Woord vandaag

‘Wat is dan wel het eerste evangelie in de Schrift?’

Wanneer we verder kijken in Genesis 3:16, dan wordt ook iets tegen de
vrouw (later Eva genoemd) gezegd:

En tot de vrouw zegt Hij: Ik doe toenemen, ja toenemen de smart en
pijn van jouw zwangerschap. In smart zul jij zonen dragen. En jouw
man is je ommekeer*, en hij zal over jou regeren.

* ommekeer: zie artikel ‘De Grote Ommekeer (1)’ in de PaasSpecial UR

Hier wordt naar Adam verwezen als degene die de ommekeer bete-
kent, je zou ook ‘herstel’ of ‘terugkeer’  kunnen vertalen. In elk geval
is het zeer waarschijnlijk, dat het oorspronkelijke Hebreeuwse woord
hier niet ‘begeerte’ of ‘verlangen’ is, maar ‘herstel’ of ‘ommekeer’.

‘Dat is heel anders dan de vertalingen en wekt heel andere gedachten.’

Zo zien we hoeveel invloed een vertaling heeft. Mensen lezen dat toch
vaak als de waarheid. Zoals de tekst is, wijst het naar het herstel dat
via Adam als verwekker door de zoon, de Messias, de ommekeer zou
komen. Dat is wel evangelie te midden van de woorden die spreken
van pijn, smart en moeite. Juist dan ene woord is beslissend!

‘Mooi, er gloort hoop en verwachting door dat woord.’

Het evangelie maakt later duidelijk, dat Adam een (anti)type is van de
laatste Adam. Daarmee krijgt Genesis 3:16 veel meer glans, je leest
die oude tekst dan in het licht van de latere onthullingen. Bekend prin-
cipe: we lezen de Tenach in het licht van de Griekse Schriften en niet
andersom. Zo lezen we het goede nieuws al in Genesis 3:16, op de eer-
ste bladzijden van de Schrift.

Woord vandaag

‘We zijn bevoorrecht, dat wij deze dingen kunnen overwegen.’

Wanneer Vader het geeft, geeft Hij ook geloof. Dat is een waarheid waar
je niet omheen kunt. Geloof is een geschenk van God. Geloof komt door
horen, je oren zijn ook door God gemaakt. Zo zien we: Hij geeft alles.

Want aan jullie is genade geschonken voor Christus, niet alleen naarbin-
nen Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden
          Filippenzen 1:29

Want door de genade mij gegeven zeg ik ieder onder jullie niet hoger
gezind te zijn dan wat
je gezind moet zijn, maar te zijn in een gezonde
gezindheid, zoals God eenieder
de mate van geloof toedeelt

                                                                                                                 Romeinen 12:3 

Deze woorden vind je in de rijke brieven van de apostel. God geeft ge-
loof, in genade. Geloof stemt dan ook overeen met genade. God deelt
toe. Wij kunnen ons dan ook nergens op beroemen.

‘Ja, mooi. Evangelie klinkt: God is genadig.’

Alle evangelie is ook uit God. Het komt van Hem af. Het eerste evangelie,
zo wordt vaak gedacht, zou Genesis 3:15 zijn. Wanneer we de principes
van het lezen van de Schrift toepassen, dan zien we dat Ieue spreekt,
maar tegen wie? De slang in dit geval. Dit wordt niet tegen mensen ge-
zegd. Het omvat het gericht over de slang. Geen evangelie.

‘Goed om zo scherp te lezen, ja.’

Ik zal vijandschap zetten tussen jou en de vrouw en tussen jouw zaad
en haar zaad. Hij zal jouw hoofd verwonden, en jij zal Hem de hiel
verwonden
                                                                                   Genesis 3:15

Geen evangelie klinkt. Het gericht wordt over de slang uitgesproken,
dat hem kwaad zou overkomen. Ook wordt gesproken van het kwaad
van de vijandschap. Het bijzondere is, dat Ieue Alueim (de Heer God,
Ik ben – Onderschikker(s) ) dit zegt. Hij zet dus die vijandschap in!

‘Moeilijk te verteren voor veel mensen. God zet de vijandschap in.’

Het moest er zijn. Deze twee lijnen zijn sindsdien in conflict met elkaar.
Steeds zou de slang pogingen ondernemen om de komst van het zaad
van de vrouw (de Heer Jezus Christus) te verhinderen. Maar God werkt
alles zo uit, dat de slang voortdurend het nakijken heeft, Gods plan
gaat door. Maar evangelie klinkt hier (nog) niet. Wanneer wel?
Morgen meer daarover.                                                                                                   

Woord vandaag

‘Pasen, in Christus, een nieuwe schepping: het is allemaal uit God.’

Jawel, we hebben gezien dat God alles tevoren weet. Gods voorkennis.
En dat houdt in, dat Hij ook alles ten diepste bewerkt. Dat kan niet an-
ders. Het zou onzin zijn wanneer Hij tevoren wel alles weet, maar ver-
volgens niet in staat zou zijn de dingen ook zo te ordenen dat ze zo gaan
zoals Hij bedoelt. Dat Hij Jakob liefheeft en Esau haat (achterstelt), dat
is naar Zijn voornemen. God is werkelijk God.

