11 september 2019
‘Hoe lang nog?’
God, onze Vader, weet dat exact. We
zien uit naar dat moment. Geen ver-
traging in de plannen, al kan dat soms
zo overkomen voor ons. Hij weet wat
goed is en zal precies op het juiste mo-
ment laten bazuinen. De zeven grote
gerichtsbazuinen uit Openbaring klin-
ken later. Dan zijn het boodschappers
(engelen) die blazen, terwijl in 1 Thes-
salonicenzen 4:13-18 de Heer Zelf is,
Die de bazuin laat klinken. Een groot
verschil hoor.
‘Ja dat is het, voor ons erg fijn.’
In Openbaring klinken de bazuinen tot
gerichten, terwijl voor ons de bazuin
redding betekent. Het is geen bedach-
te ontsnappingsclausule voor ons. Dat
te denken zou God naar het menselijke
niveau af doen dalen. God heeft dit zo
bepaald en dan kunnen wij er blij mee
zijn. En wellicht is het feit, dat wij nauw
met Zijn geliefde Zoon verbonden zijn,
reden om dit zo te doen. Alle gelovigen
zullen erbij zijn. Niemand blijft achter.
‘Heerlijk, die zekerheid.’
Dat is de vastheid van de genade. God
heeft alle mensen lief en betoont hen
genade. De overstijgende rijkdom van
Zijn genade geeft Hij aan het lichaam
van Christus. Zij zijn onwaardige men-
sen en zij worden tot de hoogsten van
Zijn schepping verheven. Ongelooflijk.
De grote toekomst is die unieke bedie-
ning en betreft uiteindelijk heel de ge-
schapen orde. Op de gerichten van O-
penbaring volgen de 1000 jaren, die
zullen ook snel voorbij trekken.