Woord vandaag

Het is de 10e Nisan. Deze sabbat
(zaterdag) geldt voor de Joodse
mensen als Sjabbat Hagadol, dé
grote sabbat. Dit is anders dan
wat de Schrift aangeeft. Die zegt,
dat de 15e Nisan dé grote sabbat
is (Johannes 19:31). Zie voor uit-
gebreide toelichting de nieuwe
brochure: Jezus is opgestaan,
welke dag was het?

Alvast op YouTube voorproefje.

Nadat Jezus dit zei, reisde Hij hen
vooruit, naar Jeruzalem.
Nadat zij hun kleren op het veulen
geworpen hadden, zetten zij Jezus
daarop. Toen Hij reeds dicht bij de
helling van de Olijfberg kwam,
begon de hele menigte van de
discipelen zich te verblijden en
God met luide stem te loven om
alle machtige daden die zij gezien
hadden. En zij zeiden: Gezegend is
de Koning, Die daar komt in de
Naam van de Heer. Vrede in de
hemel en heerlijkheid in de
hoogste hemelen.

En toen Hij dichtbij kwam en de
stad zag, weende Hij over haar.

Hij zei: Och, dat u ook nog op deze
uw dag zou onderkennen wat tot
uw vrede dient! Nu echter is het
verborgen voor uw ogen. En toen
Hij de tempel was binnengegaan,
begon Hij hen die daar verkochten
en kochten, eruit te drijven.
Lucas 19:28,35,37,38,41,42,45

Het is de 10e Nisan.
Na de gelijkenis van de ponden
(Lucas 19:11-27) trok de Heer
verder naar Jeruzalem. Hij liet de
discipelen een ezelsveulen halen
en reed erop, naar Zacharia 9:9,
over de Olijfberg richting de stad.
De menigte dacht dat Hij nu toch
Koning zou worden en zij riepen
om redding (‘Hosanna’) en Psalm
118:26, net als de Heer Zelf (zie
WV gisteren, 31-3).
De Heer keek uit over Jeruzalem
met geestelijk oog en Hij weende
tranen over de stad. Ongeloof!
Ze verwierpen na het evangelie
van het koninkrijk ook de Koning
zelf. Het was voor hen verborgen,
waarmee Hij vaststelde, dat een
verborgen periode aan zou breken.
Nu alle desem verwijderd moest
uit de Joodse huizen, reinigde de
Heer symbolisch het tempelplein.
Het zuurdesem van koophandel in
de gewijde plaats moest weg.
De Heer Jezus was emotioneel, Hij
kwam bij het huis van Zijn Vader en
zag alle uitingen van ongeloof.
Tegelijk was ook Hij als het Lam dat
de zonde van de wereld zou dragen
(Johannes 1:29) ‘in huis’, precies
op deze dag, de 10e Nisan, laatste
dag van de 69e ‘jaar’week, Daniël
9:24-27.

Woord vandaag

Jeruzalem, Jeruzalem, u die de
profeten doodt en stenigt die
naar haar gezonden zijn, hoe
vaak heb Ik jullie kinderen bijeen
willen brengen, op de manier
waarop een hen haar kuikens
bijeenbrengt onder de vleugels,
maar jullie willen niet!
Zie, jullie
huis wordt aan jullie overgelaten.
Maar Ik zeg jullie, dat jullie Mij
niet zullen zien, tot gekomen zal
zijn wanneer jullie zullen zeggen:
Gezegend is Hij Die komt in de
Naam van de Heer!
   
Lucas 13:34,35

De Heer sprak enige dagen voor
Hij daadwerkelijk de laatste keer
Jeruzalem zou binnengaan, deze
woorden uit. Hij geeft profetisch
aan, vanuit Psalm 118:26, dat Hij
enige tijd zal weggaan en terug
zal keren in triomf. De discipelen
en anderen begrepen dit niet.  
Vandaag is het 9 Nisan, de Heer
is inmiddels nabij Jeruzalem.
Daar zouden op de 10e Nisan de
lammetjes in huis komen, zoals
in Exodus 12:1-3 staat.
Dan moest alle chamets, desem,
uit de huizen verwijderd zijn. En
voordat Hij door Jericho trok,
waar Hij vier blinden genas en
bij Zacheüs in huis wilde zijn,
gaf Hij de 3e keer Zijn lijden aan
(Lucas 18:31-34). Hij, dé Zoon
van Adam (Zoon des mensen)
zou dan bespot, gehoond, zelfs
gegeseld worden. De discipelen
begrepen dat niet. Later, toen
de profetie helemaal vervuld
was, verstonden zij wel wat Hij
gezegd had. Zo zal ieder mens
eens verstaan, voluit begrijpen
wat in het leven gebeurde en
waarom dat zo was.

