3 november 2019
‘De rechtvaardiging om niet.’
Dat is het basisthema van het goede
nieuws in de Romeinenbrief. Nieuw
voor heel wat gelovigen is het geloof
van Jezus Christus. En dat raakte snel
ondergesneeuwd in tradities van de
mensen. In vertalingen lees je het ge-
loof in Jezus Christus. Want dat geeft
aan mensen de verantwoordelijkheid
om te geloven. En toch, net zo als de
apostel spreekt van het geloof van A-
braham (Romeinen 4:16), zo schrijft
hij over het geloof van Jezus Christus
(Romeinen 3:22,26).
‘De basis van rechtvaardiging.’
Zo lees je dat in Romeinen 3:22-26.
En daar draait het eerst om de recht-
vaardigheid van God. Die komt naar
voren. De mens wordt rechtvaardig
verklaard op grond van geloof. Maar
allereerst was het bloed van Christus
een aantoning en zichtbare manifes-
tatie van Gods rechtvaardigheid. En
Hij rechtvaardigt degene, die uit het
geloof van Jezus is (Romeinen 3:26).
Het is een geweldige waarheid. Daar
wordt verzoening op gebouwd.
‘Met God verzoend.’
Dat is door de dood van de Zoon heen.
Romeinen 5:8,9 spreken van twee lijn-
en van waarheid. De ene is rechtvaar-
dig verklaard worden in het bloed van
Christus. Dat geldt zondaren. De ande-
re is de verzoening door de dood van
de Zoon. Dat geldt vijanden. Dat geldt
voor eenieder die gelooft. En niemand
ontkomt aan de beschrijving: zondaar
en vijand. God heeft lief en daarin gaf
Hij Zijn geliefde Zoon. Als een vervang-
end losgeld voor allen. Zo is de garantie
tot redding van allen een feit.