‘Het is fantastisch die breedte van Zijn liefde. En de lengte?
Als we naar lengte kijken, dan lijkt het niet meer te gaan om de afmeting
of breedte van het universum. Misschien kunnen wij aan tijd denken. De
grootste tijdperiodes in de Schrift zijn de eonen. Er wordt gesproken in de
Schrift over voor de eonen. De verborgen wijsheid van God was weggehou-
den in God en God bestemde die tevoren – vóór de eonen- tot ónze heer-
lijkheid (1 Corinthiërs 2:7)!
‘Ja, opnieuw ongelooflijk hoe dat geweest moet zijn.’
God zag ons al vóór de eonen. Als lichaam van Christus. Het was dus vóór
de zonde zijn intrede deed. Voordat ook maar iets ‘mis’ kon gaan, en dus
vóór de nederwerping van de wereld. Toen had Vader ons op het oog!
Gods liefde ging naar ons uit, toen al. Als je iets daarvan beseft, dan zul
je de Vader heel diep danken. Wij werden niet door God geroepen als
gevolg van eerdere zonde of kwaad.
‘Ja, erg fijn om dat weer te horen.’
De Liefde en genegenheid van de Vader gingen naar ons uit, terwijl er
geen sprake van zonde was. Pas toen de tegenstander als tegenstander
geschapen werd, kwam de zonde naar voren in het universum. Maar
voordat dat gebeurde, waren wij er al, in Gods voornemen! Wij werden
dus in feite al geroepen voordat de zonde en het kwaad de mensen dwars
gingen zitten. En het Lam werd tevoren gekend, voor de nederwerping
van de wereld. Er kon dus niets mis lopen, God doet werkelijk al wat
Hem behaagt!