Daarom is het uit geloof, opdat
het in overeenstemming is met
genade Romeinen 4:16a
Paulus knoopt hier weer aan bij
vers 13. Geloof in de beloften
van God is het principe dat met
de genade van God harmonieert.
Dat de wet in de tussentijd erbij
kwam, heeft op dit grondbeginsel
geen invloed. De wet eist werken
en goed gedrag. De belofte is dus
onafhankelijk van het gedrag of
de werken. De mens die gelooft
wordt rechtvaardig verklaard, en
wel door God. Dat principe gold
bij Abraham, én bij ons. Na kruis
en opstanding blijkt het geloof
van Jezus Christus fundament te
zijn voor iedereen die gelooft. En
wij eren de God van alle genade.