Woord vandaag

11 februari 2019
‘Meer heerlijkheid dan Israël.’

Als het gaat om het lichaam dat in de
opstanding gegeven wordt, zeker.
En
dat is een illustratie van de heerlijk-
heid van het evangelie van de natiën.
Dat evangelie (van Paulus) heeft een
veel grotere heerlijkheid dan dat van
Petrus (Israël). Hoewel dat beslist een
zekere verwachting en uitzicht heeft,
kan het niet tippen aan wat door de
apostel Paulus bekendgemaakt wordt.
Dat overtreft al je verwachtingen.

‘We zijn bevoorrecht.’

Dat is nog zwak uitgedrukt. Het is een
heel bijzondere boodschap; die koes-
teren wij. We zijn enorm gezegend, en
dat beseffen we nog te weinig. In ons
denken zit van alles in de weg, en dat
verhindert ons de genade van God in
waarheid
te erkennen. Dat is een pro-

ces in ons leven, omdat we opgevoed
zijn in het denken van de grondregels
van de wereld
. Steeds menen wij,
dat
God nog iets van ons verwacht.

‘Menselijk denken.’

Voordat het laatste restje vlees in ons
denken weg is, ja, dat duurt een hele
tijd. Wanneer we echt compleet gees-
telijk denken? Dat is pas als we bij de
Heer zijn. Het helemaal van Hem ver-
wachten; het lijkt soms aan weinig ge-
lovigen gegeven. Dat houdt in, dat we
het vlees medegekruisigd met Christus
zien. Gevolg is, dat het dood is, en be-
graven
, een feit. Wij leven nu in en met
Hem, voor God
. Zo rekenen, dagelijks.

Woord vandaag

10 februari 2019
‘Belofte aan het kruis.’

Of deze misdadiger (of moordenaar)
de 1000 jaar op aarde zal bele
ven,
of pas op de nieuwe aarde, we we-
ten het niet. In elk geval zal hij in
 de
komende eonen opstaan en redding,
eonisch leven hebben. Maar,
dat is in
een opstandingslichaam
met minder
heerlijkheid dan de leden van 
het li-
chaam van Christus.
 Hem werd het
paradijs beloofd door
 de Heer, dat is
op aarde.

‘Hij hoort niet bij de gemeente.’

Nee, dat kon niet. Het was toen de
tijd nog niet dat het lichaam van
Christus geroepen zou worden. Hij
kan uitsluitend deel hebben aan het
aardse koninkrijk onder leiding van
de Messias Jezus en Israël. Als pro-
seliet als hij uit de natiën was. An-
ders hoort hij bij 1 van de 12 stam-
men van Israël. In elk geval zal zijn
opstandingslichaam in aardse heer-
lijkheid zijn.

‘Onze heerlijkheid is groter?’

Ja, de belofte uit 1 Corinthiërs 15 is,
dat net zoals wij het beeld van Adam
gedragen hebben (dat is nu), zo zul-
len wij ook het beeld van de Hemel-
se dragen (1 Corinthiërs 15:49). Dat
was niet aan die misdadiger aan het
kruis beloofd. Maar wel aan ons als
leden van het lichaam van Christus.
Gelijkvormig gemaakt worden aan
Zijn heerlijkheidslichaam (Fil. 3:20,
21), dat heeft een hemelse heerlijk-
heid. De hoogste categorie.

Woord vandaag

9 februari 2019
‘Dat heerlijkheidslichaam boeit mij.’

We zien er naar uit. Het geeft moed,
dit te weten. Als de dagen moeizaam
zijn met lichamelijk ongemak is dit be-
sef troostend. Het blijft niet bij dit ou-
de met verderf in zich. God werkt alles
uit overeenkomstig Zijn bedoelingen.
We beseffen dat men tegen Zijn geo-
penbaarde wil in kan gaan, maar men
kan nooit de raad van Zijn wil dwars-
bomen.

‘God weet overal van.’

Hij kent ons hart, met daarin de pijn,
het verdriet, de moeiten, zorgen, en
zo voorts. En Hij is daarbij betrokken.
God kijkt anders dan wij. Dat bleek
ook bij de Heer, Die wist wat in het
hart van de mens is (Johannes 2:25).
Dat liet Hem zeker niet koud, want
Hij heeft de mens lief. Hij was wel a-
lert om geen parels voor varkens te
gooien. Geen rijke waarheden geven
aan hen, die daar niet aan toe zijn.

