‘Hij diende, en anderen wilden heersen.’
Dat kostte Hem Zijn leven, wat Hij wel in liefde gaf voor ons.
De Joodse leiders wilden Hem doden, omdat zij wilden heersen
over het volk en geen concurrentie duldden van wie dan ook.
Toen Hij, Jezus Christus, zelfs doden ging opwekken (Lazarus,
jongeling van Naïn, dochtertje van Jaïrus) kreeg Hij wel erg veel
aanhang. Hij moest wijken. Hij moest dood.
‘Verschrikkelijk, dat men zo Iemand juist moest hebben.’
Hij diende in ootmoedigheid anderen. Hij diende en Hij sprak
zoals nog nooit iemand had gesproken. Zelfs de grote profeten
van Israël niet. Hij deed wondertekenen en dat moest Zijn Mes-
sias-zijn bevestigen. Het was onvergetelijk wat Hij deed. De men-
zen moesten wel achter Hem aan. Hij gaf hen zomaar te eten,
om niet, uit Zijn genade.
‘Daarin zie je hoe ruim en genadig Hij was.’
Het was in Zijn aardse leven en in Zijn bediening helemaal waar:
de wet werd door Mozes gegeven, de genade en de waarheid
zijn door Jezus Christus geworden Johannes 1:17
Hij sprak niet wettisch, Hij kwam juist in conflict met de wet-
tischen. De schriftgeleerden, de farizeeën, zij botsten voortdu-
rend met Hem. Niet alleen omdat zij hun positie niet wilden
verliezen, maar ook de inhoud. Zij stelden voortdurend Zijn
Messias-zijn ter discussie. Daarin werd Hij heel erg duidelijk
en sprak de waarheid in liefde.