Woord vandaag

‘Staan de huidige schermutselingen in de Gazastrook ook
in Daniël 11?’

Zo eenvoudig ligt het niet met het Profetisch Woord. Het dagelijkse
nieuws dat we uit de media naar ons toe krijgen, is niet iets om in
detail naast de Schrift te leggen. Het werkt andersom: eerst het Pro-
fetisch Woord leren kennen en dan kun je soms uit zekere ontwik-
kelingen opmaken dat er een stukje Profetie in vervulling is gegaan.
Maar, zoals weleens gezegd wordt dat je de krant naast de Schrift
kunt leggen: zo werkt het niet.

‘Duidelijk, maar hoe zou je de huidige ontwikkelingen kunnen zien?’

De Heer Jezus sprak van ‘oorlogen en geruchten van oorlogen’ in Mat-
theüs 24, daar past het in. Dat hebben we in de afgelopen tijd gezien
met het omvallen van regimes in diverse landen rond Israël, en op dit
moment is Syrië erg in de belangstelling. Maar ook in Jordanië en in
Saoedi-Arabië (dat was vroeger o.a. Midian) is het niet rustig. Allemaal
indicaties van (grote) veranderingen, ná de invasie in Irak en Afgha-
nistan, en ná de golfoorlogen.

‘Er is heel wat gebeurd vanaf ongeveer 1989/1990.’

Dat was na het omvallen van de muur in 1989. Vanaf dat moment begon-
nen allerlei wereldleiders te spreken over ‘De Nieuwe Wereldorde’, dus
ongeveer na afloop van ‘de koude oorlog’. Er zijn vanaf dat moment ge-
weldig veel grote ontwikkelingen in het Midden-Oosten geweest. Vanuit
de Schrift zien we daarin de oude strijd tussen Izaäk en Ismaël, tussen
Ezau (Edom) en Jakob en nog steeds zijn er de Amalekieten (Exodus 17!).
Er lijkt zich langzaamaan iets te vormen, maar dat heeft nog tijd nodig.

In elk geval zal alles gaan uitlopen op wat in Zacharia geschreven staat:

 

 

Op die dag zal het gebeuren, dat Ik alle heidenvolken, die tegen Jeruzalem
oprukken, zal zoeken weg te vagen.
Maar over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem zal Ik
de geest van de genade en van de gebeden uitstorten. Zij zullen Mij
aanschouwen, die zij doorstoken hebben. Zij zullen over Hem rouw be-
drijven, als met de rouwklacht over een enig kind; en zij zullen over Hem
bitter klagen, zoals men bitter klaagt over een eerstgeborene.
Op die dag zal in Jeruzalem de rouwklacht groot zijn, zoals de rouwklacht
van Hadad-Rimmon in het dal van Megiddo.

 

Woord vandaag

‘Dat alles uit God is, is voor veel gelovigen moeilijk te verteren.’

Het wordt vaak gezien als iets, dat een gelovige verlammen
zou, het zou de gelovigen inactief maken. Dat kan, maar het
weten dat men eens voor altijd gered is in het bloed van
Christus kan een gelovige ook geestelijk lui maken. Als we
nieuw leven in Hem ontvangen hebben, zal het ons juist ac-
tief maken.

‘De geest van God werkt in ons, en dat wekt ons juist tot leven
en zal ons gebruiken.’

Het zekere weten, dat alles uit God is, zal de gelovige juiste een
geweldige diepe vrede en rust in het hart geven bij alles waar hij
of zij actief in betrokken is. Paulus en zijn medewerkers waren
heel druk bezig, maar hadden deze geweldige verzekering in hun
hart, dat niets buiten God om gebeurt, dat alles in Zijn hand is.

‘En het geweldige besef, dat God liefde is!’

En dat die liefde de bron is, God bewerkt alles in overeenstem-
ming met de raad van Zijn wil. Dus alles wat gebeurt, heeft een spe-
cifieke bedoeling. Op een of andere manier zal eens blijken, dat elke
gebeurtenis, hoe klein en onbetekenend in onze ogen ook, een doel
heeft gediend, namelijk dat God alles in allen zal zijn. Dit laatste is
in feite de sleutel tot alles wat plaatsvindt onder de zon en waarover
Salomo (Prediker) soms verbijsterd was!

Woord vandaag

‘Heel wat predikanten en voorgangers weten meer dan zij
prediken?’

Reken daar maar op. Zij hebben vaak voldoende materiaal in
huis en weten vanuit hun studie van de boodschap dat God de
Redder van alle mensen is. Meestal laten zij dat voor wat het is
en zijn zij in hun hart zoals wijlen professor H. Berkhof achter
in zijn dogmatiek zei: ‘In Gods naam hopen wij ….. op het uit-
eindelijke herstel…..’ en dergelijke bewoordingen.

‘Ja als je de meesten hoort, zeggen zij dat de mens uiteindelijk
moet kiezen of willen.’

Ja, onlangs zette een vrijgemaakt-gereformeerde predikant in het
ND dat uiteen met zulke bewoordingen. Eerst zette hij de genade
van God neer, die in principe groot genoeg zou kunnen zijn voor
alle mensen. Maar nadat hij in het slotstukje iets uit de Dordtse
leerregels had geciteerd, kreeg het een wending. Uiteindelijk moet
de mens willen en Christus aannemen, of het aanbod van genade
aannemen. Dus het allerlaatst komt het toch op de mens aan.

