Opdat wij weten, wat God ons in genade schenkt!

‘Het zal geen 30 jaar meer duren voordat de Heer terugkomt, denk jij?’

Zeker. Daar wijst alles op. We zijn al zo ver in de tijd. Dat men in 2012
allerlei bijzondere dingen voorziet, ach, er doen zoveel verhalen en
beweringen de ronde. Daar kun je kennis van nemen, maar vooralsnog
hecht ik daar geen waarde aan. Het meest waardevolle is Zijn woord.
En dat schetst allerlei ontwikkelingen in de profetieën, die wij nu kun-
nen waarnemen in de wereld vandaag.

‘Petrus zegt toch, dat je er goed aan doet, als je acht slaat op het profetisch
Woord?’

Jawel. Het is zeer vast en het schijnt als een lamp in een duistere plaats.
Het  is ook regelmatig verbijsterend wat je leest. Het bijzondere is, dat heel
wat profetieën wijzen op het lijden van de Heer Jezus en op de heerlijkheid
daarna. Petrus schrijft, dat de profeten hun eigen geuite profetieën nakeken
wat er precies bedoeld werd. Kennelijk bleken er heel wat te gaan over het
lijden van Christus én de heerlijkheid (van Christus) daarna.

‘Er is heel wat te vinden over de eindtijd, in Daniël en Openbaring, toch?’

Ja, het bijzondere is, dat er ook heel wat details terug te vinden zijn in die
en andere profetieën. Uiteindelijk zie je, dat er veel geopenbaard is en het
heeft in de kern te maken met de terugkeer van Hem, onze Heer Jezus
Christus! Dat versterkt het verlangen in je hart. Je wilt Hem graag ontmoe-
ten in de lucht. Hij komt ons halen en Hij kijkt uit naar dat moment!

‘Dat blijft een bijzondere gedachte, dat ook Hij uitkijkt naar dat grote moment.’

Voor ons wordt het verlangen in het hart steeds sterker, naarmate je die
grote dag ziet naderen. Voor ons zal Hij niet komen als een dief in de nacht.
Wij zijn geen zonen van de nacht of van de duisternis, maar van de dag en van
het licht! Paulus schrijft dat wij nuchter zouden zijn en waakzaam/wakend.
Ondanks dat zijn nogal wat gelovigen in (geestelijke) slaap gesukkeld, of zijn
ingedommeld.

‘Dan wordt het toch tijd dat ze wakker worden?’

Lijkt mij wel. De Heer gaat komen, en we kunnen onszelf niet wijs maken dat
het onze tijd nog wel zal duren, of misschien vinden gelovigen zichzelf inmid-
dels zo belangrijk, dat ze menen hier op aarde van belang te zijn en dat de Heer
als het ware zou wachten tot ze klaar zijn met wat zij doen.
Integendeel komt Hij wanneer het Zijn tijd is, geen seconde later. Dat betekent
een onmiddellijk einde van al die activiteiten van de gelovigen op aarde.
Wat veel belangrijker is: zij worden geroepen en weggerukt om de activiteiten te
midden van de hemelingen te starten!

‘Daar heb ik wel over nagedacht, dat van gisteren. Als dat echt zo is, dan
kan het nooit meer lang duren dat de Heer terugkeert!’

Zo is dat. Daar kun je het profetisch woord op naslaan. Alleen is daarover
(waarover eigenlijk niet?) veel verschil van mening. Sommigen zeggen dat
het nog wel 1000 jaar kan duren voordat de Heer Jezus terugkeert naar de
aarde. Alleen loop je vast op de profetie van Hosea 6:1-3 dat de Heer het volk
Israël zal doen herleven na twee dagen op de derde dag. Die twee dagen van
1000 jaar (volgens Petrus) zijn eigenlijk om.

‘Duidelijk. Maar er zijn er ook, die beweren, dat het nog wel 100 jaar kan duren.
Ook zij schuiven de wederkomst weg.’

En ook zij lopen vast op de profetie van Hosea. De opstanding is altijd vroeg in
de derde dag. Als je denkt dat het nog 100 jaar zal duren, houd je hier geen re-
kening mee. Je hebt echt geen oog voor de profetie en de huidige ontwikkeling-
en als je gemakkelijk Zijn aanstaande komst wegschuift.
Soms denk ik, dat die mensen het hier op aarde wel goed hebben en het wel best
vinden. ‘Het zal mijn tijd wel duren.’ Dat type wordt pas echt wakker als de vijand
in de achtertuin of in de huiskamer staat.

‘Maar er zijn er toch ook, die heel de bazuin van God voor de gemeente wegrede-
neren.’

