‘Na strijd met Lots herders, en om Lot zelf – geen nageslacht.’
Tijd is een belangrijke factor. God heeft de tijd aan Zijn kant.
Doordat het langer duurde sloop iets menselijks in Abrams ge-
dachten. Twijfel begon in hem te knagen. Zou IEUE Zijn belofte
vervullen? Of moest Abram als mens iets doen? Hele logische
vragen, ook voor een gelovige als Abram. En gelovigen vandaag
worstelen nog steeds met dit soort vragen. Zou Vader Zijn belof-
ten wel vervullen? Gaat die bazuin wel klinken? Het duurt lang!
‘Ja, dat hoor je weleens, men gaat soms verschuiven.’
Abram dacht misschien wat velen denken, dat God degenen
helpt die zelf iets doen. Een voorwaarde: als ik iets doe, dan
zal God mij wel helpen of zegenen. Saraï zei tegen Abram dat
hij dan de slavin Hagar ook tot vrouw moest nemen en zo zou
zij dan nageslacht voor Saraï dragen. Zij dacht met Abram
IEUE te helpen. Maar dat was niet wat IEUE beloofd had. Hij
zou uit Saraï en Abram nageslacht geven. Zo was de belofte.
‘Zo heeft Vader ook 1 Thessalonicenzen 4:13-18 beloofd.’
Tijd werkt altijd in Gods voordeel. Ook bij die belofte. Sinds
dat we voor het eerst ervan hoorden zijn er wellicht al heel
wat jaren verstreken. We zijn nu dus veel dichter bij de stem
van de Vorst van de boodschappers. En wanneer we komen te
overlijden, zullen we voor ons bewuste besef enkele seconden
na het inslapen de bazuin van God horen. We kunnen niet uit-
rekenen wanneer het zal zijn. Maar we vertrouwen Vader dat
Hij bij machte is ook te doen wat Hij belooft!