‘En het niet willen van de mens is volgend die leerregels van eeuwig-
heid door God bepaald?’

Ja, men moet filosoferen, omdat de Schrift duidelijk maakt, dat alles
uit God is, ook het uitkiezen van mensen die bij het lichaam van
Christus (zullen) horen. Dat was tevoren door God bepaald. Om dat
te proberen te verklaren komen er allerlei ingewikkelde redeneringen
in die leerregels naar voren. Als je echter gewoon voluit gelooft wat de
Schrift zegt, kom je eruit. God is de Redder van alle mensen, dat
staat er gewoon. De aeonen (aioon, olam) zijn tijdperken, altijd.
Daarmee is de ‘straf’ niet eindeloos, maar tijdelijk.
God zal zijn: alles in allen!

Woord vandaag

‘De Schriften spreken duidelijk – uit zichzelf. Toch is het voor
veel mensen verwarrend.’

Dat komt omdat er veel meningen van mensen zijn over de Schrift.
Veel wordt gezegd zonder de Schrift zelf echt aan het woord te laten.
Men vormt zich een mening over iets, gebaseerd op een paar teksten
en een aantal vooronderstellingen. Of men zegt: ‘ja dat staat er wel,
maar dat moet je heel anders lezen!’ Of: ‘Dat zegt Paulus wel, maar..’.

‘Meestal krijg je dan een stuk traditie van mensen naar je toe.’

Binnen veel geloofsgroepen moet men zich als het er op aan komt, con-
formeren aan hun belijdenis of voorgeschreven regels. Van baptist tot
hervormd, van PKN tot vol evangelie, van ABC tot pinkster, overal
dient men zich uiteindelijk te houden aan een aantal artikelen die
boven de groep staan. Als je dan anders bent qua overtuiging en je
kunt niet alles onderschrijven, ga je er vroeg of laat tegenaan lopen en
leidt het tot vertrek uit de groep.

‘De Schrift spreekt toch duidelijk, waarom dan al die belijdenissen?’

Men vond de Schrift kennelijk te moeilijk voor ‘het gewone volk’ (wie
dat ook mogen zijn) en heeft verhelderende artikelen willen schrijven
om te formuleren wat een gelovige gelooft. Laatst was het beruchte
artikel 37 NGB in het nieuws omdat een kerklid Daaf Bokhout op basis
van de Schrift dat niet kan geloven, en terecht. Een altijd durende,
dus eeuwige, pijn voor de ongelovigen is een afschuwelijke leer die niet
volgehouden kan worden in het licht van de Schrift.

‘Maar de kerkelijke synode bleef bij artikel 37.’

Jawel. Daardoor bleek dat zij vastzitten in een systeem van dwaling.
Men kan er niet uit ontsnappen. Slechts 3 tegenstemmers en meer dan
100 voor stemmers om het vreselijke artikel te laten staan. Daar zitten
heel wat theologen bij. Zij moeten beter weten, maar dat doen zij waar-
schijnlijk alleen in de studeerkamer – niet erbuiten.
Toch staat geschreven: God is de redder van alle mensen, inzonderheid
van de gelovigen!

Woord vandaag

‘Zo dat was wel heel wat he dat volk in de woestijn.’

Zij kwamen steeds in opstand tegen Mozes en murmureer-
den en mopperden op hun leider, die niettemin door God
aangesteld was. Men kwam steeds in opstand tegen Jahweh,
tegen God door tegen Mozes te morren. De wolkkolom en de
vuurkolom leidde hen en als zij dorst of honger hadden,
kwamen de zonen van Israël er tegenin.

‘Het moet voor Mozes een hele lastige weg zijn geweest.’

Daarom werd hij pas na 80 jaar aangesteld. Eerst 80 jaar voor-
bereiding, daarna het volk Israël leiden. Daarbij was hij aan
het hof van Farao en daarna in heel groot contrast 40 jaar
schapen hoeden voor schoonvader Jetro in de woestijn. Daar
zal hij ook onderwezen zijn door Jahweh en mogelijk ook door
schoonvader Jetro, die priester in Midian was.

Ja, zo’uitgebreide voorbereiding was wel nodig, die Mozes als
man van God kreeg.’

Mozes ontving de Thora om die door te geven aan het volk, dat
volk zei ja, en daarmee was het huwelijk tussen Jahweh en het
volk Israë
l een feit. Het is, zoals later in de Schrift erover ge-
sproken werd, het oude verbond. Het was een verbondssluiting,
maar Israël verbrak het (Jeremia 11) en daarom spreken de
profeten over de komst van het nieuwe verbond (Jeremia 31:31-34)
dat nog toekomstmuziek is voor Israël en de volkeren.

‘Het oude was een bediening van de dood?’

Ja, op heel wat dingen stond de doodstraf, door steniging o.a.
Of de straffen echt uitgevoerd zijn? We weten er niet veel van,
er staat niet zoveel over geschreven. Het was het oude, waarvan
tevoren vaststond, dat het op een mislukking uit zou lopen.
Het gebod dat tot leven moest leiden, leidde door de zonde juist
tot dood. Er kon pas leven komen door de geest van God, die door
de Heer gezonden werd toen Hij verheerlijkt was!