
Gods voornemen van de eonen. De heerlijkheid, die aan dat
lichaam is toebedacht door God, overtreft al het andere.

‘Ja, wij zijn het, die Christus Jezus compleet maken.’

Als je daarover nadenkt, kom je vanzelf in verdere verwonde-
ring, want na de heerlijke genade die in Romeinen al klinkt,
gaat het in Efeziërs nóg verder en dieper, want daarin wordt
onthuld, dat wij het complement van de Christus zijn. Dat is

een duizelingwekkende heerlijkheid, licht! Wij horen bij Hem
als een twee-eenheid. Daarom zullen wij de hoogste plaats heb-
ben in de verder redding van heel Gods schepping, de zicht-
bare en de onzichtbare schepselen. Wonderlijk he!

Woord vandaag

‘Ik ben er bijna opnieuw ondersteboven van, dat goede
nieuws uit Romeinen 8.’

Het evangelie is echt een uitstekende boodschap, die bol
staat van Gods genade. Wij kunnen dan ook niet anders
dan benadrukken, dat het alles Gods werk is. Niets van
onszelf, alles van Hem! Dat geldt ook voor wat volgt op het
roepen: Hij rechtvaardigt ook! De geroepenen weten zich
gerechtvaardigd. Dan ben je voorbij elke mogelijkheid van
veroordeling. Degenen waar het hier over gaat in Romeinen
8, u en ik, kúnnen per definitie niet beschuldigd worden.

‘Heerlijk! Ga door!’

Wij zijn gerechtvaardigen, om niet, in Zijn genade door de
vrijkoping in Christus Jezus. Dat is evangelie. Daarom kun-
nen wij nooit veroordeeld worden, want degenen die door
God gerechtvaardigd zijn, zijn definitief, voor eens en voor
altijd, Zijn eigendom. Wie zal uitverkorenen van God be-
schuldigen? Niemand! Dit ware evangelie, dit geeft echte,
blijvende rust in je hart.

‘Al het andere staat op veel lager niveau.’

Je vraagt je soms af, wat anderen dan toch bezielt om een
andere boodschap op gelijk niveau te plaatsen met wat Paulus
verkondigt. Een diepere boodschap dan die Paulus brengt, is
er niet. Laat je dat los, dan heb je veel en veel minder. Je kunt
dan wel iets willen toevoegen, maar dat gaat niet.
De rechtvaardiging door het geloof van Jezus Christus: dat
lees je alleen bij de apostel van de natiën. We zijn er blij mee,
en we blijven er dan ook bij!

Woord vandaag

‘Weer bijzonder om zo met dat Romeinen 8 bezig te zijn!’

Het is een geladen hoofdstuk, maximaal tot eer en heer-
lijkheid van God, de Vader, die ons bovenmate liefheeft.
Die liefde is gebleken toen de Zoon uit liefde voor Zijn God
en Vader zich aan het hout liet slaan door Romeinse sol-
daten, die dat moesten doen. En dat ‘moesten doen’ heeft
natuurlijk een dubbele bodem: zij moesten dat van hun
commandant doen, maar een veel diepere overweging is,
dat zij dat moesten doen omdat God het wilde dat het ge-
beurde.

Tsja, daar sta je niet zo bij stil. Het moet een enorme diepe
liefde geweest zijn.’

Op basis van het kruis kon God ons roepen. Want die Hij tevoren
bestemt, die roept Hij ook. Het mooie is, dat al die ‘werkwoorden’
in Romeinen 8:28,29 in de aoristus staan. Dat geeft aan, dat het
om feiten gaat. Feiten, die nooit door de mens of tegenstander ver-
hinderd konden worden. Het tevoren kennen en tevoren bestem-
men
was in Gods hart. Dan is het onontkoombaar.

‘Geweldig! Maar dan is het roepen ook onontkoombaar!’

Ja, het heeft helemaal niets te maken met een keuze van onze kant,
bij Saulus was het ook geen keuze. Integendeel, hij liep heel hard
de andere kant op en later zegt dat hij al van de moederschoot af aan
afgezonderd was, door God. Hij werd geroepen op weg naar Damas-
cus. Zo werden wij geroepen door het evangelie, Zijn woord. Hij be-
werkte het antwoord in ons hart. Hij roept ons! Heerlijk he.

Woord vandaag

‘He wat mooi he, dat Hij ons tevoren kent. Zo vergeleken met
Psalm 139 heb ik dat niet eerder gezien!’

Ja, en er is meer: God bestemt ons tevoren. Dat wil zeggen, dat
Hij ons voor de nederwerping van de wereld al zag in Zijn liefde.
Het woord ‘bestemmen’ heeft in de grondtekst te maken met
‘zien, op het oog hebben’. Ons Nederlandse woord ‘horizon’ is er
van afgeleid. Je zou misschien kunnen zeggen, dat Hij toen, zo
ver terug in de tijd, de horizon van ons bestaan nu heeft bepaald.
Dat is: lid zijn van het lichaam van Christus, in liefde heeft Hij
ons tevoren bestemd voor de plaats van een zoon.

‘Ja fijn zeg, om dat zo te zien en te gaan beseffen met je hart!’

Wie zou ooit durven beweren, dat er iets van deze redding in
Christus Jezus door onszelf bewerkt is? Dat zou een krenking
zijn van God, want Hij zelf bewerkt dat van a tot z. Niet alleen
onze redding in genade, maar ook het willen én het werken
werkt Hij in en door ons heen! Dat geldt dan óók voor het te-
voren bestemmen!

‘Weet je, ik vind het heerlijk zo van God te zijn en zoveel heer-
lijkheid elke dag te horen.’

We zijn uitermate bevoorrecht, dat wij dit evangelie van de
verlaten apostel mogen kennen met ons hart. Het maakt je los
van alle tradities van mensen, Hij tilt ons uit uit de tegenwoor-
dige boze eon en zet ons over in Zijn Zoon, Christus Jezus. In
Hem zijn wij buiten welke veroordeling dan ook. Niets is in
staat beschuldiging tegen ons in te brengen. Ah, dat we dít elke
dag weer dankend belijden, wat geweldig is dat he.