Ziet toe, dat niemand kwaad in
plaats van kwaad terugbetaalt
aan iemand, maar jaagt altijd
het goede na, zowel voor elkaar,
als voor allen.
1 Thessalonicenzen 5:15
Ook dit is een aanwijzing uit de
liefde van God, die Paulus noemt.
In harmonie met 1 Corinthiërs 13,
dat zegt: Gods liefde rekent het
kwade niet aan. Verwijdering en
vijandschap met liefde tegemoet
treden. In Romeinen12 lees je:
heeft je vijand honger? Geef hem/
haar de bete (te eten), dorst? Geef
te drinken. Het goede najagen is
wat tot opbouw van de ander is.
Goed is: wat het belang van Chris-
tus Jezus dient. Zo naar iedereen
(elkaar, allen) bezig zijn. De liefde
van God gaat naar ieder uit.