Gisteren meldde de christelijke krant een symposium, waar 2 theologen en
een socioloog reageerden op Heeft de kerk zichzelf overleefd? van godsdienst-
socioloog Gerard Dekker.
Als antwoord op een scherpe opmerking van dominee Peter Verhoeff, synode-
preses van de PKN, reageerde Dekker fel en merkte op:
….’maar de kerk moet zich wel weer gaan richten op de omgang met God en zijn
Woord. Waar zijn we mee bezig als kerken ons weer eens voorrekenen dat ‘onze
vrijwilligers de samenleving zoveel miljoen besparen’?
Je krijgt mensen in de kerk, legde Dekker uit, die komen voor het mooie ritueel
bij het huwelijk, voor het buurtwerk, voor de mooie muziek, maar niets te maken
willen hebben met de kern van het christelijk geloof. Dat moet de kerk, meent
Dekker, zichzelf niet aandoen.
In zijn boek kritiseert Dekker de drang van de kerk om zich maatschappelijk
relevant te maken. ‘Een kerk die daarin opgaat, loopt het gevaar vervreemd
te raken van het evangelie.’
Dekker, emeritus hoogleraar godsdienstsociologie, wijst op de kern waar het
allemaal om draait: de omgang met God en zijn Woord. Hij signaleert terecht
dat als de gelovigen als groep maatschappelijk willen meetellen, het al snel
leidt tot afwijken van die kern.
Als je het Paulus zou vragen, wat zou hij dan zeggen? Dit misschien?
‘Indien jullie dan gezamenlijk opgewekt werden met Christus, zoekt wat
boven is, waar Christus is, aan Gods rechterhand zittend.
Weest bedacht op wat boven is, niet op wat op de aarde is;
want jullie stierven en jullie leven is verborgen met de Christus in God.
Wanneer Christus, ons leven, openbaar gemaakt wordt, dán zullen ook
jullie met Hem openbaar gemaakt worden in heerlijkheid.’
Kolossenzen 3:1-4, concordante vertaling.