7 mei 2019
‘Wat God doet is goed.’
Dat is een uitspraak van geloof. Diep is
het vertrouwen van de Zoon, Hij accep-
teert de weg van de Vader. De overga-
ve, zo klonk het: ‘niet Mijn wil’. In Geth-
sémané was dat geloof van de Zoon zo
duidelijk hoorbaar. Hij leed in de ziel; in
de geest was daar het besef, dat Vader
altijd de juiste weg wijst. Dat geldt ook
ons, wanneer we zoeken naar de juiste
richting. Boven alles uit weet je als gelo-
vige, dat God alle dingen doet samen-
werken tot het goede.
‘Daarom loopt het niet verkeerd af.’
Gods plan wordt van dag tot dag afge-
werkt, de Zoon is de grote Uitvoerder.
Hij zal binnenkort verenigd worden in
de lucht met heel Zijn lichaam. Daarna
gaan we voltallig Hem dienen te mid-
den van de hemelsen. Hij zorgt voor de
gemeente, het is Zijn lichaam. Hij voedt
en koestert door het woord en troost
en bemoedigt door Zijn geest. We zijn
geliefd, er kan geen ruimte komen tus-
sen Gods liefde en ons. Wat er ook in
ons leven gebeurt, Hij draagt ons.
‘We zijn rijk in Hem.’
Wat werkelijk rijkdom, een groot kapi-
taal is, is godsvrucht met tevredenheid.
In 1 Timotheüs 6 spreekt de apostel er-
van. Als je die combinatie in je leven in
je innerlijk ervaart, dan ben je gelukkig.
Godsvrucht is: je eert God met je leven,
en Hij verandert zondaren in rechtvaar-
digen en vijanden in vrienden. Dat doet
Hij als eerste bij de gemeenteleden. Zij
zijn het lichaam van Christus; het gelo-
vig Israël van de (nabije) toekomst is de
bruid. De Heer veranderde water (wet)
in wijn (vreugde van de genade) en zo
kon het een echte bruiloft zijn.