Woord vandaag

Want wij waren niet één keer met 
vleiende uitdrukkingen gekomen, 
zoals jullie weten, noch met een 
voorwendsel vanwege hebzucht. 
God is getuige!
             1 Thessalonicenzen 2:5

Paulus sprak (zie gisteren) niet om
mensen te behagen. In onze tekst
vandaag licht hij dat toe. Geen om-
floerste gezwollen taal om dingen
te verbergen. Maar rechtuit: dat
evangelie van God. Je leest wat en
hoe hij schrijft, je begrijpt dat. In
liefde zegt hij ons de waarheid. En
dat is geen welvaartsevangelie; hij
wilde zelf niets verdienen aan het
evangelie. Het is genade (om niet)
en daarom sprak, deelde hij het
gratis uit. En hij kon oprecht zeg-
gen: God is getuige!

Woord vandaag

maar, zoals wij getoetst zijn door 
God om het evangelie toever-
trouwd te krijgen, zo spreken wij, 
niet om mensen te behagen, maar 
God, die onze harten toetst.

1 Thessalonicenzen 2:4

Paulus sprak rechtuit (zie gisteren)
net als zijn Heer. Er werd geen be-
drog in Zijn mond gevonden. Pau-
lus volgt Christus na. Hij is ons en
zijn grote Voorbeeld. God had aan
de apostel Zijn evangelie voor nu
toevertrouwd. Dat was hij zich erg
bewust en daarom wilde hij geen
mensen behagen, maar God. Wel
fijngevoelig; het kwam steeds aan
op het spreken van de waarheid in
Gods liefde
. Die liefde heeft veel
kanten, zij is blij met de waarheid.

Woord vandaag

Want onze vertroosting is niet
uit dwaling, noch uit onzuiver-
heid, noch in bedrog
      1 Thessalonicenzen 2:3

Paulus’ aanspreken is vertroos-
tend en bemoedigend. Hij, Gods
apostel, deed niets anders dan
opkomen voor de waarheid. Dat
was en is het belang van Christus
Jezus Die hij diende. Wat hij sprak,
kwam uit één Bron; het woord is
zuiver (Psalm 12:7). Goed lezen,  
Paulus’ woorden gelden voor nu,
gewoon, en rechtuit, net als zijn
Heer. In Zijn mond werd geen be-
drog gevonden (1 Petrus 2:22).
Op de woorden die Hij vandaag
tot ons spreekt kun je bouwen. Ze
vertroosten het soms verdrietige
en geslagen hart.

Woord vandaag

Maar wij, tevoren lijdend en mis-
handeld in Filippi, zoals jullie we-
ten, waren vrijmoedig in onze 
God om het evangelie van God
tot jullie te spreken in veel strijd.

1 Thessalonicenzen 2:2

Paulus’ leven als apostel kende
lijden, onbegrip, tegenwerking.
Na zijn bediening overkwam de
sprekers van zijn evangelie het-
zelfde. Geen waardering, maar
eerder tegenwerking door de
(religieuze) gevestigde orde. In
Paulus’ dagen kwamen de wet-
tischen met ‘iets nieuws’ en ‘an-
dere accenten’. Lees de Galaten-
brief. Dat gaf veel strijd en tegen-
werking; men verliet de apostel
(2 Timotheüs 1:15). Hij was bij
de Thessalonicenzen vrijmoedig
en sprak vrijuit. Het draait om
het goede nieuws van God!