Weet je, ik ben blij dat God met al dat soort gedachten en redeneringen geen
rekening houdt. Het is allemaal menselijk denken en geredeneer. God zal Zijn
Zoon zenden als het ZIJN tijd is. Gelukkig zal Hij zich helemaal niets aantrek-
ken van onze opvattingen.
Hij gaat exact vervullen wat Hij zegt in Zijn woord en dat echt op Zijn tijd!
Laten we ons daarover verheugen en leven in de heerlijke verwachting van de
bazuin die gaat klinken, niet over 1000, niet over 100, niet over 30 jaar, eerder!

‘Paulus spreekt eigenlijk in al zijn brieven over de grote verwachting, die
wij koesteren!’

Hij begint er heel erg sterk al in zijn eerst brief (1 Thessalonicenzen) over te
schrijven. In zijn laatste brief (2 Timotheüs) schrijft hij er nog steeds over.
Hij keek zijn hele (geloofs)leven uit naar de terugkeer van Gods Zoon uit de
hemelen. Dat is natuurlijk de grote verwachting voor het lichaam van Chris-
tus. De wereld in het Midden-Oosten is steeds meer in rep en roer, getuige de
aanhoudende onlusten in Syrië.
En dat na alles wat in enkele maanden tijd passeerde in Noord-Afrika en het
Midden-Oosten. Syrië is een buurland en grote vijand van de Joodse staat.
Wat daar gebeurt is dus van belang voor verdere ontwikkelingen!

‘Behoort Syrië dan bij de te vormen 10 statenbond?’

Dat zou best eens kunnen. Er is in het verleden veel nagedacht over de te
vormen 10 statenbond van de eindtijd. Lange tijd dacht men in de zogeheten
‘maranatha-beweging’ dat het om de Europese Unie ging, maar dat is vandaag
de dag uitgesloten, want daar zijn al zo’n 25 landen bij aangesloten. We moe-
ten dus op een andere plaats kijken. En in feite kom je dan in het Midden-
Oosten uit, als het gaat om die 10 landen.

‘Men heeft al vaker die conclusie getrokken. Een 10-statenbond rondom de
Joodse staat.’

Al vaker is de aandacht in dat verband gevestigd op Psalm 83, waar over 10
volken, en misschien wel staten of koninkrijken gesproken wordt:

Het ‘sela’ in deze Psalm (en in alle andere) is een verwijzing naar de in
rotsen uitgehouwen stad Petra in het zuiden van Jordanië. Het vormt
hier een keerpunt in de Psalm. Zo is het midden van de laatste jaarweek
van Daniël 9:24-27 eveneens een keerpunt waarin het hart van de wette-
loze zichtbaar wordt: een en al vijandschap tegen de Joden en dus tegen
de God van de Joden, Jahweh, zoals duidelijk blijkt uit Psalm 83. Hij zal
kennelijk deze volken weten te verenigen in een verbond tegen Elohim.

‘En daar wordt Syrië ook mee bedoeld?’

In elk geval worden de Ismaëlieten genoemd, maar ook Assyrië of Assur.
Daarmee (met Assyrië)  kan ev
entueel ook het huidige Syrië bedoeld zijn,
als deelgebied van het vroegere Assyrië. Daarmee wordt ook duidelijk, dat
de huidige ontwikkelingen bijzonder zijn. Het beest uit de zee uit Openba-
ring 13 heeft 7 koppen en 10 hoorns. Het is mogelijk, dat wij in onze tijd de
eerste ritselingen zien waardoor dit beest zich daadwerkelijk gaat vormen!

‘Geweldig, die eerste verzen van de Hebreeënbrief. God heeft aan de
Zoon die zeer hoge plaats toebedeeld!’

Na lijden kwam de alles overstijgende heerlijkheid van de Zoon. Hij is
Zoon en dus erfgenaam en lotgenieter. Hij is de Zoon van Adam, de Zoon
van Abraham en de Zoon van David. Hij is ook de Zoon van Jozef, maar
zeer zeker de Zoon van God! De Heer Jezus Christus heeft álle troons-
rechten en Hij is koning-hogepriester naar de ordening van Melchizedek.

‘Enorm, dat al die lijnen bij Hem uit komen. Als je zoveel geestelijke rijk-
dom hebt ontvangen, kun je Hem niet langer alleen Jezus noemen.’

Daar zeg je iets. Hij is voor ons Christus Jezus, of de Heer Jezus Christus.
Paulus zegt ook, dat al de schatten van wijsheid en kennis in Hem verbor-
gen zijn. Daarom joeg hij er naar, Hém te kennen en de kracht van Zijn
opstanding. Petrus zegt ook, dat God Hem tot Heer en tot Christus stelde
nadat Hij door Hem opgewekt was uit de doden.

‘Vind je het dan gek, dat de wereld van het Midden-Oosten in beroering is;
we horen Zijn voetstappen!’

