Woord vandaag

Op dezelfde wijze ook de
vrouwen; laten zij zichzelf
sieren, in passende kleding, 
ingetogen, met gezond 
verstand, niet met vlechten 
en goud of parels of dure 
kleding
         
1 Timotheüs 2:9

Het onderwerp is: gedrag van
gelovige mannen en vrouwen.
Het op dezelfde wijze verwijst
naar vers 8 waar gewezen is
op gebed met goedgunstige
handen opheffen. En nu gaat
het over biddende vrouwen.
Hun ootmoedigheid zou uit
hun hart naar buiten komen.
Dat blijkt uit goedgunstig zijn,
maar ook uit de kleding.
Het verschil dat in deze tekst
getoond wordt, is tussen erg
opzichtig (gekleed) zijn, en
ingetogenheid. De vrouw zou
dat zelf in geloof afwegen en
dit toepassen.

Woord vandaag

Ik bedoel dan dat de mannen 
bidden op iedere plaats, 
goedgunstige handen 
opheffend, zonder toorn en 
doorredenering
       
1 Timotheüs 2:8

Het gebed op iedere plaats
is dus niet gebonden aan een
tempel of een gebouw. We
kunnen in de binnenkamer,
maar ook als we buiten zijn,
bidden en danken. Terwijl we
bezig zijn met ons werk, onze
dagelijkse bezigheden.
Mogelijk kon in samenzijn van
gelovigen men toen letterlijk
met het opheffen van handen
het gebed doen. Goedgunstig
is wat van God in Tenach (OT)
gezegd wordt. De liefde van
God zou in goede werken die
wij doen (handen) blijken.
We bidden voor alle mensen
en dus zijn wij goedgunstig in
onze houding naar de ander.
Doordrongen van Gods liefde
voor de ander.  

Woord vandaag

Ik bedoel dan dat de mannen 
bidden op iedere plaats, 
goedgunstige handen 
opheffend, zonder toorn en 
doorredenering
       
1 Timotheüs 2:8

In de geschiedenis zijn de
gelovigen door vleselijkheid
vaak uit elkaar gespeeld.
De tegenwerker is succesvol
geweest. Via doorredeneren
kwam men tot afwijken van
het evangelie van Paulus.
En dat leidde tot onderlinge
ruzies en uitbarstingen (toorn).
Dit zou tussen broeders (en
zusters) niet voorkomen.
Gebed voor allen, elkaar, en
goedgunstigheid onderling;
het zijn dé kenmerken van de
aanwezige liefde van God.

Woord vandaag

Ik bedoel dan dat de mannen 
op iedere plaats, goedgunstige 
handen opheffend, zonder 
toorn en doorredenering
       
1 Timotheüs 2:8

We zien vervolgens in deze
fijne brief goede werken naar
voren komen. Ofwel: hoe het
goede nieuws ook in ons leven
blijkt. Met Paulus gezegd: een
leesbare brief van Christus
zijn.
De goede werken zijn in iedere
periode van beheer (geweten,
wet, pinksteren, genade) erg
belangrijk. Maar specifiek nu,
in de tijd van genade, noemt
Paulus ze in zijn brieven.
Het goede nieuws van grote
heerlijkheid van de gelukkige
God (1Tim.1:11) leidt eerst tot
gebed. Dat zie je in 1Tim.2:1-3
maar ook hier, in vers 8, als de
aanwijzingen voor mannen en
vrouwen naar voren komen.
Gebed, dank staat voorop; de
apostel begint ermee. Hoort
dus bij de goede werken die
God tevoren gereedgemaakt
(Efe.2:10)!

Woord vandaag

het getuigenis in eigen era’s
waartoe ík aangesteld werd 
als heraut en apostel (de 
waarheid spreek ik, ik lieg 
niet), leraar van de natiën 
in kennis en waarheid
     
1 Timotheüs 2:6b,7

Paulus was ook aangesteld
als leraar van de natiën.
En sprak de waarheid, liegt in
geen geval. De boodschap is
hem gegeven door Christus
Jezus. Kennis en waarheid;
dit is wel met hart en ziel, en
door de geest van Christus  
geleid. Het gaat om verdere
en diepere kennis in het hart
en waarheid van God.
Gebed om een geest van
wijsheid en onthulling naar
Efeze 1:17-19 is nodig; voor
onszelf en voor de ander.  
Die geeft daartoe Zijn geest
in ons hart, en werkt geloof
en vertrouwen uit.
Dat stemt dankbaar: Vader,
dank U wel.