door heerlijkheid en oneer,
door ziek gerucht en goed
gerucht, als misleiders en
waarachtig
2 Korinthiërs 6:8
Tegenstrijdig: misleiders en
waarachtig. Men sprak over
hem regelmatig als was hij
een misleider.
Het is voor tegenstanders
die zelf (deels) in de leugen
staan of leven, irritant als de
waarheid naar voren komt.
Zij worden dan afgunstig op
hen die de waarheid spreken
en leven. Voortdurend bleken
Paulus en medewerkers waar
te zijn. Zij leefden de genade
van God uit. Niet alleen was
dat bij de apostel zo.
In Zijn leven op aarde, ging
dat bij de Heer Jezus ook op
die manier.
Steeds probeerde men Hem
als misleider neer te zetten;
altijd bleek Hij waar te zijn.
Leugens kunnen snel zijn, de
waarheid zal ze vroeg of laat
inhalen en Gods heerlijkheid
in waarheid tonen.