Nee, natuurlijk niet! De satan heeft zijn zetel in Babylon en Jeruzalem is
de stad van de grote koning. Dat is de grote tegenstelling. Maar als de Heer
komt zal Hij de wetteloze buiten werking stellen door Zijn woord!
De profetie zal tot op de laatste letter vervuld worden door Hem. De wereld
kent geen rust, sedert de tweede wereldoorlog is er altijd ergens oorlog ge-
weest, er is geen dag geweest waarop wereldwijd vrede was.

‘Ja, de wereld verlangt naar de vrede die Hij alleen kan geven.’

Daarom is het zo geweldig, dat Paulus schrijft, dat Hij onze vrede is, en
dat in Hem alle vijandschap beëindigd  is. Wij hebben deel aan Hem; daar-
om juichen wij en hebben vrede – met God, en met elkaar!
En die vrede zal doorwerken en uiteindelijk ieders deel zijn, opdat God
alles in allen zal zijn. Daar waar de wereld in feite -zonder het te weten-
naar snakt. Het zal komen, en binnen zekere tijd vanuit Jeruzalem op
aarde (en door het lichaam van Christus bij de hemelingen) zal de grote
Vredevorst gaan beginnen Zijn rijk op te richten!

‘Eigenlijk heel bijzonder wat Paulus zei in Athene, de stad van de
grote filosofen en wijsgeren.’

Het is een ongelooflijke openbaring, wat hij daar zei. God woont niet
in tempels met handen gemaakt. Hij doordringt het universum. Ten-
slotte zegt Johannes 4:24, dat God geest is. Daardoor is Hij ontastbaar,
onhoorbaar en onzichtbaar. Het geweldige is, dat Hij zich laat zien
en horen in en door de Zoon van Zijn liefde. Die Zoon is het beeld van
de onzichtbare God!

‘God heeft zich door de Heer Jezus Christus laten zien en horen. Dat is
iets geweldigs. Velen van Zijn volk hebben daar lang op gewacht.’

Eerst sprak Hij tot hen in en door de vaderen, maar op het laatst heeft
Hij tot de mens gesproken in en door Zijn geliefde Zoon. Machtig wat
de Hebreeënschrijver daarover zegt in de openingswoorden:

Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen
gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot
ons gesproken door de Zoon…
Die Hij lotgenieter gemaakt heeft van het al, door wie Hij ook de eonen
maakt. Hij, die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk van Zijn
zelfstandigheid, die alle dingen draagt door zijn krachtig woord, heeft,
nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht,
zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen.

‘Daar staat wel erg veel in. Een indrukwekkende opening van die brief.’

Zeker. God heeft Hem de hoogste plaats gegeven in heel de schepping. Er staat
niet alleen dat Hij het woord is, maar ook dat Hij de grootste profeet is. Hij wordt
genoemd in de lijn van de profeten. Daarna wordt ook gezegd dat Hij de lotge-
nieter van het al is. Dat houdt in, dat heel het universum het aan Hem toegelote
deel is. In Israël ontving elke stam een deel van het land door loting. Dat lot
werd uiteraard door Jahweh bepaald. Nu is aan de Zoon alles toegeloot! Aan de
andere kant kun je ook zeggen, dat Hij de erfgenaam is. Al wat Adam bijvoor-
beeld toebedeeld was, komt nu aan de Zoon toe, als de laatste Adam.

‘Machtige lijnen, en wat een bijzondere plaats heeft de Zoon in Gods plan!’

Er staat ook, dat God door Hem de eonen maakt. Dat zegt Paulus ook in
Efeziërs 3 vers 10,11. God maakt in Christus Jezus Zijn plan van eonen.
De Zoon is daarom de allerbelangrijkste in Gods plan. Hem zouden wij de
eer geven die Hem rechtens toekomt. Als we de Zoon eren, eren we ook
de Vader, zegt de Heer zelf in Johannes 5.

‘Men minachtte Hem, en dat vandaag nog steeds. Helaas!’

Naar Hem wijzen talloze typen in de Schrift. De typologie is daarom een zeer
belangrijk aspect van de Schrift, dat bij velen onbekend is. Men ziet de Schrift
vaak als iets, dat alleen betrekking heeft op het persoonlijke leven van de mens,
en je merkt, dat er vaak de neiging is de Schrift naar zichzelf toe te trekken.
Alsof het om de mens draait. Het is de openbaring van God, die liefde is. Dat is
merkbaar en zichtbaar geworden in Zijn Zoon, die zelfs de reiniging van zonden
bewerkte! Hoewel dit in Hebreeën 1 in dat tekstverband in feit
e een zijdelingse
opmerking is. Het gaat om de hoge positie waarin de Zoon door de Vader gesteld
nadat Hij Hem opwekte uit de doden!