‘Hij houdt van de mens.’

Daarvoor is Hij ook voor hen in diep
lijden en sterven geweest. Door de
dood heengegaan. In vol vertrouw-
en, dat Vader Hem uit de doden op
zou wekken. Gods liefde in Hem was
bepalend. Aan het kruis bad Hij voor
de misdadigers die daar ook hingen.
En die geloofde kreeg de belofte:

Voorwaar, Ik zeg je heden, je zult
met Mij in het paradijs zijn.
                                 Lucas 23:43

Woord vandaag

8 februari 2019
‘Het draait om genade.’

Dat geeft werkelijk antwoord op tra-
dities en belijdenisgeschriften. Deze
zijn 
niet langer nodig als je het evange-
lie
 van Paulus leert kennen. Genade
sluit
 werken uit (Romeinen 11:6).
Genade
zet een dikke streep door de
religies
in de wereld. Gods genade is
de basis,
ook voor ons dagelijks leven,
onze wandel als gelovigen.

Wet is basis van de christelijke ethiek.
In het lichaam van Christus regeert in-
tegenstelling daarmee 
de genade van
God
. Dat is sinds Paulus’ dagen al zo. 

‘Fijn, zo leren we scherp zien.’

Het zijn twee verschillende principes,
wet en genade. Je kunt ze niet mixen.
We kijken omhoog, waar Christus in
genade
op ons neerziet. Hij kijkt met

liefdevolle ogen naar ons. Nooit ver-
oordelend, Hij bouwt ons op, we ont-
vangen het voedsel voor ons bestaan
door Hem als Hoofd. We groeien naar
Hem toe.

‘De toekomst met Hem.’

Dan is het goed. Zoals we afgelopen
dinsdag in de studie Filippenzen heb-
ben gezien, geeft Hij ons een heerlijk-
heidslichaam, gelijkvormig aan Zijn ei-
gen lichaam. Licht, heerlijkheid straalt
het uit. Zo ook wij, binnenkort. We le-
ven ernaar toe. De Heer Jezus Christus
zal komen als Redder. Hij geeft een al-
les overtreffende heerlijkheid. Wat is
dat toch geweldig. Daar kan niets te-
genop. Genade en heerlijkheid.

Woord vandaag

7 februari 2019
‘Het woord ging door.’

Wat je ziet bij Paulus’ werk in Handelin-
gen stemt je blij. Want wat blijkt?

Het woord van God is niet gebonden.

In de sjoel (synagoge) bleek de apostel

na enkele keren spreken niet langer wel-
kom. Dus gaat hij verder met spreken,
maar dan ergens anders.

Zo leidt God. Het gebed is er dan ook
op gericht, dat het woord van de Heer
snel zal rennen en verheerlijkt worden.

‘Paulus was helemaal vrij.’

Hij vergat wat voorbij was: zijn jaren in
het Jodendom (Filippenzen 3:4-7). Hij
strekte zich uit naar wat voor hem lag.
De Heer gaf hem nog veel arbeid, voor-
dat hij kon schrijven:

Ik heb de uitstekende strijd gestreden.
Ik heb mijn loop ten einde gebracht.
Ik heb het geloof bewaard.
                                 2 Timotheüs 4:7

Dit is de uitroep van triomf. Niet, dat
de apostel dat zag als zijn eigen werk.

‘Drie keer ik heb.’

Dat lees je ook in 1 Corinthiërs 15:

integendeel, ik heb mij meer ingespan-
nen dan zij allen….

Hier lees je ook het: ik heb.

We lezen in het tekstverband:

En in de genade van God ben ik wat ik
ben, en Zijn genade voor mij is niet tever-
geefs geweest. Integendeel, ik heb mij
meer ingespannen dan allen; niet ik nu,
maar de genade van God die met mij is.

Bij ik heb staat drie keer de genade van
God
. Zó zouden wij lezen
 wat de apos-
tel in 2 Timotheüs 4 schrijft.