‘Dus de vrede die we in ons hart hebben en die we willen uitleven, is gevolg
van de werking van het kruis.’
Dat maakt een einde aan het vlees. Vijandigheid en vijandschap zit in het vlees.
Het enige effectieve tegenmiddel is de geest van God. De vrucht van die geest
is onder andere: vrede. We hebben vrede naar God toe:
wij dan, gerechtvaardigd uit geloof, hebben vrede naar God toe door onze Heer
Jezus Christus, door Wie wij ook de toeleiding hebben door het geloof naarbin-
nen in deze genade waarin wij staan en roemen in de verwachting van de heer-
lijkheid van God… Romeinen 5:1,2
Dit is verticaal: vrede – naar God toe, vanuit God gewerkt in onze harten. Gewel-
dig. En er is ook vrede naar elkaar toe, zoals we lezen in Efeziers 2:11-18. Tussen
de besnijdenis gelovigen en de onbesneden gelovigen. De vijandschap is gedood
in de harten van de gelovigen!
‘Geweldige facetten, en wat een uitwerking in je leven als die vrede in je hart
neergedaald is.’
De verticale vrede werkt uit, ook horizontaal tussen gelovigen onderling – als het
goed is. En omdat er in feite geen vleselijke verschillen en afscheidingen in het li-
chaam van Christus zijn, gaat de apostel verder in Efeziers 2 en wijst op iets bij-
zonders. Beide groepen blijken samen in 1 geest vrije toegang tot de Vader te
hebben!
‘Zeker bijzonder, dat 18e vers in Efeziers 2.’
We hebben vrije toegang tot de Vader. Het is niet alleen horizontaal (tussen 2
groepen) wederzijdse verzoening door het kruis, maar ook verticaal, naar God
toe. Geen plaats maar waar we aan gebonden zijn, dat was voorheen de tempel
in Jeruzalem. Nu is het onafhankelijk van plaats, tijd of mensen. Te allen tijde
kunnen wij zomaar bij Vader komen!
‘Centraal in dit stukje van Efeziers 2:11-18 is toch het kruis?’
Dat is een feit, en de Opgestane zorgt voor vrede, en het stemt tot diepe dank-
baarheid, dat iets dat zo spreekt van de haat van de mens tegen God en Zijn Ge-
zalfde, juist het middel is waardoor God, de Vader, de mens wederzijds met
Zich verzoende!