Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

7 november 2019

‘Wel weer boeiend, Openbaring.’

Ja, en we zien, dat al die dingen gaan
plaatsvinden als de gemeente weg is.
Daarna gaat het snel (Openbaring 1:1).
Het woord haast (SV), ook met spoe-
dig (hSV) vertaald, betekent eigenlijk:
snel. Dat wil zeggen: als dat wat in de-
ze boekrol staat, gaat plaatsvinden,
gaat het ineens snel. We zien in onze
tijd contouren van wat in Openbaring
17 beschreven is. Het geheimenis Ba-
bylon is iets groots in de eindtijd.

‘Op weg naar dictatuur.’

Dat zal er van komen, op een bepaalde
leest geschoeid. Ontwikkelingen zijn al
langer te constateren, in zaken als we-
reldbank en dergelijke. Gods woord zal
het Joodse volk (de gelovigen) leiden in
de eindtijd en zij Openbaring gaan ver-
staan. We zien op naar Hem, Die ons zo
onuitsprekelijk liefheeft. Het is Zijn on-
metelijke liefde, die ons dringt. Die is in
ons hart uitgegoten door heilige geest
die ons gegeven is (Romeinen 5:5).

‘De liefde van God overwint.’

Hij zal dat waarmaken, aan het einde
van de eonen. En zal ieder Hem loven
en danken en verheerlijken.Hij heeft
alle touwtjes in handen. Hij heeft ons
in Hem uitgekozen vóór de nederwer-
ping van de wereld. Wat een genade!
Daar leven wij nu, vandaag, uit. En de
genade van God doorgeven kunnen we
ook. Zoals Hij ons in Christus genade
geeft, zo ook wij naar de ander. Het ge-
heim is: elkaar in Christus aanzien.

Op 6 november 2019 werd opnieuw
over het geheimenis Babylon gespro-
ken, de wereldleider van de eindtijd
zal daar een rol in spelen. De ontrouwe
vrouw is een beeld van de afvallige Jo-
den die andere zaken aanbidden dan
Jahweh alleen. Luister: deel A en deel B

6 november 2019

‘We zien uit naar Gods toekomst.’

En dat geeft vandaag kracht om verder
te kunnen. De vraag bij de profeten is
ook steeds: hoe lang o Jahweh? De uit-
roep van een hart dat lijden heeft mee-
gemaakt. Alleen in Daniël vinden we en-
kele tijdsaanduidingen, verder zul je in
de Schrift moeten zoeken. De 70 jaarwe-
ken van Daniël 9:24-27 zijn niet voorbij.
Nog 1 week van jaren te gaan en dan zal
voor Israël de Verlosser komen. Hij zal
Zijn voeten op de Olijfberg plaatsen en
Zijn volk uitleiden.

‘Voorafgaand zijn wij al weg.’

Dat is de stellige overtuiging wat mij
betreft. Mijns inziens geen reden om
te denken dat dat anders zou zijn. De
bazuin van God (1 Thessalonicenzen
4:16) is de heerlijke verwachting van
het lichaam van Christus. Daarna ko-
men we bij de bema (erepodium) van
Christus en van God. Vervolgens gaan
we doen wat in Efeziërs 2:6,7 staat. De
overstromende rijkdom van Zijn gena-
de tonen aan de hemelse machten en
krachten.

‘En hen tot onderschikking brengen.’

En dat kunnen wij nu al doen. God be-
werkt in de gelovigen de onderschik-
king aan Hem en Zijn Woord. En hoe
praktisch is dat! We kunnen dat in het
dagelijks leven in diverse verbanden
leren. Dat laat de ootmoedige, innerlij-
ke houding zien die de Zoon kenmerkt.
Dat is hét voorbeeld voor ons in Filip-
penzen. Erg rijke brief die wij hebben
bestudeerd, die heel praktisch spreekt.
Zo doen wij onze winst ermee. Uit de
onderschikking blijkt de ootmoedige ge-
zindheid, tot eer van de Vader.

5 november 2019

‘God houdt van mensen.’

Zonder twijfel. Dat staat in het goede
nieuws centraal: de liefde van God.
Wanneer gepredikt wordt zou dat klin-
ken. In kerk en kring klinkt dat minder
of meer. In enkele kerken is prediking
ontstaan dat men zichzelf zou onder-
zoeken. De prediking is erop gericht de
mens naar Christus te leiden. Maar, in
de verkondiging zou Christus naar men-
sen gebracht worden. Het onvermogen
van mensen: ja, dat is zo. Maar het ver-
mogen van Christus: dáár gaat het om.

‘Dat hoor je niet vaak.’

En men zegt zelfs in kringen, dat men-
sen ‘met ingebeelde hemel naar de hel
gaan’. Ook al zitten ze heel hun leven
elke zondag twee keer in de kerk en al
leven ze voorbeeldig. Het is andersom:
velen die denken dat ze naar de hel zul-
len gaan, zullen blijken gered te zijn. En
dat door Christus Jezus, Die niet alleen
hun Richter is, maar vooral hun Redder
blijkt te zijn.

‘Gods woord geeft echt zicht.’

En bovengemelde prediking en achter-
grond konden ontstaan door tradities
van mensen. Men liet Gods woord los
als het gaat om toetsen van ervaringen.
In 1 Timotheüs 4:9-11 staat dat God de
Redder van alle mensen is, allermeest
van de gelovigen. En Timotheüs kreeg
mee: beveel en leer dit. En daarom zeg-
gen we dit opnieuw in woord vandaag.
We zien uit naar de tijd waarin alle men-
sen God van harte verheerlijken.

4 november 2019

‘Evangelie is goed nieuws.’

In Romeinen klinkt ook het geheime-
nis van het evangelie. Dat is de heerlij-
ke verzoening van de wereld. Niet om-
dat die zich bekeerde. Nee. Doordat de
Zoon de dood in ging en door de Vader
werd opgewekt. Als het om de recht-
vaardiging door geloof gaat haalt Pau-
lus veel aan uit Tenach (OT). Maar zo-
dra hij schrijft over de verzoening ont-
breken de verwijzingen. En zo blijkt de 
verzoening in Romeinen anders te zijn
dan de ‘verzoening’ in Tenach.

‘In Tenach alleen bedekking.’

En in de Hebreeuwse Schrift staat het
woord kaphar. En dat is meestal met 
verzoening vertaald. Ze berust op een
misverstand. Het Hebreeuwse begrip 
gaat over bescherming. En op de ark in 
het heilige van de heiligen lag het dek-
sel van bescherming. En bloed spren-
kelde de hogepriester daarop. Zo had 
het volk Israël een jaar bescherming 
tegen het gevolg van de woorden op 
de stenen tafels in de ark.

‘Het was maar voor een jaar.’

Daaruit bleek, dat de zonden en over-
tredingen niet weg waren. Het was in
wezen niet definitief. Het bloed van de
dieren bracht geen werkelijke verande-
ring. Dat bracht het lijden en sterven 
en de dood van Christus wél. God was 
in Christus de wereld met Zich verzoe-
nend. Dat woord betekent in de grond-
taal neer-veranderen. De neergedaalde 
Zoon bracht verandering. God heeft de
vijandschap van de mens beantwoord
met liefde. God verandert vijanden in
vrienden; Hij houdt van mensen.