‘Fijn, dat geeft mij zekerheid. Het kan niet uit Zijn hand vallen.’

We zien op Hem, die ons liefheeft. We bespraken bij Openbaring afgelo-
pen woensdag, dat God liefde is. En dat Hij de dingen heeft onthuld in dat
bijzondere bijbelboek, maar dat boven die hele Openabring staat, dat
God liefde is. En dat dus al die dingen die nog gaan gebeuren, niet buiten
Hem om gaan. Zoals een chirurg een zieke plek uit een menselijk lichaam
moet wegsnijden, zo snijdt God straks in de mensheid om de ziekten te
verwijderen – binnen korte tijd.

‘Ja die hele periode van het boek Openbaring is eigenlijk maar kort.’

Dat mag je wel zeggen. Het gaat om een korte, hevige tijd waarin heel
veel gebeurt. Daarna breekt de 1000 jaar aan en volgt na de grote witte
troon de tijd van de nieuwe hemel en nieuwe aarde. Maar het grootste
deel van het boek gaat over het einde van deze boze eon, dit tijperk waar-
in het kwaad een belangrijke rol mag spelen. Daarin gebeuren de dingen
snel – wanneer ze plaatsvinden. En die gerichten luiden de komst in van
de Redder van de wereld: de Heer Jezus Christus.

Woord vandaag

‘Wat algemeen verkondigd wordt is anders dan het evangelie van
  de verlaten apostel.’

Het evangelie is niet naar de mens. De mens wil religie, een goed
gevoel. De overstromende genade die in Paulus’  boodschap zo helder
doorklinkt, ontbreekt in de meeste verkondiging. Gods genade is zo
anders dan wat mensen denken dat het evangelie inhoudt. Het punt
is, dat de mens zelf wat wil doen, wat in de melk te brokkelen wil
hebben.

‘Het kruis maakt daar een einde aan.’

Paulus spreekt diepgaand –als geen ander- over de consequenties, de
gevolgen van het kruis. Je hoort weliswaar wel spreken over dat men
een nieuwe schepping is, maar het wordt niet doorgetrokken. In de
geestelijke nieuwe schepping is geen onderscheid meer tussen Griek
en Jood, slaaf en vrij, manlijk en vrouwelijk. Besneden zijn of niet heeft
daarin geen enkele betekenis. Het valt in Christus Jezus –na het kruis-
allemaal weg.

‘Degenen die wel rekenen met Israël naar het vlees zitten mis?’

Exact. Paulus brengt meerdere keren naar voren, dat besneden zijn of
niet onbelangrijk is. Het gaat erom of men een nieuwe schepping is.
En dat kan nooit in het vlees zijn, maar alleen in Christus. Hij wilde aan
het einde van zijn leven in Christus gevonden worden. En niet in het
vlees. Dát maakt werkelijk het verschil. Niet langer het oude, dat is ein-
delijk voorbij!

Woord vandaag

‘Heel fijn, die studie van Openbaring gisteravond.’

Het blijft boeiend, dat profetisch Woord, dat zeer vast is. In dit boek
draait het om Jezus Christus. Hij staat centraal.
In de gemeente Laodicea: onverschilligheid. Men had niet veel met
het Woord van God. Net zoals nogal wat christenen vandaag niet zo
veel met een recht gesneden Woord op hebben. Daarom blijken op
deze avonden steeds de verschillen tussen beide evangeliën.
De overstromende genade uit Paulus’ evangelie hoor je in Openbaring
niet; het gaat om werken – evangelie van de Besnijdenis.

‘Het is steeds opmerkelijk hoe groot de verschillen zijn, ja.’

Ook dat afstand nemen van het geloof in deze tijd van genade, het
is wat. Dat werd even genoemd. Men volgt vandaag leringen van de-
monen. En wanneer het gaat om Paulus, dan zou hij niet welkom zijn
wanneer hij zich zou aandienen als spreker. Men zou hem niet uitno-
digen en liever anderen het woord laten voeren in spreekbeurten of
bijbelstudie avonden.

‘Net zoals de Heer zelf aan de deur van Laodicea klopt?’

We hebben gezien, hoe Hij in feite buiten die gemeente in Laodicea
staat. Hij staat aan de deur en klopt en vraagt om binnengelaten te
worden. Zo zal Hij –en ook Zijn slaaf Paulus- niet welkom zijn wanneer
Hij komt met het evangelie van genade dat nu, in deze tijd, moet klin-
ken. Men zou Hem weigeren. Te afwijkend, stemt niet overeen met
wat altijd al in de christenheid geleerd is.

‘Het is wat!’

Ernstig genoeg, dat men de overstromende genade niet wil aanvaar-
den. Het is een mengsel van evangelie en wet, van genade en werken,
van geloof en doen, dat alom klinkt. Maar het evangelie van geloof
alleen en genade alleen; nee, dat niet! Ook in de moeilijke uren, de
tijden van lijden en beproevingen klonk het in de oren van de ver-
moeide apostel: Mijn genade is je genoeg