Woord vandaag

Komende dagen onderbreken we
bespreking van 1 Timotheüs.
Het gaat in de christelijk kalender
naar Pasen. We volgen echter de
door God aan Israël gegeven

kalender en dan is het vandaag
8 Nisan, twee dagen voordat het
lam in huis wordt genomen.

Het geschiedde, toen de dagen
van Zijn opneming vervuld
werden, dat Hij Zijn aangezicht
naar Jeruzalem keerde om
daarheen te reizen.
En Hij stuurde boden voor Zijn
aangezicht uit. Op hun reis
kwamen zij in een dorp van
de Samaritanen om voor Hem
voorbereidingen te treffen.

Maar zij ontvingen Hem niet,
omdat Hij op reis was naar
Jeruzalem, waarheen Zijn
aangezicht gericht was
         
Lucas 9:51-53

De Heer zette Zijn aangezicht
naar Jeruzalem. Daar zou Hij
lijden en sterven; Hij kondigde
dat tot vier keer toe tevoren
aan. Hij bevond Zich in Galilea
en reisde via Samaria, alwaar
zij Hem niet ontvingen omdat
Hij op weg was naar Judea en
Jeruzalem. Onderling was daar
verwijdering tussen Joden en
Samaritanen. Deze afwijzing
was ook onderdeel van lijden:
‘Hij kwam tot het Zijne, maar
de Zijnen hebben Hem niet
aangenomen’.
Het was Zijn laatste reis door
het beloofde land, en wat zal
door Hem heen zijn gegaan?
Hij deed het werk dat Vader
Hem te doen gaf; Hij sprak de
woorden die Vader te spreken
gaf. Door veel typen was Hij
aangekondigd in Thora en de
profeten. Hij ging, in ootmoed
en in de gestalte van slaaf
Zijn weg.

Woord vandaag

Dit wetend, dat de wet 
niet gesteld is voor de 
rechtvaardigen, maar 
voor wettelozen en 
niet-onderschikkenden, 
voor oneerbiedigen en 
zondaars, genadelozen en 
onheiligen, 
vadermishandelaars 
en moedermishandelaars, 
mannenmoordenaars,
hoereerders, voor hen die 
bij mannen liggen, 
kidnappers, leugenaars, 
meinedigen en ingeval dat 
iets anders de gezonde 
onderwijzing tegenstreeft.
   1 Timotheüs 1:9,10

De gezonde onderwijzing staat
in schril contrast tot het ver van
God afwijkende gedrag. In de 
verzen 9,10 lezen we met schrik
de gevolgen van de duisternis
in het menselijke hart. Mensen
die verstrikt zijn geraakt in en
verslaafd zijn aan de begeerten 
van het vlees. 
Wat een gebondenheid! Echte
vrijheid is in Christus
 en maakt
de handen vrij om dagelijks het
op je weg gelegde werk te doen 
als liefdevolle dienst aan God. 
Maar ook om elkaar te dienen 
door de liefde
 (Galaten 5:13).
Het aan Paulus geschonkene, 
de boodschap van verzoening, 
genade: hét gezonde onderwijs 
vanaf Paulus’ roeping tot aan de
bazuin van God. 
De voleinding of het doel-einde
van die boodschap, of opdracht
is liefde (1 Tim.1:5). Laten we
dat uitleven, tot eer van God. 

Woord vandaag

Dit wetend, dat de wet 
niet gesteld is voor de 
rechtvaardigen, maar 
voor wettelozen en 
niet-onderschikkenden, 
voor oneerbiedigen en 
zondaars, genadelozen en 
onheiligen, 
vadermishandelaars 
en moedermishandelaars, 
mannenmoordenaars,
hoereerders, voor hen die
bij mannen liggen, 
kidnappers, leugenaars, 
meinedigen en ingeval dat 
iets anders de gezonde 
onderwijzing tegenstreeft.
   1 Timotheüs 1:9,10

De onderwijzing (wet) laat zien
wat van God, de norm, afwijkt.
Al wat wetteloos is, houdt geen
rekening met normen (en dus
waarden). De rechtvaardigen,
de gelovigen, staan in rechte
verhouding tot God. De wet, of
onderwijzing, wijst aan wat het
doel is: tot eer van God leven.
Waar de mens niet in de juiste
verhouding tot God staat, niet
wil onderschikken, mist die dat
doel. Dat levert gedrag op,
waardoor de verduistering van
het onverstandige hart blijkt.
Dat gedrag wordt oneerbiedig,
zondig, genadeloos, onheilig.
Paulus vult dat vervolgens zeer
concreet in, wat hij in zijn dagen
zag en wat ook wij nog steeds
om ons heen zien.
Des te dankbaarder mogen wij
zijn, dat God Redder is, en ons
verloste van zulk gedrag, en/of
bewaart voor zo’n zondig pad.
Vader, dank U wel.